Navo en Turkije vormen één front
De piloten van twee Turkse F-16's aarzelden geen moment toen een jachtbommenwerper van de Russische missie in Syrië gisterochtend kort boven het Turkse luchtruim vloog. Voor het eerst sinds de oorlog in Korea (1950-1953) schoot een lidstaat van de Navo een Russisch militair vliegtuig neer. De vraag is waarom Ankara zo'n groot risico neemt.
Turkije is wellicht het best te vergelijken met een vriend die niet zo goed in de groep ligt, en vervolgens tijdens een avondje stappen ruzie met derden zoekt in de kroeg. De overmoedige vechtersbaas weet dat hij bij een confrontatie niet in de steek wordt gelaten. Bovendien ziet hij die rugdekking als bevestiging dat hij toch echt onderdeel van de groep is.
Die gewenste rugdekking kreeg Turkije gisteren. De ambassadeurs van de Navo-lidstaten kwamen in Brussel in spoedzitting bijeen. Na afloop zei secretaris-generaal Jens Stoltenberg dat Ankara en Moskou kalm moeten blijven, maar ook dat de alliantie solidair is met Turkije. De Amerikaanse president Barack Obama liet vanuit Washington weten dat Turkije zijn luchtruim mag verdedigen.
Die steunverklaringen zijn een opsteker voor Ankara, want binnen de Navo is eigenlijk niemand gelukkig met de Turkse rol in Syrië. Turkije steunt islamistische opstandelingen tegen president Assad, kneep een oogje dicht bij de opkomst van Islamitische Staat, en bombardeert de Koerden die tegen IS vechten. Minister van defensie Jeanine Hennis noemde Turkije vorig jaar dan ook een 'lastige bondgenoot'.
Maar als Navo-lid kan Turkije weinig gebeuren. Een missie met Patriot-luchtafweerraketten - waar ook Nederland twee jaar aan bijdroeg - beschermt het zuiden van Turkije. Nadat de Russische luchtmacht eind september had geïntervenieerd aan de zijde van Assad, versterkten de Verenigde Staten dit schild ook nog met speciaal voor luchtgevechten ontworpen straaljagers.
Maar de recente aanslagen van IS - tegen uitgaansgelegenheden in Parijs en tegen een Russisch passagiersvliegtuig - brengen de Turkse positie in gevaar. Moskou en Europa vinden de strijd tegen IS nu belangrijker dan hun meningsverschil over de positie van Assad. Morgen bezoekt de Franse president François Hollande zijn collega Vladimir Poetin om te spreken over een gezamenlijke strijd tegen de terreurgroep.
Het lijkt erop dat Ankara gisteren een statement wilde maken. Waar de Turken in oktober kortstondige Russische schendingen van het luchtruim nog lieten passeren, grepen ze nu hard in. De boodschap was ten eerste aan Rusland gericht: Moskou moet niet denken dat het na de aanslagen in Parijs rustig de door Turkije gesteunde Syrische rebellen kan bombarderen. Als Rusland de Turkse grens passeert, staat het tegenover een land dat alle Navo-bondgenoten achter zich heeft.
Maar de aanval was ook een boodschap aan de Navo-leden: zij moeten beseffen dat ze in een bondgenootschap zitten met Turkije, niet met Rusland.
Volgens persbureau Reuters waren de ambassadeurs van een aantal Navo-lidstaten in Brussel achter de schermen minder ingenomen met de assertiviteit van Ankara. Ze vonden dat Turkije de Russische vliegtuigen ook zonder meteen te schieten had kunnen verjagen. Maar publiekelijk kunnen de leden van de Navo weinig anders dan de gelederen sluiten en zich achter Turkije scharen.