Na 500 jaar Reformatie lijkt PKN door te schieten naar alledaagsheid

BOB BECKINGEMERITUS HOOGLERAAR BIJBELWETENSCHAPPEN en UNIVERSITEIT VAN UTRECHT

Komende zondag zal met een feestelijke dienst in de Lutherse Kerk van Woerden een start worden gemaakt met het Reformatiejaar. Op weg naar 31 oktober 2017 staan allerhande evenementen gepland. Op die manier willen de protestantse kerken aandacht vragen voor hun oorsprong om zich te bezinnen op hun taak in de huidige samenleving.

De Reformatie (formeel begonnen in 1517 met de publicatie van de 95 stellingen door de Duitse theoloog Maarten Luther) kwam niet uit de lucht vallen. Luther had diverse voorlopers. Ook kan de Reformatie niet tot één moment worden teruggebracht. Het was een complex proces van vele jaren.

Bovendien was de hervorming niet enkelvoudig. Al in de zestiende eeuw zijn er richtingen en stromingen aan te wijzen. Calvijn is anders dan Luther. Zwingli is weer anders dan Calvijn. Menno Simons, de stichter van de doopsgezinde richting, was uit weer heel ander hout gesneden.

Lappendeken

Er is een rijkgeschakeerde lappendeken aan protestantisme ontstaan, door kruisbestuivingen en ook door de niet alleen Nederlandse gewoonte tot kerkscheuring. Wel hadden en hebben al die groepen een aantal aspecten gemeen. Zo is voor protestanten de Bijbel belangrijker dan de traditie en speelt het individuele geweten een voorname rol. Verder zien zij het geloof als een menselijk antwoord op het woord van God. Het kerklied is daar een uiting van.

500 jaar Reformatie roept op tot bezinning. Hoe kunnen wij in onze kantelende tijden als minderheidsgroep in de samenleving dat centrale perspectief van de Reformatie scherp houden, zonder aan de ene kant in steriliteit of onwrikbare standpunten te vervallen of aan de andere kant in het 'iedereen moet zelf maar weten wat ie gelooft'?

Naar mijn mening komt deze vraag te weinig aan de orde in het huidige nadenken over de toekomst van de kerk. Een half millennium na Luther zijn kerk en geloof geenszins vanzelfsprekende elementen in onze veranderende samenleving.

Binnen de PKN heeft het rapport 'Kerk 2025' een bezinning op gang willen brengen over plaats en taak van de christelijke gemeente in de 21ste eeuw. Het rapport komt neer op een pleidooi voor eenvoud en kleinschaligheid. Dat lijkt me op zich een goede zaak, maar toch heb ik mijn bedenkingen.

Al lezend in het genoemde rapport kreeg ik de indruk dat men doorschiet naar simplisme en alledaagsheid: de liturgie moet van franje ontdaan en de kansel kan ook de keukentafel zijn. Het rapport noemt dat 'back to basics', terug naar de elementaire zaken.

undefined

Dood spoor

Mij is dat te mager. Ik vrees dat langs deze weg allerlei rijke en zinvolle tradities binnen liturgie en gemeentewerk op een dood spoor zullen worden gezet. Daarnaast proef ik een miskenning van de veelkleurigheid. Het rapport houdt er geen rekening mee dat mensen verschillend zijn en uiteenlopende levenswegen gaan.

Als gevolg daarvan zijn verschillende geloofsvormen onontbeerlijk. Het zou een slechte zaak zijn, als 'eenvoud' en 'kleinschaligheid' zouden leiden tot een vorm van gemeente-zijn waarbij de vrijheid van het individu om te geloven wat zij/hij wil en de vrijheid van de plaatselijke gemeente om in de eredienst eigen vormen te kiezen, beperkt zouden worden.

Het rapport 'Kerk 2025' ziet - sprekend over de basics - over het hoofd dat er op het niveau van de elementaire deeltjes een veelvormigheid bestaat. Basaal in de kerk blijft voor mij de lokale gemeenschap en de wijze waarop zij de traditie van de hervorming blijft hervormen.

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden