Muurplanten in mineur
Muurplanttransplantatie | Bij de restauratie van oude kades verhuizen zeldzame plantjes mee naar de nieuwe muur. Nu de wet verandert lijkt dat verspilde moeite.
Flora-expert Ton Denters loopt met grote passen over de kade van de Nieuwe Gracht in Haarlem. "Kijk, daar zit een pakketje", wijst hij naar de plek waar enkele varens uit de kademuur steken. In een snelle beweging knielt Denters neer en buigt zich over de rand. "Steenbreekvaren", zegt hij terwijl hij met zijn hand door de plantjes gaat. De planten zijn in 2003 gespaard uit de oude muur die afgebroken is, en vervolgens in de nieuwe kademuur gezet.
"Op het laatste moment trokken vrijwilligers aan de bel en kwam de stadsecoloog erbij", herinnert Denters zich. "De bouwplannen waren al in een vergevorderd stadium, er kon nog net een reddingsplan worden uitgevoerd. Steenpakketjes met zeldzame varens zoals blaasvaren, steenbreekvaren, tongvaren en zwartsteel zijn uit de muur gehaald. Ze hebben de zomer op een ponton doorgebracht en zijn bijgevoed met extra aarde om uitdroging te voorkomen. Een paar weken later zijn ze in de nieuwe muur gemetseld."
Behalve de kwetsbare blaasvaren, hebben vrijwel alle soorten de transplantatie overleefd. Denters houdt zijn vinger bij een net ontsproten sprietje steenbreekvaren dat uit de muur steekt. "De sporen verspreiden zich vanzelf."
Sinds de invoering van de Flora en Faunawet in 1988 zijn bijna alle muurplanten beschermd. Gemeentes zijn verplicht alles in het werk te stellen muurplanten te behouden. De muurplanttransplantie in Haarlem is geen unicum: ook in Amsterdam en Utrecht hebben in het verleden dit soort acties plaatsgevonden. In Utrecht zijn in 2001 nog steenbreekvarens van de Catharijnesingel naar een vegetatiemuur in het Griftpark overgebracht. In Amsterdam werd vorig jaar na de vondst van tongvarens de werkzaamheden aan putten bij de Sloterplas gestaakt. In plaats daarvan zijn er roosters over de oude putten geplaatst, zodat er 'kijkgaten naar bijzondere stadsnatuur' zijn ontstaan.
"Soms zijn er hele acties op touw gezet voor één enkele plant", weet Denters te vertellen. De afgelopen decennia werd hij voor advies betrokken bij vele tientallen projecten waarbij muurplanten in het geding waren. In Amsterdam zette hij de muurplantenwerkgroep op, waarin behalve flora-experts ook ambtenaren en uitvoerders zitting hebben. Jaarlijks vergadert de werkgroep over naderende projecten. Door kennisuitwisseling tussen vrijwilligers te stimuleren, hoopt Denters de bescherming van muurplanten soepeler te laten verlopen.
Maar met de nieuwe Flora- en Faunawet die 1 januari 2017 in werking treedt, lijkt het allemaal verspilde moeite. "De beschermingsmaatregelen hebben hun werk gedaan", verklaart Denters. "De aantallen zijn gestegen. Het gaat goed met kwetsbare soorten zoals steenbreekvaren, tongvaren en zwartsteel. Daar worden de soorten nu op afgerekend. Gemeentes zijn straks niet meer verplicht zorg te dragen voor deze planten. Ik vrees dat planten waar in het verleden veel moeite voor is gedaan, het in de toekomst - zonder hulp - niet zullen redden."
Amersfoort, Amsterdam, Utrecht, Den Haag , Groningen en Maastricht zijn voorbeelden van steden waar decennialang veel voor muurbegroeiing is gedaan. Denters: "Doordat in deze steden bij bouwprojecten al in een vroeg stadium met de muurplanten rekening wordt gehouden, hoeven er zelden rare capriolen te worden uitgehaald zoals in Haarlem. Dat scheelt een hoop kosten." Begroeide muren worden in de genoemde steden in delen gerenoveerd, met de zogenoemde 'wolkenmethode': er blijven steeds 'wolkjes' planten over, zodat die zich makkelijk kunnen verspreiden over de nieuwe muur. Vaak wordt er ook speciaal, kalkrijk mortel gebruikt bij het metselen.
Amersfoort is een stad die uitblinkt als het gaat om de bescherming van muurplanten. "De gemeente is de weelderig begroeide grachtenmuren als handelsmerk gaan gebruiken", verklaart Denters. "Bij renovatie worden niet alleen beschermde soorten behouden, maar zo mogelijk álle soorten. Bij renovatie van kademuren wordt standaard goede mortel gebruikt." De Binnendieze in 's-Hertogenbosch is ook zo'n plek waar de muurplanten bij een gewaardeerd stadsbeeld zijn gaan behoren.
In Utrecht werden op verzoek van de stadsecoloog in de Nieuwekade speciaal uitsparingen opengelaten voor muurplanten. Samen met buurtbewoners zijn er plantjes ingezet om de begroeiing van de muren te stimuleren. Ook zijn er ten gunste van de planten gaten geboord in de betonnen keerwand, zodat het vocht goed kan doorstromen. In Den Haag worden experimenten uitgevoerd met muren die vocht uit de grond optrekken, ten gunste van de muurplanten.
Iets verderop in de Nieuwe Gracht in Haarlem steekt een pakketje zwartsteel uit de kademuur. Even verder is een groepje tongvaren ingemetseld. "Die soorten zijn straks allemaal vogelvrij verklaard", zegt Denters. "Mijn hoop is dat gemeentes zich uit eigen beweging blijven inspannen voor de muurplanten, dat ze inzien dat het bijdraagt aan de beeldkwaliteit van de stad."
undefined
Twee groeiplekken
Groensteel is een varensoort met slechts twee kleine groeiplekken in Nederland, waarvan één in Amsterdam. Pijlscheefkelk kent zeven groeiplekken. Net als muurbloem, blaasvaren en schubvaren uit deze top-10 blijven ze wel opgenomen in de nieuwe Flora- en Faunawet. Maar rechte driehoeksvaren, stengelomvattend havikskruid, zwartsteel, steenbreekvaren en tongvaren zijn straks niet meer beschermd.
undefined
Top 10 kwetsbare muurplanten
1. Groensteel
2. Pijlscheefkelk
3. Rechte driehoeksvaren
4. Stengelomvattend havikskruid
5. Muurbloem (wildvorm)
6. Blaasvaren
7. Schubvaren
8. Zwartsteel
9. Steenbreekvaren
10. Tongvaren
undefined