Moslims in de Indiase deelstaat Assam vrezen stateloosheid
Onrust in de Indiase deelstaat Assam. Leden van de islamitische minderheid dreigen hun Indiase nationaliteit te verliezen.
“Als mijn vrouw niet op de definitieve lijst komt, dan zal ik dat niet overleven.” Mohammed Akbar Ali (70) is in tranen. De oude man met een grijze baard zit te wachten bij het kantoor van de dorpsadministratie van Chaygaon, twee uur rijden van de regionale hoofdstad Guwahati van de Indiase deelstaat Assam. Op zijn schoot, stevig vastgeklemd tussen zijn gerimpelde handen, ligt een map met een stapel papieren. Die moet bewijzen dat zijn vrouw uit India komt. Als dat niet lukt dan wordt zij, samen met de kinderen van het stel, stateloos.
Assam werkt het burgerregister, het National Register of Citizens, voor het eerst sinds 1951 bij. Dat moet uitwijzen wie al voor 1971 in Assam woonden en daarom echte Indiase burgers zijn en wie als illegale migranten uit buurland Bangladesh zijn gekomen, dat aan Assam grenst. Activist Abhijit Sharma vroeg om die update en het Indiase hooggerechtshof ging daar in 2014 in mee. Sharma verwoordt de zorgen die veel Assamezen hebben over illegale migranten: “Ze pikken onze banen en ons land in, ze hebben stemrecht gekregen, ze bedreigen onze cultuur.”
Zo’n 33 miljoen mensen leverden sindsdien bewijsstukken in: landaktes, oude kieslijsten, het burgerregister uit 1951. Toen het bijgewerkte register in juli werd gepubliceerd, bleek dat ruim 4 miljoen aanmeldingen waren afgewezen. Daaronder die van Ali’s vrouw, en van talloze anderen die zeggen wel uit India te komen. Tot het einde van deze maand kunnen zij bezwaar maken en nieuwe bewijsstukken inleveren. Dat deden tot nu toe zo’n anderhalf miljoen mensen.
Deportatie
Hoeveel inwoners van de staat illegaal zijn neergestreken, weet niemand. De overheid heeft er ook geen betrouwbare schatting van. Volgens Sharma is het aantal van 4 miljoen correct, en als het aan hem ligt worden alle illegale migranten stateloos. Hij gelooft dat ze zich in Assam hebben gevestigd met valse documenten. Al geeft hij ook toe dat deportatie geen realistische optie is. “We kunnen niet bewijzen dat deze mensen uit Bangladesh komen. Maar als ze stateloos zijn, dan kunnen ze in elk geval niet meer stemmen of aanspraak maken op sociale voorzieningen en overheidsbanen.”
Het zijn vooral de Bengaals sprekende moslims zoals Ali die zich daar zorgen over maken. Er zijn ook hindoes uitgesloten van het register, maar zij kunnen rekenen op de steun van de hindoe-nationalistische regeringspartij BJP. Veel partijleiders hebben duidelijk gemaakt dat zij India zien als een thuisland voor alle hindoes. De partij heeft een wetswijziging voorgesteld die het makkelijk moet maken om het staatsburgerschap te krijgen voor illegale migranten uit buurlanden die een andere religie hebben dan de islam.
“Het lijkt erop dat de overheid een minderheid burgerrechten probeert af te nemen”, zegt advocaat Aman Wadud, zelf een Bengaalse moslim. Zijn bureau ligt vol kleurrijke mappen met pro-deozaken van mensen die hij wil helpen te bewijzen dat zij geen buitenlander zijn. “Veel mensen zijn willekeurig uitgesloten, zonder fatsoenlijk onderzoek.”
Voor Ali’s vrouw zou uitsluiting betekenen dat ze haar bescheiden pensioen verliest. Zijn kinderen kunnen misschien nog een werkvergunning krijgen, maar verder geen burgerrechten meer hebben.
Desondanks houdt de oude man de moed erin. “Eerder hadden we alleen een identiteitsverklaring van de dorpsraad, maar die werd niet geaccepteerd voor het burgerregister. Nu hebben we een nieuw bewijsstuk gevonden. Een lijst van leerlingen, onder wie mijn vrouw, die al in de jaren zestig stonden ingeschreven op een school in Assam. Daarmee moet het lukken.”
Geschiedenis vol spanningen
Migratie uit wat nu Bangladesh is naar de regio Assam begon al in de koloniale tijd. De Britse overheersers hadden arbeiders nodig voor hun theeplantages in de deelstaat. De scheiding van India en Pakistan in 1947 (Bangladesh was destijds Oost-Pakistan, de helft van de Pakistaanse staat) bracht miljoenen migranten in beide richtingen op de been. In 1971 trokken er opnieuw miljoenen de grens over naar India, na de bloedige oorlog die Bangladesh onafhankelijk maakte van Pakistan.
Sindsdien zijn er spanningen in Assam, waar veel oorspronkelijke inwoners zich bedreigd voelen door islamitische migranten uit Bangladesh. Dit leidde in de jaren tachtig tot rellen waarbij duizenden moslims om het leven kwamen, ook Indiase burgers van Bengaalse oorsprong. In de nasleep van de rellen werd in 1985 het Assam Verdrag gesloten, dat bepaalde dat iedereen die kan bewijzen dat hij of zij al voor 25 maart 1971 in India woonde, recht heeft op het staatsburgerschap, en mensen die daarna kwamen niet.
Voordat Assam zijn burgerregister bijwerkte, waren er al ruim 130.000 inwoners gemarkeerd als ‘twijfelachtige kiezers’. Hen is voorlopig hun stemrecht ontnomen, terwijl speciale buitenlandertribunalen moeten beslissen of zij Indiër of buitenlander zijn. De tribunalen hebben ruim 11.000 mensen als buitenlander bestempeld. In een aantal gevallen is bewezen dat dit onterecht was.
Van alle buitenlanders zijn er overigens nog geen honderd gedeporteerd. Ongeveer vijfhonderd mensen zitten gevangen in speciale kampen.
Lees ook:
Vrees voor een heksenjacht op moslims in India
‘Wat de Rohingya overkwam, kan ons ook gebeuren’, waarschuwden Bengalen toen in juli het bijgewerkte burgerregister gepubliceerd werd.