Analyse
Moet moeder weg uit het verpleeghuis?
De zwarte lijst van de inspectie is grotendeels achterhaald, zeggen verpleeghuizen. Wat hebben we er dan aan?
Moeten we moeder weghalen uit het verpleeghuis waar ze nu woont? Die vraag is op grond van de lijsten die de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) eergisteren openbaar maakte nauwelijks te beantwoorden. Bij elf instellingen dreigt de zorg 'onder de ondergrens te zakken', zoals staatssecretaris Martin van Rijn het uitdrukte. Nog eens 38 andere verpleeghuisorganisaties hebben hun zaken evenmin op orde. Maar wat zegt dat precies?
Niets, roepen de meeste van die elf verontwaardigd. Meer dan de helft van hen voert aan dat de informatie waarop de inspectie haar oordeel baseert achterhaald is. "Een groot onrecht naar onze medewerkers, klanten en hun familieleden", stelt bijvoorbeeld zorgorganisatie Laurens uit Rotterdam. "Het is een klap in het gezicht."
Anderen op de lijst wijzen erop dat zij een groot aantal verpleeghuizen beheren en dat de kritiek van de inspectie maar een of twee van die locaties betreft. Betreurenswaardig dus, zeggen zij, dat er nu rond ál hun locaties onrust is gecreëerd.
'Deels terecht'
Snijdt die kritiek hout? Ten dele. Het klopt dat de lijsten gebaseerd zijn op wat uiterlijk half maart bekend was, schrijft de inspectie zelf. Het is dus 'begrijpelijk en zal deels terecht zijn' dat niet elk verpleeghuis zich in de kritiek herkent. En ja, er kunnen grote verschillen bestaan tussen locaties, voegt ze eraan toe. Dus als Beweging 3.0 uit Amersfoort zegt dat er op twee van de vier plekken die de inspectie bezocht niets aan de hand is (en dat op twee andere plekken verbeterplannen 'in uitvoering' zijn), dan kan dat kloppen.
Maar is dat het hele verhaal? Dat ook weer niet. Zeker, de situatie in maart was een momentopname. Maar, zegt de inspectie, als we ons half maart zeer grote zorgen maakten, is de kans niet groot dat het drie maanden later volledig anders is. En inderdaad, tekortkomingen op de ene locatie zeggen niets over de andere.
Maar als blijkt dat die gebreken veroorzaakt worden doordat een instelling niet goed stuurt op kwaliteit, dan is dat reden tot zorg over de héle instelling. En dat geldt volgens de inspectie niet alleen voor die elf verpleeghuisorganisaties op de 'zwartste lijst', maar ook voor de 38 op de 'donkergrijze' lijst.
Echte problemen
Eén zorgorganisatie heeft inmiddels ruiterlijk toegegeven dat er binnen haar verpleeghuizen van alles mis is: stichting Humanitas in Rotterdam. Ja, er werkt te weinig personeel met de juiste opleiding, erkende bestuursvoorzitter Gijsbert van Herk dinsdagavond in 'Nieuwsuur'. Ja, de nachtploeg is vaak onderbezet. Ja, het verstrekken van medicatie gebeurt 'niet heel netjes'. En ja, er zijn wel eens brandwonden ontstaan door te heet douchen.
Maar ook in de vijf Humanitas-huizen die de zwaarste kritiek krijgen, trof de inspectie gezellige zitjes die een 'huiselijke indruk' maakten, medewerkers die 'warm en betrokken' met bewoners omgingen en sommige van hen bijvoorbeeld een babypop op schoot gaven of spelletjes met hen deden, tot overduidelijk genoegen van die bewoners.
Het is ongetwijfeld terecht dat de inspectie 'risico's op onverantwoorde zorg en gezondheidsschade voor de cliënten' ziet. Tegelijkertijd is het ook begrijpelijk dat veel bewoners en familieleden heel tevreden zijn over wat Humanitas hen biedt. Moet moeder daar weg?
Alleen maar op grond van die inspectielijsten misschien toch niet - al was maar omdat verhuizen voor verpleeghuisbewoners meestal sowieso niet goed uitpakt. Directeur Jan de Vries van Actiz, de branchevereniging van zorgorganisaties, raadt iets anders aan. "Als je vragen hebt, ga in gesprek met de medewerkers van het verpleeghuis."
Zorgen vooral in de Randstad
Veel van de verpleeghuisorganisaties waarover de inspectie de ernstigste zorgen heeft, staan in de Randstad. Is dat toeval?
Nee, zegt Actiz, de branchevereniging van zorgorganisaties. De zwaarte van de zorg die verpleeghuizen moeten bieden, is sterk toegenomen, zegt directeur Jan de Vries, en dat vergt dus beter opgeleide medewerkers. "Maar juist in de Randstad zijn die moeilijk te vinden. Ook vrijwilligers werven lukt hier minder goed dan elders."
Veel verpleeghuizen met problemen vallen onder grote organisaties die meerdere soorten zorg aanbieden - vaak het resultaat van fusie op fusie. Dat is evenmin toeval. "Niet zozeer de omvang, maar de breedte van het zorgaanbod speelt mee", zegt De Vries. "Op verpleeghuizen is weinig bezuinigd. Maar deze organisaties hebben vaak te maken gehad met bezuinigingen op bijvoorbeeld thuiszorg of wijkverpleging. Ze hebben weinig vet op de botten en dan wordt investeren in kwaliteit lastig."
Pop-up redactie
Op de lijst van elf verpleeghuisinstellingen waar de kwaliteit veel te wensen overlaat, staat ook Careyn, de instelling waar deze week de pop-upredactie van Trouw kantoor houdt. De Careyn-locatie waar de twee Trouw-redacteuren aan het werk zijn, verpleeghuis Rosendael in de Utrechtse wijk Overvecht, is overigens niet door de inspectie onderzocht.
Careyn, een grote organisatie op het gebied van ouderenzorg en thuiszorg met onder meer negen verpleeghuizen in Utrecht en Zuid-Holland, is verbaasd over haar plek op de lijst. "De Careyn-instellingen die door de inspectie onderzocht zijn, hebben zich juist verbeterd", zegt een woordvoerder.