'Mijn tweede moeder was een non'
Laura Fygi (61) ontpopte zich van stoeipoesartiest tot jazz-zangeres en is in Azië razend populair. Ze heeft geen last van haar oude imago. 'Ik vond die tijd enig. Het past bij mij.' Vanaf volgende week toert ze door het land.
Les 1
Laat je kind protestants dopen, dan zit je in elke cultuur goed
"Mijn moeder was een Egyptische buikdanseres, een rasartieste, en mijn vader was als Philips-directeur net in Egypte neergestreken. Hij zag haar in een club en was op slag verliefd. Mijn moeder had al twee dochters, maar dat vond hij geen probleem, hij had zelf ook al een dochter. Het was ook niet erg dat ze uit een ander milieu kwam, maar ze moest wel stoppen met dansen. Onmiddellijk. En ze moest al haar kostuums wegdoen. Dat mocht niet bestaan in zijn kring van ambassadeurs en directeuren. Mijn moeder gaf daarmee een deel van haar identiteit op, maar kreeg er een goed leven voor terug. Vlak na de oorlog zijn ze getrouwd en tien jaar later kwam ik. Nog in Egypte geproduceerd, in Amsterdam geboren.
Mijn moeder is Joods en in die tijd was Nasser aan de macht in Egypte. Het was vanwege haar Joodse afkomst heel lastig om haar en haar dochters het land uit te krijgen. Mijn vader heeft toen geleerd: laat je kind protestants dopen, dan ben je overal vanaf. Ik ben Joods van geboorte, protestants gedoopt en heb op een katholiek nonneninternaat gezeten. Een eclectisch geheel."
Les 2
Maak gebruik van je sensualiteit
"De band Centerfold, waar ik in de jaren tachtig met Rowan Moore en Cecilia de la Rie, en het laatste jaar met Sandra Noach in zat, was een stoeipoezenband. Natuurlijk wisten we dat het om onze lekkere lijven draaide, we waren niet naïef. We konden alle drie zingen, maar maakten in discotheken de mannen gek omdat we optraden in lingerie.
We zijn gestopt nadat Sandra depressief was geworden en zelfmoord pleegde. We merkten wel dat er wat aan de hand was, ze werd steeds introverter, je zag een pijn in haar ogen.
Het gevoel van een depressie ken ik niet. Ik denk dat het een heel eenzaam proces is, het heeft niets te maken met wat er gebeurt, het is een gevoel. Haar ouders probeerden haar op te beuren, gingen met haar naar een concert. Midden op de snelweg gooide ze het portier open. Haar vader greep haar bij de hand, stopte op de vluchtstrook. Zij stapte uit en rende zo de snelweg op. Op slag dood. Toen werd het zo morbide om naar een blonde vervangster op zoek te gaan, dat we met Centerfold zijn gestopt.
Van ons imago heb ik nooit last gehad. Ik ben altijd blijven spelen met sensualiteit. Ik trek nog steeds een man uit het publiek bij wie ik op schoot ga zitten. Toen mijn oudste zoon vier was, ging hij voor het eerst mee naar een optreden. Terwijl ik bij zo'n man op schoot zat en voor hem zong, rende hij huilend naar voren en riep: 'Blijf van mijn moeder af!' Weg act. Hij is eroverheen gekomen hoor, mijn zoon. Het hoort bij mij."
Les 3
Maak onderweg veel brokken
"Ik heb als tiener wat af gebanjerd. Stickies roken en als ik geen hasj kon vinden, droogde ik de sliertjes aan de binnenkant van bananenschillen en rookte die. Ik ben van het nonneninternaat gestuurd, omdat ik wiet op liet sturen door mijn Amsterdamse vrienden.
Ik heb dertien jaar zonder rijbewijs gereden en zeven jaar in een illegale goktent gewerkt, waar ik overigens mijn man Sjaak heb leren kennen, al kregen we pas achttien jaar later een relatie. Hij had destijds gok- automaten in dat casino, die hij af en toe kwam legen of repareren. Toen hij me achter de roulettetafel zag zitten, kwam hij opeens elke dag.
We moesten eerst uitrazen allebei. Ik heb verschillende keren samengewoond en elke keer stond ik na verloop van tijd weer huilend met een koffer bij mijn moeder op de stoep. Sjaak had een discotheek in Amsterdam en is ook flink losgegaan. Op een gegeven moment kwamen we elkaar weer tegen toen een vriendin van mij een relatie met hem kreeg. 'Hé,' zei ik, 'jou ken ik.' Toen het tussen hen uitging, belde hij me.
Dat jaar werd ik 35 en veranderde alles. Ik was net met mijn solocarrière begonnen, in november stond Sjaak voor de deur, in februari waren we verloofd, in augustus getrouwd en in oktober was ik zwanger. Keurig volgens het boekje. Maar het is goed dat we eenzelfde soort verleden hebben."
Les 4
Neem het leven niet voor lief
"Veel is mij komen aanwaaien. Tijdens Centerfold zat ik met mijn manager in onze hotelbar waar een jazz-trio speelde en op een gegeven moment heb ik aan de pianist gevraagd of ik een liedje mee mocht zingen. Mijn manager riep na afloop verbaasd: 'Ik wist niet dat jij dit kon!' 'Ik ben ermee opgegroeid,' zei ik, 'ik luister altijd naar jazz, ga naar pianobarretjes.' Toen besloten we: als de tijd rijp is, gaan we daar wat mee doen.
En zo ging het. Het ging goed, ik maakte de ene plaat na de andere. Toen werd mijn dochter plotseling ziek. Een hersentumor, ze was anderhalf. Het was verschrikkelijk. Je kunt zo'n klein kind niet uitleggen wat kanker is, je kunt haar alleen vasthouden. Tijdens al die nare behandelingen. Ze is uiteindelijk genezen, maar het zijn van die momenten waarop je beseft dat niets belangrijker is dan dat het goed gaat met je kinderen en dat het ook zomaar mis kan gaan. Daardoor ben ik gaan koesteren wat naar me toekomt.
Hoewel ik altijd van het een in het ander ben gerold, denk ik na elke cd en promotietoer weer: oh jee, en nu? Een knagende onzekerheid: wat als het opeens voorbij is. Het zijn moeilijke tijden in de muziekbusiness. Vorig jaar vierde ik mijn 25-jarig jubileum. Toen kwam er opeens een contract van Universal Music Singapore, daar heb ik net een zestiende cd opgenomen. Ze zijn in Azië heel jazz-minded en ik heb het geluk gehad dat 25 jaar geleden een liedje van mijn eerste cd de titelsong werd van een Japanse dagelijkse soapserie. Dat werd een hit en mijn bekendheid heeft zich over heel Azië uitgebreid. Daar ben ik hartstikke dankbaar voor."
Les 5
Als je moeder niet helemaal voldoet, neem er dan een bij
"Mijn vader overleed toen ik acht was, we woonden in Uruguay. Mijn moeder en ik gingen terug naar Nederland, want daar kreeg mijn moeder een weduwenpensioen van Philips, en een flat. Mijn moeder voelde zich totaal ontheemd, ze sprak de taal niet, want wij spraken thuis altijd Frans. In de betere Egyptische kringen sprak men Frans. Ze kon niet wennen aan de Nederlandse cultuur. In Egypte en Uruguay leeft iedereen buiten, mensen lopen in en uit, blijven mee-eten, in een handomdraai staan er tafels vol met eten. Ze vond Nederland koud in alle opzichten. En dan moest ze mij ineens opvoeden.
Mijn moeder was de vrouw van een directeur geweest. Ze verzorgde de soirees. Ik werd opgevoed door een gouvernante, we hadden een chauffeur, een huishoudster en een kokkin. Dat viel allemaal weg. Ze moest haar eigen rijbewijs halen. Ik verhollandste in rap tempo. Omdat zij het moeilijk had, werd ik rebels. En zo belandde ik op het internaat. Eerst ging ik naar Valentijn in Driebergen, dat zo streng was dat ik nonneninternaat Koningshof in Veldhoven, waar ik de middelbare school deed, als het walhalla ervoer. Er waren kinderen die elk weekend naar huis gingen.
Omdat mijn moeder in Amsterdam woonde, ging ik eens in de twee weken en zo bleef ik om de week met een klein clubje over. Hartstikke gezellig. Hoofdzuster Immaculata, een heel progressief mens - ze heeft bijvoorbeeld de nonnenkleding afgeschaft, vond het niet natuurlijk dat kinderen door pinguïns omringd werden - propte ons in haar autootje en dan gingen we in Eindhoven naar de bioscoop of winkelen. Ik ging regelmatig naar haar kantoor, zaten we samen een sigaretje te roken en spraken over het leven. Zij heeft me alles geleerd wat ik moest weten. Ze was een tweede moeder en heeft zo haar best voor me gedaan toen ik door de directeur van school getrapt werd omdat ik stoned in de klas zat. We hebben altijd contact gehouden. Ze is bij mijn huwelijk geweest, ze heeft gespeecht op mijn huwelijk, ze heeft alle drie de kinderen gekend en had foto's van hen op haar bureau. En toen zij bejaard was en naar een nonnentehuis ging, heb ik daar opgetreden. Hadden ze een podiumpje neergezet, voor geluid gezorgd. Haar favoriete liedje was het liedje dat de Franse chansonnier Michel Legrand voor mijn dochter Rachel heeft geschreven in de periode dat ze ziek was. Het liedje Rachel moest ik altijd voor zingen. Zelf heeft ze iedereen aan het bidden gezet toen Rachel in het ziekenhuis lag, iedereen."
Les 6
Een internaat kan een redding zijn
"Dat internaat is mijn redding geweest. Regelmaat. Regels. Ik heb daar discipline geleerd, manieren, omgangsvormen, normen en waarden. We kregen beleefdheidsles. Hoe ga je aan tafel zitten, hoe snijd je een boterham, hoe geef je iemand een hand. Als ik daar niet naartoe was gegaan, was ik een losgeslagen iemand geweest. Mijn moeder kon het gewoon niet meer, mij opvoeden. Toen vond ik haar een stom mens, later begreep ik waar ze vandaan kwam.
Het is later volledig goed gekomen tussen ons, maar ik dacht wel: dat ga ik anders doen. Ik sta dus wel om half zeven 's ochtends op en maak het ontbijt klaar. Elke ochtend. En de lunchpakketjes. En toen ze klein waren, legde ik hun kleren op een stapeltje klaar. Ik zorg. Dat heb ik altijd gedaan. Daar heb ik me altijd heel prettig bij gevoeld. Ik ben de moeder. Ik wilde ook niet dat een ander ze iets zou leren. Ze zijn wel alle drie naar de crèche gegaan, zodat ze konden spelen met andere kinderen, maar slechts drie dagen in de week en zo laat mogelijk ernaartoe en zo vroeg mogelijk halen. Van tien tot vier.
In de periode dat de kinderen klein waren, moest ik best vaak op reis, maar ik zorgde er altijd voor dat ik nooit langer dan twee weken weg was. Want ik wilde niet het eerste stapje of woordje missen. Dat zijn herinneringen die je een leven lang met je meedraagt."
Les 7
Geef het leven door
"Mijn moeder heeft de kinderen nooit gekend. Ze heeft Sjaak wel ontmoet en gezegd dat het goed was. Ze is bij ons huwelijk geweest, twee maanden later was ze dood. Ze had al een hartoperatie gehad en was niet helemaal gezond meer. Ik was haar zorgenkindje. Ik scheel twintig jaar met mijn zussen, ik was altijd La Petite. Het leek wel alsof ze, nu ik eindelijk onder de pannen was, kon gaan.
Ik bewaar haar kern hier bij mij op kantoor. In de hutkoffer waarmee ze destijds van Egypte naar Europa reisde en later naar Uruguay en terug. Kijk, Rachel Fygi staat erop gestempeld. Een Joodse naam. We hebben onze dochter naar haar vernoemd. 'Vois, ma petite', zei ze eens, en ze opende de koffer en haalde haar lievelingskostuum eruit. 'Die heb ik stiekem bewaard.' Ze heeft me buikdansen geleerd en ik heb later nog eens in haar kostuum opgetreden.
Dat ze mijn kinderen niet heeft gekend, haar enige kleinkinderen, vind ik zo erg. Twee maanden na ons huwelijk was ik zwanger, ik had het net van de huisarts gehoord, en ik bezocht haar in het ziekenhuis. 'Mama, je wordt oma,' zei ik blij. Maar ze was al te ver weg, ze reageerde niet. Mijn zus uit Brussel zat er ook bij en jaren later hadden we het samen over dat moment. Ik zei dat ik het zo jammer vond dat mama nooit heeft geweten dat ze oma werd. En toen zei mijn zus: 'Oh ja hoor, dat heeft ze gehoord. Toen jij wegging, zei ze tegen mij: 'Ik zal dat kind nooit zien'."
undefined
Laura Fygi
Laura Fygi werd op 27 augustus 1955 geboren in Amsterdam. Haar moeder was een Egyptische buikdanseres, haar vader een Nederlandse Philips-directeur. Ze heeft drie zussen uit eerdere relaties van haar ouders. Haar vroege jeugd woonde ze in Uruguay, tot haar vader overleed toen ze acht was en ze samen met haar moeder terugging naar Nederland. Haar verdere schooltijd bracht Fygi door op internaten. In de jaren tachtig zat Fygi in de populaire meidengroep Centerfold.
Vanaf 1990 begon ze haar solocarrière. Ze maakte zestien cd's die allemaal verschillend zijn (de een met een big band, de ander met een symfonieorkest, weer een ander latin), maar toch dezelfde jazzy-sound hebben.
Laura Fygi is getrouwd met ondernemer Sjaak Buhling (63). Ze hebben drie kinderen, Mitchell (25), Roger (23) en Rachel (20). Vanaf zaterdag 24 september toert Laura Fygi door het land met het Trio Danny Malando, te beginnen met de North Sea Jazz Club in Amsterdam. Speellijst: www.laurafygi.com
undefined