Met je voeten in het zand in het binnenland, strandpaviljoens bezig aan opmars
Nooit meer in de file naar de kust. Om op een strandstoel te liggen met een piña colada in je hand, hoef je niet meer naar de Noordzeekust. Het aantal strandpaviljoens buiten de kustgebieden is de afgelopen vijf jaar flink toegenomen, zo blijkt uit een publicatie van horeca-adviesbureau Van Spronsen & Partners.
“Het maakt kinderen niet uit of ze nou hier aan het water zitten of in Bloemendaal of Zandvoort”, zegt Peter Prinsen (58), eigenaar van grand café en strandpaviljoen LIZ in Nijmegen, dat vorig jaar zijn deuren opende. “Kinderen willen gewoon een beetje zand, water, een ijsje op zijn tijd en een frietje voor ze naar huis gaan en dan zijn ze hartstikke blij.” Al die dingen zijn net zo goed aan de Lentse Plas in Nijmegen te vinden als aan de kust, wil hij maar zeggen.
LIZ is een van de negen strandtenten die in de afgelopen vijf jaar de deuren opende in de provincies die niet aan de kust grenzen. Daarmee is het aantal strandtenten dat niet aan de kust ligt gegroeid van 22 naar 31, een groei van 41 procent.
Beter weer
“Die paviljoens zitten bijvoorbeeld aan recreatiemeren en rivieren”, zegt Guido Verschoor van Van Spronsen & Partners. Volgens hem wordt horeca daar steeds vaker met recreatie gecombineerd. “Steden hebben vaak beleid om hun stad aantrekkelijker te maken. Een strandtent kan daarin een onderscheidende factor zijn.”
Volgens Prinsen zijn de paviljoens in het binnenland een uitkomst voor mensen die ver van de kust wonen en de beruchte files naar het strand op warme dagen willen vermijden. “Vanaf hier is het anderhalf uur rijden naar de kust, en dan loop je nog het risico dat je in de file komt te staan. Als je dan ook vlakbij naar een strandje kunt, een kwartiertje heen en een kwartiertje terug, is de keuze snel gemaakt.”
En dan is het weer ook nog eens vaak beter in het binnenland, zegt Prinsen, die eerder strandpaviljoens had in Zandvoort. “Vorige zomer was het fantastisch aan de kust. Maar andere zomers is het huilen met de pet op. Hier in het binnenland is het weer beter.”
Ibiza aan de Waal
Naast LIZ zijn er nog drie nieuwe strandpaviljoens in Gelderland gekomen sinds 2013, zoals Sprok Strand in Bemmel. Eigenaresse Liza du Pré (57) wil bezoekers op het strandje aan de Waal het gevoel geven dat ze op Ibiza zitten. “Vroeger was de Waal vies en zat er niemand,” zegt Du Pré. “Nu is het water veel schoner. De regels voor fabrieken om afval te lozen zijn streng geworden.”
Sprok Strand is alleen open bij mooi weer, vanaf april. In de winter open zijn ziet Du Pré niet zitten: “Het is niet zo vol en niet zo gezellig als met mooi weer”.
Du Pré wijkt daarmee af van de trend dat steeds meer strandpaviljoens juist wel het hele jaar open zijn. “Bij regen of wind hebben weinig mensen er zin in om bij een strandpaviljoen te gaan zitten”, zegt Verschoor. “Maar in de winter zijn er ook genoeg mooie dagen, waarop het droog is. Dan gaan mensen vaak naar buiten.”
Lichte toename
Het totale aantal strandpaviljoens nam in de afgelopen vijf jaar licht toe met 4 procent tot 413. De hoogste aantallen zijn te vinden in Den Haag, Zandvoort en Veere. Het aantal groeide vooral in het Zeeuwse Veere: daar steeg het aantal paviljoens met 25 procent naar 30.
Lees ook:
We gaan het meemaken: Amersfoort aan zee
In Amersfoort keken ze raar op, toen daar een stadsstrand kwam. Straks krijgt de stad ook nog een strandpaviljoen onder een appartementencomplex.
Zon, zee, maar te weinig personeel
De temperaturen lopen op, en dus stromen de stranden en terrassen weer vol met zonliefhebbers. De horeca maakt zich op voor een drukke periode, maar hebben vaak tekort aan personeel. Naar schatting staan er ruim 37.000 vacatures open. Volle stranden en weinig personeel is vragen om problemen.