Met het aftreden van Raúl is het Castro-tijdperk nog niet voorbij
Het Cubaanse parlement heeft twee dagen uitgetrokken om de opvolger van Raúl Castro te kiezen. Een historische koerswijziging zit er nog niet in.
Cuba krijgt een nieuwe president. De hoogbejaarde Raúl Castro (86) treedt af als staatshoofd en het parlement heeft vandaag en morgen uitgetrokken voor het kiezen van een opvolger. Daarmee zal de hoogste leiding van het land voor het eerst in bijna zestig jaar niet meer in handen zijn van een Castro en neemt Cuba afscheid van de zogenaamde generación histórica, de rebellenleiders die in de jaren vijftig een legendarische guerrillastrijd voerden tegen dictator Fulgencio Batista.
Castro's meest genoemde opvolger is Miguel Diaz-Canel (57). Deze ingenieur maakte de afgelopen decennia in alle stilte carrière binnen de Communistische Partij. In 2013 werd hij ietwat verrassend gekozen tot eerste vicepresident, wat hem de beste kaarten geeft voor het presidentschap. Andere kanshebbers zijn buitenlandminister Bruno Rodríguez (60), die afgelopen weekeinde namens Cuba naar de Ibero-Amerikaanse top reisde, en econoom Marino Murillo (57).
De machtswisseling betekent niet automatisch een historische koerswijziging. De oude, conservatieve ploeg houdt de werkelijke macht in handen. Raúl Castro en de vicevoorzitter van de Communistische Partij, José Ramon Machado (87), zullen vermoedelijk nog tot 2021 aan het hoofd blijven van de allesbepalende partij, die machtiger is dan de regering. Als de nieuwe president al zou wíllen hervormen, kan dat alleen met toestemming van Castro en Machado, die zelf altijd verandering tegenhielden.
De gewone Cubanen zijn dan ook niet onder de indruk. "Hier is weinig enthousiasme of hoop, alleen stilstand en scepsis", laat journalist Jasan Nieves vanuit Havana weten. "Het is een politiek spektakel met weinig betekenis. De nieuwe president moet zich beperken tot het uitvoeren van het beleid dat Raúl vanuit de Communistische Partij dicteert." In haar digitale krant 14yMedio meldt de dissidente blogger Yoani Sánchez een 'historische verandering in een klimaat van politieke apathie', geïllustreerd met een video vol landgenoten die geen idee hebben waar het over gaat.
Planeconoom
Gedoodverfd opvolger Diaz-Canel staat niet te boek als een hervormer. Het afgelopen jaar verdedigde hij met verve het eenpartijsysteem en de planeconomie. De kortstondige dooi in de relatie met de VS, twee jaar geleden, zag hij als een poging van Washington om de Cubaanse revolutie te gronde te richten. Op een vorig jaar opgedoken video ging hij tekeer tegen onafhankelijke media en beschuldigde hij westerse ambassades van subversieve activiteiten.
Indicatief voor een eventuele koerswijziging wordt de positie van Marino Murillo (57), ook als hij geen president wordt. Deze voormalige militair is de afgelopen tien jaar meermalen door Castro ingezet om economische hervormingen door te voeren. Hij zette zich daarbij af tegen de modellen in andere socialistische landen als Vietnam en China, omdat daar alleen het kapitalisme van zou profiteren. Mocht hij een hoge post in de nieuwe regering krijgen, dan is er kans op nieuwe openingen.
De Cubanen zelf geloven er niet meer in. "In het begin zal de nieuwe president zeker een paar opvallende maatregelen nemen om de indruk te wekken dat het proces van hervorming weer is opgepakt," aldus journalist Nieves. "Maar niets ingrijpends en alles in een tempo dat is vastgesteld door de históricos."
Lees ook: de Castro's laten een verstard en geïsoleerd Cuba achter
Het Cubaanse productiesysteem ligt plat. Vrijwel alles moet geïmporteerd worden. In de buurtwinkels, waar Cubanen terecht kunnen met hun bonnenboekje en waar ze nog met peso's kunnen betalen, is vrijwel niets meer te krijgen. En de laatste bondgenoot, Venezuela, zit nu zelf ook aan de grond.