Mama dweilt de Gamma
Alleenstaande ouders-moeders, vooral-kunnen best zelf voor hun inkomen zorgen, vindt het kabinet. Per 1 januari moeten daarom alle bijstandsmoeders aan het werk, ook degenen met jonge kinderen. Maar nu al is de praktijk dat de meeste alleenstaande moeders werken. Het is een geregel van jewelste-vooral weggelegd voor hoger opgeleiden.
Jennifer Duin (20) dacht dat ze het kon. Elke ochtend haalde ze om zes uur 's ochtends haar zeven maanden oude dochtertje uit bed. Ze voedde, waste en kleedde de baby en legde haar daarna weer in de box om zichzelf aan te kleden. Even voor achten zat ze op de fiets, het kind in een draagzak, richting kinderdagverblijf. Ze was bijna altijd de eerste die haar baby afleverde.
Vijf dagen per week was Jennifer bezig met een race tegen de klok. Ze fietste vanuit haar woonplaats Hengelo naar haar mbo-opleiding in Enschede, want dat was sneller dan de bus. Buiten adem arriveerde ze dan rond half negen in de klas. Op andere dagen werkte ze in een peuterspeelzaal. 's Middags herhaalde de race tegen de klok zich in omgekeerde volgorde. Als haar dochter om acht uur 's avonds in bed lag, kroop Jennifer er zelf vaak maar bij.
Ook de sociale dienst in Hengelo dacht dat het kon. Formeel had en heeft Jennifer geen sollicitatieplicht. Ze is bijstandsmoeder met een kind jonger dan vijf jaar en hoeft daarom niet verplicht op zoek naar werk. Maar de gemeente Hengelo probeert jonge bijstandsmoeders wel te stimuleren. ,,Ik kreeg een assessment en een beroepentest, ze betaalden mijn opleiding.' Mede op aandrang van de sociale dienst begon de toen 18-jarige Jennifer twee jaar geleden daarom eerst aan een mbo-opleiding sociaal-pedagogisch werk. Na vier maanden haakte ze af. Vijf dagen per week dubbele taken was te veel. Het geld van de opleiding moest ze terugbetalen.
Sindsdien zit ze thuis, met haar inmiddels twee jaar oude dochter Joyce, die geboren werd na een 'ongelukje'. Joyce speelt naast haar op de tweedehandsbank in de stijlvol ingerichte, sobere flat. Joyce is half-Amerikaans; Jennifer raakte zwanger toen ze een jaar in de VS verbleef via een uitwisselingsprogramma. Een abortus weigerde ze.
Jennifer wil werken. Maar dat is moeilijk met alleen een vbo-diploma en niemand in je omgeving die zoiets óók doet. Ze heeft slechts uitzicht op ongeschoold werk. Daarmee komt ze niet snel uit boven bijstandsniveau, in haar geval 850 euro. ,,Ik ben in dat eerste jaar ook nog schoonmaakster geweest, voor tien uur in de week. Elke ochtend dweilde ik de Gamma, terwijl mijn moeder op Joyce paste. Ik had die tijdelijke baan zelf geregeld. Maar toen het contract af was gelopen, was ik blij. Ik wilde nu eerst voor mijn kind zorgen. Ik wil er voor haar zijn. Pas als ze vier is, wil ik weer werken.' Jennifer schrikt als ze hoort dat de minister haar al eerder aan de slag wil hebben.
Door het actieve beleid van de sociale dienst in haar woonplaats, heeft Jennifer Duin al kennisgemaakt met wat in heel Nederland per 1 januari praktijk moet gaan worden. Vanaf dan moeten ook bijstandsmoeders met jonge kinderen op zoek naar werk en/of een opleiding. Moeders met oudere kinderen moesten dat al. Minister Rutte van sociale zaken wil zo de economische zelfstandigheid van de burgers vergroten.
De nieuwe regels betekenen niet dat opeens alle alleenstaande ouders met jonge kinderen verplicht aan het werk moeten. Gemeenten moeten voortaan per individu bekijken wat de mogelijkheden zijn. Er moet kinderopvang beschikbaar zijn. Ook moet de gemeente 'serieus' luisteren naar de bezwaren van bijstandsmoeders die uit principe voor hun kinderen willen zorgen.
De maatregel treft ongeveer 33000 bijstandsmoeders, de groep met kinderen onder de vijf jaar. Maar waarom werken die vrouwen nu niet? Dat is een intrigerende vraag. Uit cijfers van het Sociaal en cultureel planbureau (SCP) blijkt namelijk dat alleenstaande moeders over het algemeen vrij werklustig zijn. Zodra de kinderen ouder zijn dan zes jaar, werken alleenstaande moeders precies net zo vaak buitenshuis als niet-alleenstaande moeders; circa 60 procent heeft een baan. Vooral de afgelopen jaren nam hun aantal snel toe.
Zijn de kinderen jonger dan zes jaar, dan is het een ander verhaal, blijkt uit diezelfde cijfers. Komt dat doordat er dan geen sollicitatieplicht is? Door een tekort aan kinderopvang? (,,Maar als je écht wilt, is er altijd wel opvang te regelen. Of zij betalen het voor je, en dan moet je ook', zegt Jennifer Duin.)
Of ligt dat aan andere factoren? Ook in deze categorie werkt nog altijd 37 procent. Maar dat zijn vooral vrouwen die al werkten vóór ze alleen kwamen te staan. Hoger opgeleide vrouwen, vooral.
,,Alleenstaande moeders willen wel werken. Maar net als andere moeders alleen part-time. En zie dan maar eens genoeg te verdienen', denkt Marian van Til (30). Zij bleef drie dagen per week werken op een basisschool toen ze ruim drie jaar geleden na een scheiding alleen voor de zorg van haar dochter Daniek (nu 5 jaar) kwam te staan. Met haar 1100 euro netto-salaris kan ze rondkomen -maar ze is blij met de huursubsidie. Haar ex betaalt mee aan de opvoeding.
,,De bijstand was mijn schrikbeeld. Ik heb alles op alles gezet om te blijven werken. Vooral dankzij de hulp van mijn ouders is dat gelukt. Het is druk, maar het gaat goed. Ik ben me niet speciaal bewust dat ik een 'alleenstaande moeder' ben. Ik heb een leuk kind, een leuke baan én ik doe het toevallig in mijn eentje.'
In de agenda van Marian van Til is te zien hoe ingewikkeld de combinatie is van werk en zorg. Met felgekleurde stiften zijn de verschillende soorten afspraken gemarkeerd. De ene kleur voor de eigen werkafspraken, de andere voor de kinderpartijtjes en zwemlessen en weer een andere kleur voor de vraag wie vandaag het kind ophaalt. En o wee, als er opeens een vergadering tussendoor komt.
Consequentie was wel dat Daniek niet in haar woonplaats Putten naar school kon. ,,In plaats daarvan rijdt ze 's ochtends om 7.00 uur al met mij over de snelweg naar Amersfoort, naar mijn werk. 's Middags kan ik haar niet ophalen. Dan moet ik mijn eigen groep 8 uitgeleide doen en nog andere taken afmaken. Soms halen opa en oma haar op. Op andere dagen levert een andere moeder Daniek bij mij af in de klas. Dan zet ik haar in een bankje en gaat ze tekenen, terwijl ik mijn werk afmaak.' Ook op de dagen dat Van Til niet werkt, moet ze tóch naar Amersfoort rijden om haar kind op te halen. Ze wil verhuizen, maar een huurhuis is onvindbaar.
Bij vlagen vraagt ze zich af wat ze haar dochter aandoet. Vooral als ze Daniek om 6.00 uur 's ochtends wakker probeert te schudden. ,,Je kunt het zielig vinden, zo'n meisje dat vanaf de eerste schooldag moet overblijven. Maar Daniek weet niet beter. Zoals ik haar observeer, komt ze niets tekort. Ze gaat zingend naar school, en naar opa en oma. En ik ga zelf ook met plezier naar mijn werk. Maar als ik minder opleiding had, en ik zou achter de kassa moeten zitten voor nauwelijks meer geld dan de bijstand, zou het een andere afweging worden.'
Juist omdat ze al ervaring had in het combineren van werk en zorg, kon Marian van Til haar nieuwe bestaan van alleenstaande werkende moeder relatief 'makkelijk' vormgeven. Ze denkt er zelfs over om een studie psychologie op te pakken.
Aanzienlijk moeilijker is het om te gaan werken voor alleenstaande moeders die de dubbele goochel-act van werk en zorg niet eerder hebben uitgevoerd. Veel van die vrouwen komen uit traditionele milieus. Hun vriendinnen zorgen thuis wél voor de kinderen.
Blijkbaar geldt: óf een alleenstaande moeder redt zich financieel vrij snel alleen, óf ze loopt risico om langdurig in de bijstand te blijven. De Rekenkamer deed afgelopen voorjaar onderzoek naar bijstandsmoeders en concludeerde dat maar heel weinig van hen via een baan de bijstand verlaten. Zelfs al werkt 23 procent van alle bijstandsmoeders, de meesten van hen zelfs al meer dan twee jaar -jaarlijks slaagt slechts 6 procent erin een eigen inkomen te verwerven. Gemeenten helpen de vrouwen onvoldoende bij het vinden van werk. Of het lukt, hangt nu nog vooral af van de motivatie van de vrouw, van de kinderopvang en van haar gezondheid. De kans om uit de uitkering te komen is groter door te trouwen of samen te gaan wonen (7 procent).
Een van de vrouwen die het lukte, was Youska Cobelens (35) uit Duivendrecht, alleenstaande moeder van twee zoons van 10 en 6 jaar. Vier jaar ontving ze een bijstandsuitkering, maar sinds een jaar is ze 'er uit'. ,,Ik ben ontzettend blij dat ik uit de bijstand ben. Financieel gezien maakt het niet eens zoveel uit, maar ik heb het gevoel dat ik weer iemand ben.'
Het waren zware jaren. Ze zegt dat het haar niet gelukt zou zijn om te werken toen haar kinderen nog jonger waren. Emotioneel niet, en ook omdat opvang voor haar onbetaalbaar was.
Youska Cobelens was zwanger van haar jongste toen ze scheidde. Ze was al eerder gestopt met werken, om de zorg op zich te nemen voor de zoon van haar man, uit een eerdere relatie. ,,Daarna kregen wij ons eerste kind. Financieel hadden we het erg goed. We hadden twee auto's voor de deur en een speedboot in de haven. Op dat moment vond ik het fijn om thuis te zijn bij de kinderen. Achteraf heb ik er wel spijt van. Het is goed om niet de hele dag moeder te zijn. Ik merk nu dat ik mijn werk een verademing vind.'
Ze belandde in de bijstand. De alimentatie van haar ex-man werd van haar uitkering afgetrokken. ,,Ik voelde me mislukt. We moesten verhuizen. Ik vond dat ik er voor de kinderen moest zijn. Ik had op dat moment een baan niet kunnen combineren met de zorg voor mijn kinderen. Ze gaan één keer in de 14 dagen naar hun vader, de rest van de tijd stond en sta ik er alleen voor. Kinderen zijn honderdduizend keer ziek als ze jong zijn. Bovendien komen ze vroeg thuis. De kleine ging twee ochtenden naar de peuterspeelzaal. De oudste komt om drie uur uit school en heeft twee middagen vanaf twaalf uur al vrij. Als je een goede baan hebt, kun je kinderopvang of een oppas nemen. Maar dat kon ik niet betalen.'
Wel hield ze in het achterhoofd dat ze ooit weer zou willen werken. Ze aanvaardde bestuursfuncties in de peuterspeelzaal en op de basisschool. Ze kocht een computer. ,,Ik wilde bijblijven voor als ik weer aan de slag zou gaan. Toen de jongste vier jaar oud was, ben ik een paar uur per week gaan werken bij het assurantiekantoor waar ik nu nog steeds werk. Via een vriendin hoorde ik dat ze iemand nodig hadden voor wat klusjes. Het kon onder schooltijd. Er ging een wereld voor me open. Ik had acht jaar thuis gezeten en voelde dat ik weer iets te bieden had.'
De sollicitatieplicht voor moeders met kinderen vanaf zes jaar werkte als een stok achter de deur, erkent ze. ,,Ik wilde voorkomen dat ze me achter de kassa van de Plusmarkt zouden zetten. Ik heb een vwo-diploma, ik wilde een baan die bij me past.' Ze vond die sollicitatieplicht ook wel redelijk. ,,Je kunt niet tegen andere werkenden zeggen: 'Ik wil uit principe voor mijn kinderen zorgen, zorgen jullie maar voor mij'.'
Youska Cobelens werkt tegenwoordig op een vast contract 24 uur per week. Ze regelde dat ze voor 20 uur wordt betaald, de andere vier uur spaart ze op voor vakanties of om vrij te kunnen nemen als de kinderen ziek zijn. Toch blijft het een hoop geregel. Ze heeft voor twee middagen haar moeder -die zelf ook nog werkt- ingeschakeld als oppas.
,,Sinds 1 september vorig jaar ben ik uit de bijstand. Mijn salaris zit op het bijstandsniveau, maar doordat de alimentatie niet meer van de uitkering wordt afgetrokken heb ik financieel iets meer armslag. Dat bijstandsmoeders met jonge kinderen vanaf volgend jaar moeten solliciteren vind ik niet goed. De eerste twee jaar moet je bij je kinderen zijn. Daarna kun je wel werken. Maar maximaal drie ochtenden, denk ik. Kinderen hebben ook hun rust nodig. Zeker kinderen van gescheiden ouders, die worden al zo vaak van hot naar haar gesleept.'