Lijfrenteaftrek verder aan banden

Iedere Nederlander zijn eigen aftrekpost, leek lange tijd het credo in de belastingpolitiek. Onder de Wet IB 1964 kon een aardig bedrag aan lijfrentepremieaftrek worden verkregen, zonder dat sprake behoefde te zijn van een tekort aan pensioenopbouw.

door Ilse Kuiper

Op dat bedrag werd weliswaar door de jaren heen beknibbeld, maar zelfs in 2000 bedroeg de basisaftrek (eerste tranche) nog fl6179 (euro2803,91). Maar met de invoering van de Wet IB 2001 is er definitief een einde gekomen aan de opgetuigde kerstboom van aftrekposten: de ongetoetste lijfrentepremieaftrek (basisaf trek) werd teruggebracht tot euro1036 in 2001 en euro1069 in 2002.

Premies ten behoeve van een lijfrenteverzekering waarbij gedurende een bepaalde periode premie of eenmalig een koopsom wordt betaald, zijn dit belastingjaar dus nog tot euro1069 fiscaal aftrekbaar in box1. Omdat in box1 een progressief tarief geldt van maximaal 52%, betaalt de fiscus maximaal 52% aan de lijfrentepremies tot euro1069 mee. De uitkering is belast. Premies voor een vrijwillige (dus geen verplichte) eigen bijdrage aan de pensioenregeling verminderen deze basisaftrek. De snoeidrift van het kabinet is nu wel erg ver doorgeschoten, door met ingang van 2003 ook de basisaftrek te laten vervallen. De zogenoemde 'jaarruimteaftrek' (die zoals de naam al aangeeft, geldt over één belastingjaar) voor mensen met een aantoonbaar pensioentekort, blijft echter bestaan.

Wie ook in 2003 gebruik wil maken van een fiscaalvriendelijke pensioenopbouw, zal moeten aantonen dat het 'normpensioen' van 70% van het laatstgenoten inkomen op de pensioendatum niet haalbaar is. Dat schijnt bij ongeveer 80% van de Nederlanders het geval te zijn, dus zal voor velen deze fiscaalvriendelijke aftrekmogelijkheid blijven bestaan.

Het uitrekenen van de jaarruimte is niet zo ingewikkeld. De formule is onder meer door de Belastingdienst uitgewerkt in de 'Aanvullende toelichting voor lijfrentepremieaftrek op de aangifte over 2002' (www.belastingdienst.nl). Voor de aftrek gelden maxima. Voor de 'jaarruimteaf trek' is dit een maximum van 17 procent van de voor u geldende premiegrondslag minus de pensioenopbouw in het desbetreffende jaar (dit komt neer op een kleine euro23000). De premiegrondslag is het inkomen in box1 verminderd met de AOW-franchise. De jaarruimte moet in het belastingjaar 2002 nog worden verminderd met het bedrag van de benutte basisaftrek omdat die rekenkundig onderdeel uitmaakt van de jaarruimte.

Naast de 'jaarruimte' is er in 2003 nog een fiscaalvriendelijke oplossing voor pensioenopbouw: de 'reserveringsruimte' of 'inhaalaftrek'. Belastingplichtigen die de jaarruimte in de zeven voorafgaande jaren niet helemaal hebben benut, kunnen de niet-benutte jaarruimte tot beperkte bedragen in het latere jaar alsnog aanwenden voor de aftrek van lijfrentepremies. Ook de inhaalaftrek is aan een maximum gebonden. Deze mag niet meer bedragen dan 17% van de in dat jaar geldende premiegrondslag met een maximum van euro5885. Wie aan het begin van het kalenderjaar 55 jaar of ouder is, heeft maximaal euro11626 inhaalruimte.

Tot slot een tip: bijstorten op een bestaande polis kost minder dan het vestigen van een nieuwe polis.

Wie nog gebruik wil maken van de jaarruimte, kan de gedachten laten gaan over de zogenoemde terugwentelingsregeling. Als de premies binnen zes maanden (in 2001 en 2002 zelfs 12 maanden) na afloop van het kalenderjaar zijn betaald of verrekend, mogen deze nog teruggewenteld worden naar het voorgaande belastingjaar. Met andere woorden: wie de lijfrentepremie ten behoeve van de jaarruimte pas betaalt in december 2003, mag deze nog terugwentelen naar het belastingjaar 2002.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden