'Liefde en letteren wakkeren elkaar aan'
interview | literatuur | Hij wordt 60, schrijft aan zijn 75ste boek en vanaf morgen is hij eregast op het literaire festival Saint Amour. De Gentse auteur Herman Brusselmans over de Grote Liefdes in zijn leven.
Ach, de liefde. Wie kan er zonder? Of misschien moeten we wel zeggen: wie kan er mét? Herman Brusselmans kan het allebei niet en wel. Het bijna 75 boeken tellende oeuvre van de Vlaamse schrijver (die dit jaar 60 wordt) staat bol van de, meestal zeer hilarische, belevenissen en verwijzingen naar seks en liefde, overduidelijk met een hoog autobiografisch gehalte. Zijn literatuur is grof, plat, melancholisch, maar bovenal dolkomisch. Daar moet je van houden, ja. Maar vast staat dat Herman Brusselmans binnen het relatief zwaarmoedige Nederlandse taalgebied een genre op zich heeft uitgevonden.
En het mooie is: zo hilarisch als hij over de liefde schrijft, zo serieus kan hij erover praten. Tenminste, als het hem met de liefde voor de wind gaat. Want de laatste keer dat de Gentse auteur uitgebreid met deze krant sprak (De Tien Geboden, juli 2014) weigerde hij al te diep op zijn liefdesleven in te gaan: 'Afijn, vind je het goed als we er nu over ophouden?' Alle reden dus om er weer eens fijntjes over te beginnen.
Hoe staat het nu met de liefde?
"Awel, ja goed. Ik heb intussen alweer anderhalf jaar een vriendin. Ze heet Lena, is 26 jaar, komt uit Amsterdam maar studeert, werkt en woont in Brussel."
Terwijl u in Gent woont. Is dat niet lastig?
"Met de trein is het een half uurtje, dat is goed te doen. We moeten maar zien hoe het loopt. Ik zit hier goed in mijn loft in Gent, dat hou ik ook zeker aan, maar mogelijk ga ik in de toekomst bij haar in Brussel wonen. Het hangt ook af van haar plannen."
Zo te horen heeft de liefde u flink te pakken.
"Ja, ja, het is nog steeds dolle verliefdheid. Ze zeggen vaak dat verliefdheid vluchtig is, van voorbijgaande aard, maar ik vind dat bullshit. Ik heb in mijn leven vier grote liefdes gehad en voor alle vier voel ik nog evenveel. Dat geldt in het bijzonder voor Tania, met wie ik achttien jaar samen was. En al die tijd verliefd gebleven. Nog altijd zie ik haar graag."
Bestaat er voor u zoiets als 'de grote liefde van je leven'?
"Ik heb twee grote liefdes in mijn leven: de liefde zelf en de literatuur. In de praktijk komt dat neer op Lena, Tania, de hond en een paar vrienden. Dat zijn de belangrijkste elementen. Ze geven mij tegenwicht voor de ellende in de wereld. Die ga ik niet uit de weg - ik lees alle kranten en bekommer mij ook heel erg om de problemen in de wereld. Ik ben Amnesty-lid, ik probeer iets te geven aan de wereld. Maar ik heb de mensen om wie ik geef en het schrijven nodig om weerstand te bieden aan het serieuze en het negatieve. Vandaar deze twee grote liefdes. Bij mij wakkeren de letteren en de liefde elkaar ook aan. Nu ik zo verliefd ben op Lena, merk ik dat ik extra veel zin heb om te schrijven. Het liefst over haar."
Ze is wel een flink stuk jonger. Lena is 26, u wordt in oktober 60. Werkt dat op termijn wel?
"We schelen 34 jaar. Ach, je kan er niet onderuit dat het maar getallen zijn, hè. Al merken we het verschil soms wel. Iemand van haar leeftijd heeft de wereld nog voor zich, dus je moet je wel aan elkaar aanpassen. Als ik 80 ben en zij 46, kun je dan nog iets voor elkaar zijn? Natuurlijk denk ik daar wel aan, al heeft dat weinig zin. Dat moet je dag aan dag nemen, ik neem de liefde zoals het komt."
Zij ook?
"We zijn allebei monogaam en gaan niet piekeren over alternatieven. En zij is mooi, maar geen flirter, dat is ook al een hele geruststelling."
Zou u zonder liefde kunnen?
"Je kan zonder als er niemand is. En er zijn natuurlijk verschillende soorten liefde. De onbereikbare liefde, de one-nightstands; ik heb ze allemaal gekend. Ik heb ook altijd voor de liefde opengestaan. Dat ik op mijn 58ste nog als een puber voor Lena ben gevallen, en zij voor mij, dat vind ik mooi. Want het moet natuurlijk wel wederzijds zijn. Dan is het fantastisch."
Over naar uw andere verknochtheid: de letteren. In het najaar verschijnt uw 75ste boek, daarnaast schrijft u columns en stukken voor allerlei kranten en bladen. Dat is toch een onmenselijke productie?
"Nee, hoor. Ik doe het heel graag en heel snel. Het is mijn vak. Ik schrijf vaak 's nachts en ik heb daar zoveel plezier in dat ik hoop te kunnen schrijven tot mijn laatste snik."
Herman Brusselmans is 'een zeer belangrijk schrijver' staat er op al uw boeken. Legt die overigens zeer terechte kwalificatie niet een enorme druk op u?
"Ik verzin die achterflappen zelf. Gewoon bullshit, natuurlijk. Het is allemaal vol ironie. Als ik doodga leest niemand mij nog, net zoals niemand Claus, Reve en Mulisch nu nog leest."
Onlangs verscheen uw nieuwste roman 'Guggenheimer koopt een neger'. Zo'n titel is voer voor de politiek correcten. Vreest u die niet?
"Ik trek mij daar niets van aan. Je krijgt eerder de neiging om tegen die politiek correcten in te gaan. Niet om te shockeren maar om duidelijk te maken dat er wel belangrijkere dingen zijn dan zoiets als een zwartepietendiscussie zoals die bij jullie wordt gevoerd. Natuurlijk, het is een onnozele traditie van wel 2000 jaar oud. Maar inmiddels kijken we daar toch heel anders naar? Laat het zo. Moet ik mijn boek dan 'Guggenheimer koopt een zwarte man' noemen? Dan zou ik mijn personage - die juist in alles politiek incorrect is en dus gewoon 'neger' zegt - geweld aandoen."
Waar gaat het boek over?
"Het is de vijfde uit de Guggenheimer-reeks. Hij gaat zich nu mengen in het voetbal en hij vindt dat je het tegenwoordig niet kunt maken om géén neger in je elftal te hebben. Dus koopt hij er een. Dat kan hij makkelijk want hij bezit 82 miljard."
Wat gaat u eigenlijk doen op het literair evenement Saint Amour?
"Ik ga grote literaire voorstellingen geven in Nederland en Vlaanderen. Solovoorstellingen, waarin ik het twee uur lang over de liefde ga hebben. Dat doe ik onder meer door teksten voor te dragen uit mijn eigen oeuvre."
Guggenheimer koopt een neger Herman Brusselmans Uitgeverij Prometheus, Amsterdam 320 blz., euro 19,99
Saint Amour, 'de Rolls Royce onder de literaire festivals', heet het in het persbericht. "Dat heb ik niet verzonnen, hoor", zegt Luc Coorevits, directeur en oprichter van het evenement, dat van 28 januari tot en met 8 maart door Nederland en Vlaanderen trekt. "Maar het heeft wel zijn eigen gezicht en identiteit. Doordat het een literaire theatervoorstelling is waarbij grote zorg is besteed aan decor en belichting. En in tegenstelling tot andere literaire festivals wordt er iets theatraals van gemaakt door de auteurs zelf."
Saint Amour maakt deel uit van literair productiehuis Behoud de Begeerte (sinds 1984), standplaats Antwerpen. Het bestaat - met kleine onderbrekingen - sinds 1990. De liefde is geen vaste thematiek, zegt Coorevits. Zo stond in eerdere jaargangen bijvoorbeeld armoede centraal, en migratie, met Ilja Pfeijffer en Tommy Wieringa. Ook het werk van Hugo Claus kwam in een eerdere editie aan bod en er was een Saint Amour met Italië als thema.
undefined
Literair omstreden, geliefd bij het publiek
Herman Brusselmans (Hamme, Vlaanderen, 1957) is vermoedelijk de meest productieve auteur binnen de Nederlandstalige letteren. Hij levert geregeld twee romans per jaar af. In totaal schreef hij tot nu toe 74 boeken. Nu werkt hij aan zijn 75ste, dat dit najaar verschijnt. Daarnaast schrijft hij verschillende (sport)columns. Kenmerkend voor zijn werk is de doelbewust doorgeslagen platvloersheid van zijn personages (dikwijls geënt op Brusselmans zelf), de vele seksuele escapades en de politiek incorrecte dialogen. De hilariteit en de kolder liggen voortdurend op de loer in zijn romans. Dat en de steeds terugkerende thema's in zijn oeuvre maken dat hij door literaire critici amper serieus wordt genomen. Bij het grote publiek is Brusselmans daarentegen populair. Hij behoort al jaren tot de bestverkopende schrijvers van Vlaanderen.
undefined