Kledingontwerpers leren ondernemen
Hoe breng ik mijn kleding op de markt en hoe kan ik daar geld mee verdienen? Dat waren de grote vragen op de ’Fashion Fasterclass’, afgelopen vrijdag in het Amsterdamse culturele bolwerk De Westergasfabriek. Een groepje talentvolle, beginnende ontwerpers was daar uitgenodigd, door onder andere ABN Amro, om in een masterclass in sneltreinvaart wegwijs te worden gemaakt in de ingewikkelde commerciële kant van het modeontwerpen.
Een van de uitverkoren ontwerpers is Cleo Greidanus (32). Voor aanvang van de masterclass rookt ze nog snel een sigaretje terwijl ze vertelt over haar modeontwerpbedrijf Karssenberg/Greidanus. „Vorig jaar startte ik de onderneming na mijn opleiding als modeontwerper aan de Rietveld Academie. Nu lopen mijn collega en ik tegen een groot aantal problemen aan, allemaal op zakelijk vlak.”
Op de kunstacademie leerde ze nooit hoe je een onderneming financieel op poten zet. „Ons bedrijf loopt redelijk – we maken kleding en doen mee aan modeshows – maar geld verdienen doen we niet. Sterker nog, ik weet niet eens of er überhaupt wel geld te verdienen valt. Voorlopig lijkt het erop dat het vooral de grote merken zijn die binnenlopen.”
Voor haar dagelijks brood werkt ze daarom in de catering. Maar de rest van haar leven biertjes tappen, dat ziet ze niet zitten. „Tijdens de masterclass hoop ik daarom te leren hoe ik onze kleding aan de man kan brengen.”
Voor Manolo Marquez van ABN Amro is het een bekend probleem. „We zien vaak dat ontwerpers creatief sterk zijn, maar onvoldoende weten wat er nodig is om commercieel succesvol te worden.”
Zo hebben sommige creatievelingen nog nooit van een bedrijfsplan gehoord. Ook noodzakelijke juridische kennis om een bedrijf op te starten ontbreekt vaak. In dat soort gevallen leent de bank geen geld uit, terwijl dat hard nodig is om de onderneming van de grond te krijgen.
Marquez: „Met een lening kan bijvoorbeeld een productielijn gestart worden. Om dit soort zaken op orde te krijgen praten wij vandaag, samen met de ontwerpers, over de belangrijkste commerciële aspecten van het ontwerpersvak.”
Een van de sprekers is Eva Olde Monnikhof, van Creative Amsterdam (CCAA), dat creatieve ondernemers steunt. Ze benadrukt hoe belangrijk het is dat ontwerpers de weg weten in de commerciële wereld. „Als ze niet goed geïnformeerd zijn, lopen dingen verkeerd. Ze raken bijvoorbeeld hun eigen merk of label kwijt.”
Naast een persoonlijk drama is dat ook voor het land een verlies. „Nederland is groot in de mode. Niet alleen zijn we de vijfde creatieve metropool in de wereld. Ook passeert jaarlijks voor 8,3 miljard euro aan kleding ons land. Een bedrag dat vijf keer over de kop gaat voor de kleding in de winkel belandt.”
In hoog tempo volgen de sprekers elkaar op, advocaten, accountants en bankiers. Stuk voor stuk strak in pak. Het contrast met de vrije en kleurrijke kleding van de ontwerpers laat wel zien hoe ver de twee werelden uit elkaar liggen.
Aan het eind van de morgen vlucht Cleo Greidanus zichtbaar vermoeid naar buiten voor een sigaretje. „Het is zware kost”, verzucht zij, „maar geweldig dat ik hier aan mee mag doen.”