Kijk, die elitaire Pechtold is óók heel gewoon

 Alexander Pechtold, fractievoorzitter en lijsttrekker van D66. Beeld ANP
Alexander Pechtold, fractievoorzitter en lijsttrekker van D66.Beeld ANP

Iedereen zal weten dat Jesse Klaver op het vmbo zat. Politici komen meestal uit een bevoorrechte groep, maar ze doen graag of ze niet verschillen van het ‘gewone volk’.

Romana Abels

Zelf zijn ze niet bepaald laagopgeleid of zorgbehoeftig. Zelf hebben ze geen familiebedrijf, zelf wonen ze niet in een kanswijk. Politici willen er zijn voor iedereen, maar dat ze zelf vaak uit bevoorrechte, behoorlijk hoog opgeleide groepen komen valt de kiezers wel op.

Het is een van de redenen dat kiezers in enquêtes antwoorden dat ze boosheid voelen, of walging. Toen Trouw drie jaar geleden kiezers vroeg naar hun emotie als ze denken aan de politiek, antwoordde een derde dat ze van politiek walgen. Onderzoeken op dit moment lijken die bevindingen te bevestigen. Ook nu weer is boosheid een belangrijke emotie, die zich vooral richt op minister-president Rutte en PVV-leider Geert Wilders. Mediapolitiek.nl, een tijdelijk samenwerkingsverband van communicatie-onderzoekers en politicologen, telde op Facebook het aantal minachtende reacties om tot die conclusie te komen.

Raakvlakken vergroten

Zeker in verkiezingstijd proberen politici daarom uit alle macht belangstelling te tonen voor de mensen aan de andere kant van hun leefwereld. Proberen ze hun raakvlakken met anderen uit te vergroten. Dat iedereen moet weten dat Jesse Klaver op een vmbo-school zat en opgroeide in de westrand van Roosendaal, komt onder meer daardoor. “Mensen zeggen vaak tegen me: ‘Kom je helemaal uit Amsterdam?’, zo erg zijn ze gewend dat die van GroenLinks daar wonen”, zegt Klaver.

Dat Diederik Samsom vijf jaar geleden kon zeggen dat hij uit eigen gezinservaring weet hoe het is om met een beperking te leven, kwam in die zin ook goed uit. Of dat Emile Roemer kan vertellen dat hij zijn inmiddels overleden moeder naar een verpleeghuis heeft moeten brengen, toen het thuis niet meer ging.

Andere politici moeten meer hun best doen, zoals Alexander Pechtold. Toen hij meedeed aan ‘Talenten zonder centen’, een televisieprogramma waarvoor hij met de zangers Nick en Simon zonder geld op pad moest naar een vreemde stad, viel het hem op dat niemand in zijn eigen omgeving erop reageerde. Toevallig was er een dag na de uitzending net een loodgieter in huis. “Ik zag u op televisie”, zei de man enthousiast. Het is niet zozeer omdat Pechtold graag zo veel mogelijk op televisie wil, maar omdat hij hoopt bij een andere groep kiezers in beeld te komen.

Op 4 maart is Pechtold ongetwijfeld om dezelfde reden te zien in ‘Eigen huis en tuin’, waar hij een opslagplaats voor zijn kaphout zal timmeren, en was Lodewijk Asscher al twee keer in de uitzending van Libelle TV. Onlangs nodigde Pechtold vijftig teleurgestelde mensen uit in zijn werkkamer aan het Binnnenhof. “Ik wil laten zien dat ik kritiek, onvrede en problemen serieus neem”, zegt Pechtold. Jesse Klaver lepelde om dezelfde reden een bord soep naar binnen met een familie die honderd procent achter Zwarte Piet staat.

Adblocker

Ook voor opperpoliticus Mark Rutte is het ingewikkeld om bij kiezers aan de andere kant van het spectrum in beeld te komen. Rutte, die een absolute leek is op het gebied van jongerencultuur, was begin januari opeens heel geïnteresseerd in het wel en wee van vlogger Yous Toub. “Ik vind die reclames altijd zo irritant”, zei Rutte. “Kan je adblocker doen”, antwoordde Youssef Koukouh - zo heet hij echt. “O ja, joh?”, zei Rutte.

Eén politicus doet het nadrukkelijk niet. Sybrand Buma, de leider van het CDA, is nog niet in een spelshow te zien geweest. Waarschijnlijk luisterde Buma heel goed naar politicoloog Tom van der Meer, die vreest dat politici aan gezag inboeten als ze zich als ‘gewone mensen’ voordoen. Volgens Van der Meer wordt het niet snel erger dan in 2002, toen een verkiezingsdebat op televisie werd gehouden in de pauze van de finale van de ‘Soundmixshow’. “Hoe meer politici laten zien dat ze werkelijk niet zoveel van ons verschillen, hoe minder ontzag we zullen hebben.”

Barbara Berkelaar. Beeld TRBEELD
Barbara Berkelaar.Beeld TRBEELD

Barbara Berkelaar (44) is bestuurder van PerspeKtief, een stichting die mensen met psychische problemen, daklozen en slachtoffers van huiselijk geweld helpt met opvang en werk.

Dit is dezelfde stichting die Bas Spijk heeft geholpen. “Zijn verhaal is exemplarisch voor veel mensen in de bijstand: het is zo moeilijk daar uit te komen.”

Barbara’s eigen verhaal is anders. Haar ouders hebben haar altijd gestimuleerd alles uit zichzelf te halen. Haar vriendenkring bestaat uit rijke, hoogopgeleide mensen. Ze heeft dan ook weleens moeilijke gesprekken over haar werk, vertelt ze. “Mensen uit mijn omgeving hebben soms bepaalde opvattingen over mensen in de bijstand of met psychische problemen. Het vooroordeel is dat ze niet in staat zijn om mee te doen, crimineel zijn, overlast gevend of dat ze profiteren.”

De kloof tussen mensen uit verschillende milieus is van grote invloed op iemands leven, denkt ze. “Mensen die wij helpen hebben een krasje en weinig netwerk. Maar als mensen uit mijn eigen netwerk iets overkomt, slagen ze er door hun netwerk, hun sociale vaardigheden in betere zorg en zelfs een beter leven te krijgen.”

“Bij onze cliënten zijn de problemen vaak al generaties geleden begonnen. Uitkeringen, armoede, schulden mishandeling, het gaat vaak generaties terug. De uitdaging is die twee werelden met elkaar te verbinden. Dat begint met naar elkaar te luisteren.”

Bas Spijk. Beeld TRBEELD
Bas Spijk.Beeld TRBEELD

Bas Spijk (43) heeft autisme, ADHD en leeft deels van de bijstand. “Eigenlijk kom ik uit een goed milieu. Mijn vader had een eigen bedrijf, mijn moeder kwam uit een rijke familie en mijn zus heeft een heel goede baan.”

Maar hij was anders. “Een buitenbeen-tje. Ik heb softdrugs gebruikt, in de harddrugswereld geleefd en ik ben een tijdje dakloos geweest. Mijn moeder heeft een andere status. Als zij en haar vriendengroepje mijn verhalen horen, schrikken ze. We hebben ook een tijd geen contact gehad.”

Mensen leven in Nederland in verschillende werelden, denkt hij, en ze begrijpen elkaar niet. “Er is angst voor de mensen met wie ik omging.”

Ook politici staan ver van hem af. “Vaak praten ze over onderwerpen die mij niet raken. Het gaat telkens over buitenlanders, de PVV en weinig over wat ze gaan doen aan de zorg en de bijstand.”

Als je eenmaal een lage status hebt, is het ook moeilijk om op te klimmen, weet Bas. Tot twee jaar geleden heeft hij bijvoorbeeld nooit gewerkt. “Ik had een zorgindicatie dus vonden ze dat ik niet kon werken. Ik moest naar de dagbesteding, maar wilde juist een echte baan.”

Tegen alle adviezen in is hij toch gaan solliciteren. En het lukte, hij vond een baan als postbezorger. “Voor 20 uur. En ik ben er gelukkig mee. Ik heb mijn plekje in de maatschappij gevonden.”

En wat blijkt: andere mensen nemen hem nu serieuzer. “Ik heb nu weer contact met mijn familie.”

Waar gaan de verkiezingen over? Op weg naar 15 maart belicht Trouw elke week een thema. Deze week de kloof - de grote verschillen tussen bevolkingsgroepen.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden