winterkamperen

ReizenWinterkamperen

Kamperen in de winter? Fris, maar verslavend

winterkamperenBeeld Nanda Raaphorst

Dauwtrappen, wadlopen, fierljeppen: het is oer-Hollandse ‘kost’ die je eens in je leven moet hebben geprobeerd. Net als het steeds populairder wordende winterkamperen. Fris? Soms. Verslavend? Zeker.

tekst & foto's Nanda Raaphorst

1. DE TENT - Let op de haringen en het grondzeil

Opeens kan het raak zijn, zelfs in april nog. Glinsterend witte heideveldjes, het bos vol krakende diepvriesbladeren. Wie van zulk weer wil genieten, moet gaan winterkamperen. Maar zo’n ijskoud uitstapje vraagt om een goede voor­bereiding. En die begint met de keuze voor een tent.

Heb je de keuze tussen ­katoen of kunststof, neem dan je kunststof tentje mee. Kunststof is licht en glad, neemt geen vocht op en sneeuw en ijs kun je er makkelijk van afschudden. Zorg wel dat je ventileert (rits beetje open tegen condensvorming), controleer of het grondzeil niet onder de tent uitsteekt (een ongewenst vangnet voor sneeuw/regen) en gebruik harde-bodemharingen.

Comfortabel en warm begonnen mijn reisgezel en ik aan de eerste nacht op een Brabants Natuurkampeerterrein. Bij het krieken van de dag, hop, de warme tent uit; het bospad kraakte, de hei was omgetoverd tot een tapijt van witte suikerspinstruikjes. De opkomende zon kleurde de lucht bleekroze. Prachtig.

null Beeld Nanda Raaphorst
Beeld Nanda Raaphorst

2. HET KOKEN - Op propaangas (of een vuurkorf)

Een halve dag eerder, toen de zon bijna onder was, vonden we een fraaie plek op het Natuurkampeerterreintje in het bos. We hamerden de grondpinnen in de harde bodem, rolden de zitlappen uit en verwonderden ons om alle bedrijvigheid om ons heen. Oer-winterkampeerders waren hout aan het hakken en vuurtjes aan het stoken in korven.

Wij deden het met een simpel gasbrandertje. Happy en hongerig vulden we het pannetje met water en roerden de pureepoeder ­erdoor. Voor elke dag van onze winterfietstocht hadden we droogvoermaaltijden mee, die we aanvulden met verse groenten. Maar na acht minuten doofde het vlammetje en dobberde de puree als een eiland in het lauwe water. Dan maar een driegangenmenu muesli­repen, en daarna snel de slaapzak in.

Handig om verpakking alvast van onnodig plastic te ontdoen. In de kou is dat lastig. Beeld Nanda Raaphorst
Handig om verpakking alvast van onnodig plastic te ontdoen. In de kou is dat lastig.Beeld Nanda Raaphorst

De volgende dag hoorden we het geheim: bij vorst gebruik je propaangas, geen butaangas, of een benzine- of spiritusbrander. Ook handig: verwijder thuis alvast lastige verpakkingen en verpak het droogvoer in handige zakjes of doosjes. In de kou worden je vingers stramme stokjes.

3. DE KLEDING - Veel laagjes én een muts

Ook de kleding die je bij winterkamperen aanhebt, is bij voorkeur niet van katoen. Draag een ademende, waterdichte jas (kunstvezel) en eronder laagjes wol of fleecekleding, te beginnen met thermo-ondergoed. Dit laagjessysteem werkt goed, was onze ervaring. Te warm? Pel dan laagje voor laagje af. Ook al is het winter, te veel warmte moet je voorkomen. Zweet veroorzaakt natte kleding en dat zorgt weer voor afkoeling.

Vergeet ook een muts of haarband niet, want de meeste warmte verlies je via je hoofd, ook ’s nachts. En blijf bewegen, want van bewegen word je warm. Waterdichte schoenen aan en lekker wandelen. Of fietsen, zoals wij. Een kraakheldere lucht en een voorjaarszonnetje zorgen al snel voor een wintersportgevoel, maar dan in ­Nederland.

Ochtend op de winterse heide.  Beeld Nanda Raaphorst
Ochtend op de winterse heide.Beeld Nanda Raaphorst

Ook belangrijk in de kou: drink voldoende. Water bevriest (tenzij je het mengt met suiker) dus vul de thermoskannen met warme drank en gebruik isolatiemokken (dubbelwandig).

4. HET KAMPEERBED - Isolatiematje en mummyslaapzak

De tweede avond knorden onze magen niet meer. Met dank aan een kersvers gastankje – de rodecurryprut was in een paar minuten opgewarmd. Nog even laten doorgaren in de slaapzak (lekker zuinig) en het vallen van de nacht kon beginnen. Vanuit de binnentent zagen we de lucht verkleuren van oranje, violet naar goud. We herinneren ons niet eens meer dat we in slaap zijn gevallen. Van het bed hadden we dan ook een heerlijk ‘nest’ gemaakt. We lagen op een isolerend matje in een warme slaapzak die goed aansloot en die geschikt is tot temperaturen ver onder het vriespunt (mummiemodel met capuchon). De fleece lakenzak in de slaapzak was iets te veel van het goede. Wel hadden we ónder de slaapmat een isolatiedekentje gelegd. Ook een goed idee: maak voor het slapen gaan een ommetje en kruip warm de slaapzak in.

Op veel Natuurkampeerterreinen staat in de winter wel ergens een vuurkorf. Beeld Nanda Raaphorst
Op veel Natuurkampeerterreinen staat in de winter wel ergens een vuurkorf.Beeld Nanda Raaphorst

5. WINTERKAMPEERLOCATIES - 25 Natuurkampeerterreinen

Lekker kamperen is het op de terreintjes van stichting Natuurkampeerterreinen, 25 daarvan zijn ook in de winter open. Het zijn basic terreintjes midden in ‘de natuur’ – bos, boomgaard, landgoed, aan zee of langs een riviertje – met voldoende comfort, zoals schone wc’s, warme douches, vaak ook vuurschalen, houtblokken, en vooral: rust en ruimte.

Groen Boekje

Om te kamperen op de 150 Natuurkampeerterreinen (op zes terreinen na allemaal in Nederland) moet je lid zijn van deze groene club. Met het Groene Boekje en/of de Natuurkampeerkaart (15,95 euro voor vier personen op één plek) mag je op de terreinen (wisselend tarief per terrein) je tent opzetten.

Op de website vind je niet alleen de locaties van de terreinen, maar ook enkele winterkampeertips, van het nut van papieren koffiefilters tot en met koubestendige kniematjes. Info: natuurkampeer­terreinen.nl

Behalve deze Natuurkampeerterreinen zijn er natuurlijk ook andere kampeerlocaties jaarrond geopend. Een handige lijst staat op kampeermeneer.nl (zoek op winterkamperen).

Met wat geluk hoor je ’s nachts dieren rond de tent scharrelen. Overdag tref je doorgewinterde winterkampeerders, die altijd wel wat goede tips hebben. Wikkel batterijen, telefoons en extra powerbanks in een warme lap, ook ’s nachts, want in de kou lopen ze­ ­razendsnel leeg. Veruit de beste tip aan nog twijfelende kampeerders was deze: je zult het nooit zo warm en comfortabel hebben als thuis, maar dat was waarom je de buitenlucht opzocht. Dus omarm de kou, omarm het avontuur.

Nog meer tips, en dan ... gáán!

• Heb je het ondanks de in dit ­artikel genoemde tips toch koud in de slaapzak? Vul de lege (= koude) plekken met kleding of gebruik je thermosfles als kruik.
• Winterkamperen in het bos: veeg een (extra) laag bladeren onder je tent, dat isoleert.
• Heb je de keuze neem dan een kleine tent mee, het liefst met afsluitbare binnentent. Hoe kleiner de ruimte, hoe sneller die is ­op­gewarmd.
• Bevroren bodem? Gebruik touwtjes om de tent aan een boom te ­verankeren.
Voorkom vocht in de tent, want vocht koelt af. Dus geen natte handdoeken of schoenen in de tent leggen. Ook niet met gedouchte haren je slaapzak in.
• Tot slot, op ­her­haling: omarm de kou!

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden