Is het toevallig dat culturele elite verzet tegen koningslied leidt?
Het verzet tegen het koningslied werd geleid door Sylvia Witteman, een columniste van de Volkskrant die model staat voor de hoogopgeleide, blanke, culturele elite. Hoe toevallig is dat?
De monarchie heeft in Nederland een stevige basis, zo liet het onderzoek van Motivaction in opdracht van Trouw nog eens zien. Het koningshuis is geen hobby van laagopgeleiden, van mensen die zich, om het maar eens generaliserend te zeggen, via de roddelbladen vergapen aan de pracht en praal van de Oranjes, de mensen die hard werken, wonen in slechtere (huur)huizen en die voor de opkomst van Pim Fortuyn en Geert Wilders nauwelijks werden gehoord.
De steun voor de constitutionele monarchie is net zo groot bij hoger opgeleiden, de mensen met een groot cultureel kapitaal, om maar eens een sjiek woord te gebruiken. Ze lezen literatuur, ze gaan naar muziek en theater, ze wonen in de betere wijken en hun kinderen gaan naar goede scholen. Bij GroenLinks en D66 voelen ze zich thuis, al kunnen ze ook op een volkspartij stemmen - inclusief de VVD.
Sociologen zien een steeds grotere scheiding tussen de leefwerelden van deze twee groepen. Dat verschil manifesteert zich ook nu, rond de inhuldiging. Want de theoretische steun voor het koningshuis mag dan bij beide groepen gemiddeld genomen even groot zijn, de culturele elite is van meet af aan niet erg enthousiast geweest over de manier waarop de troonswisseling gevierd gaat worden.
Het feest moest vooral sober worden (van premier Rutte) en mensen samenbrengen (van de koninklijke familie). Het Nationaal Comité Inhuldiging, onder voorzitterschap van oud-minister voor D66 Hans Wijers, heeft daar drie evenementen voor bedacht. De koningsspelen, het dromenboek en het koningslied. De sportdag vrijdag is alleen voor leerlingen van de basisschool, maar aan het dromenboek kan iedereen een bijdrage leveren, en voor het lied kon iedereen een regel inleveren. Het moest allemaal dus niet alleen sober zijn en samen, maar vooral ook: gewoon.
De koningsspelen zijn zonder twijfel het best gevallen. 6500 van de 7500 basisscholen doen mee. Het vergt een enorme studie om uit te zoeken of de scholen met de hoogste Cito-scores minder vaak meedoen, maar een onverantwoorde steekproef leert dat hoogopgeleide ouders er in elk geval niet mee zitten als de school van hun kind verstek laat gaan.
Het dromenboek moet nog worden samengesteld. Op de site met inzendingen overheersen lieve, leuke ideeën om van Nederland een beter land te maken. In welke huiskamers die dromen komen te liggen valt nog niet te zeggen. Maar vast staat wel dat kritiek op dat boek meteen kritiek is op de tastbare inspanningen van duizenden medeburgers. Sjiek is anders.
En dan het koningslied. Niemand kon verwachten dat voor de compositie een Louis Andriessen zou worden uitgenodigd, of Michel van der Aa, een andere avant-gardist. Maar dat de keus viel op John Ewbank, de grote man achter publiekslieveling Marco Borsato, dat maakte culturele kringen meteen al wantrouwend. Net zo goed was er, vooral ook achteraf, scepsis dat iedereen mocht meeschrijven. Weleens op sociale media of op mobieltjes gezien hoe het volk schrijft? Nou dan!
Meer dan de melodie, was de tekst vrijdag mikpunt van ongekende woede en spot. Columniste Sylvia Witteman noemde het koningslied 'zwakzinnig'. Wim de Bie had het idee dat-ie in een open inrichting woont, taalkundige Wim Daniëls brak het nummer zin voor zin af. Witteman wist onder haar digitale petitie 39.000 handtekeningen te krijgen.
Een ideetje om sorry tegen het koningspaar te zeggen voor de krompraat, haalde meer dan 90.000 waarderingen.
De nieuwe koning en koningin willen graag gewoon zijn, en het volk wil een gewone koning. De culturele elite ziet die gelijkheidsdrang met lede ogen én bezorgdheid aan. Maar de taal: die is van haar. Daar komen John Ewbank en zijn miljoenenpubliek niet tussen.