’In Den Haag blijven wij toch thee drinken’

Juist nu is de toon in het integratiedebat van belang, vindt de Haagse PvdA-wethouder Rabin Baldewsingh. Meer polariseren, zoals zijn partijleider Wouter Bos bepleit, werkt averechts. „Mensen kruipen in hun schulp.”

Perdiep Ramesar en Bart Zuidervaart

Hij begint opgewekt. Enthousiast vertelt Rabin Baldewsingh (45) over het Hindoestaans Holifeest op 22 maart. Het sneeuwde en hagelde die zaterdag in het Haagse wijkpark Transvaal, toch luidden drieduizend Hagenaars daar het Hindoestaanse nieuwjaar in.

„Een geweldige opkomst”, vindt Baldewsingh, de Haagse wethouder van burgerschap. Geen integratie, benadrukt hij. Die term deed hij bij zijn aantreden, voorjaar 2006, in de ban. „Bij integratie denk ik aan: ’jij moet, jij moet, jij moet!’ Een erfenis van het het vorige kabinet. Integratie duidt op eenrichtingsverkeer.” En begin bij hem niet over allochtonen. Mede-Hagenaars, zal hij corrigeren. „Ik heb altijd gezegd: of je hier nu een paar dagen rondloopt of honderd jaar, iedereen in deze stad is een Hagenaar.” Baldewsingh hoort binnen zijn partij, de PvdA, duidelijk bij de ’softe’ stroming. „Noem het maar theedrinken. Dat blijven we hier dus doen.”

In zijn werkkamer op het stadhuis slaat zijn humeur al snel om. Baldewsingh heeft zich ’enorm gestoord’ aan het interview van zijn partijleider Wouter Bos, vorige maand in de Volkskrant. Daarin houdt Bos een pleidooi voor meer scherpte rond het integratievraagstuk. Hij zegt in het artikel: „In het debat over integratie hoor ik voortdurend mensen roepen dat er minder gepolariseerd moet worden. Ongelooflijk. Mijn stelling is: ophouden met dat gezeur over de toon van het debat”, vindt Bos.

Rabin Baldewsingh werd ’nogal boos’ toen hij dat interview las. De wethouder refereert aan de voormalige burgemeester van Den Haag Wim Deetman. „Zijn grootste prestatie is geweest dat de stad gevrijwaard bleef van de polariserende integratiediscussie. In andere grote steden speelde dat heftig op, hier bleef het relatief rustig. En juist Bos zegt dat we moeten ophouden met zeuren over de toon van het debat. Dat heb ik me persoonlijk aangetrokken. In het huidige politieke klimaat doet de toon er juíst toe.”

De Haagse wethouder bestuurt een stad die voor ruim 45 procent door migranten wordt bevolkt. De veelheid aan culturen is een kracht, vindt hij. „Diversiteit is belangrijk. Maar confronteren is prima. Ik doe niet anders als wethouder. Ik spreek Hagenaars van alle nationaliteiten aan op problemen. Maar overheidspolarisaties, en daarmee generalisaties, scheiden ons op dramatische wijze. Wij investeren in een ’Wij-gevoel’, dat doe je door met zijn allen dezelfde kant op te kijken. Doe je dat niet, dan gaat het mis. Ik praat uit ervaring.”

Baldewsingh kwam zelf in 1975 als dertienjarige alleen vanuit Suriname naar Nederland. Zijn persoonlijke migratiegeschiedenis ziet hij als een ’belangrijke les’. „Ik begrijp wat een migrant in Nederland meemaakt. Ik heb geleerd dat hoe moeilijk ik het ook had in Nederland, ik het toch altijd beter had dan waar ik vandaan kwam. Ik leerde juist dat Nederland, Den Haag, mij heel veel gaf. Ik leerde dat ik bereid moet zijn om ook wat terug te doen door mij aan te passen en te investeren in deze samenleving. Maar zonder mijn culturele of etnische bagage weg te gooien. Immers, mijn motto is en blijft: Daar waar het mij goed gaat, is mijn vaderland.”

Baldewsingh vindt dat je van migranten niet mag verwachten dat ze de banden met hun moederland doorknippen. Hij citeert Mahatma Gandhi: ’Ik wil niet dat mijn huis aan alle zijden ommuurd wordt en dat mijn ramen worden opgevuld; ik wil dat alle culturen van alle landen zo vrij mogelijk door mijn huis waaien. Maar ik weiger van mijn voeten geblazen te worden door welke dan ook’.

Baldewsingh: „Sommige Marokkanen voelen zich verwant met het Rifgebergte, Surinamers met Paramaribo. Is dat erg? Absoluut niet. Neem het debat rond het dragen van hoofddoeken. Een absolute non-discussie. Elke keer dat daarover wordt begonnen, zie ik de volgende dag meer hoofddoeken opduiken in het Haagse straatbeeld.”

Wel of geen handen schudden, is dat ook een non-discussie? Binnen de PvdA is er flinke onenigheid omdat islamitische straatcoaches in Amsterdam Slotervaart omwille van hun geloof vrouwen geen hand geven.

„Inderdaad, dit is ook geen discussie waard. Je ontwikkelt er een stad niet verder mee. Ik vind dat we bereid moeten zijn om het verschil te beschermen, ook dat is democratie. Onze kernwaarde is dat je elkaar begroet. Op die manier toon je respect. Dat is in Den Haag de norm. Dat hoeft niet per se met een hand. Het moet een wederzijds geaccepteerde begroeting zijn.”

Maakt u het tijdens uw ontmoetingen in de stad mee dat vrouwen door moslims de hand wordt geweigerd?

„Ik vind dat geen probleem, het valt me niet op. Eerlijk niet. Pas als er niet wordt gegroet, dan is er een probleem. Of je nu je handen ineenslaat, of ze op de borst zet, ik word welkom geheten, dat vind ik genoeg. Wij wonen tegenwoordig ineen mozaïeksamenleving, Dan moet je oog hebben voor elkaars verschillen.”

Daar wordt binnen de PvdA ook anders over gedacht.

„Ik ben blij dat ik bij een partij hoor waar over dit soort zaken hardop wordt gesproken. Dat is de kracht van de PvdA. Maar het wordt vervelend als mensen zich ongenuanceerd uitlaten. Dat verwacht ik niet van politiek leiders.”

Zoals Wouter Bos deed?

„Dan denk ik: wie heeft eigenlijk de norm rond het handen schudden bepaald? Er is wel een norm. Dat we elkaar begroeten, dat we hoffelijk zijn. Mijn culturele achtergrond heeft voor mij bepaald dat het respectvoller is door zo te groeten (Baldewsingh slaat handen tegen elkaar), dan door handen te schudden. Neem ons staatshoofd. Haar heb ik ook eerst op mijn manier, zoals ik dat vroeger heb geleerd begroet, en vervolgens wel de hand geschud.”

„Ik raak gewoon een beetje van de kaart als ik lees dat we meer moeten polariseren en generaliseren. We polariseren al vijf jaar in dit land. Waar heeft het ons gebracht? We zijn hier in Den Haag juist bezig om een toon te vinden die ons bindt.”

Bos signaleert ’oude mechanismen’ binnen de partij, dat problemen uit de weg worden gegaan en daardoor niet worden opgelost.

„Ik zie het nut niet in van de stap die hij hier zet, wanneer mensen weer in hun schulp kruipen. Daar ben ik lokaal niet mee geholpen.”

Hij blaast het integratiedebat wel nieuw leven in.

„Dat is zo. Maar om daarbij te concluderen dat er onvoldoende oog is voor de problemen rond integratie, vind ik wel heel erg gemakkelijk. Ik ben al twee jaar lang aan het poetsen in deze stad, met beide benen in de modder. Polarisatie helpt mij daarbij niet.”

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden