In crisistijd vallen de hardste klappen achter de voordeur

KIRSTEN VAN DEN HUL

Acteurs zonder salaris, gepensioneerden zonder pensioen, chronisch zieken zonder zorg, kinderen die zonder eten naar bed worden gestuurd: een crisis zoals die in Griekenland kent vele soorten slachtoffers. Collatoral damage zouden de Amerikanen dat noemen. Part of the deal, volgens onze regeringsleiders en de eurogroep. En dan heb ik het niet eens over de duizenden vluchtelingen die nog steeds elke maand de oversteek naar Griekenland wagen, zonder enig zicht op opvang. Allemaal even hartverscheurend. Maar ze zijn tenministe in beeld. Ze hebben een gezicht.

Over één groep slachtoffers hoor en lees ik nagenoeg niets de laatste dagen: de onzichtbare slachtoffers van 'huiselijk' geweld. Dat is natuurlijk lang niet zo'n sexy verhaal als de rijen wachtenden voor de pinautomaten, de daklozen of de wanhoop van Griekse ondernemers, dat snap ik ook wel. Maar toch minstens zo nieuwswaardig.

Want in tijden van crisis vallen vaak juist daar de hardste klappen: achter de voordeur. Dat was zo na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, we zagen het na de afschaffing van de apartheid in Zuid-Afrika, maar ook in 1999, tijdens de crisis in Argentinië, en in 2008, tijdens de crisis op Wall Street: overal waar de wereld op zijn grondvesten schudt, trekken vrouwen aan het kortste eind. Griekenland is daarop geen uitzondering. Naar maar waar: sociaal-economische onrust zorgt voor een aanzienlijke groei in het aantal gevallen van partnergeweld, zo blijkt keer op keer. Een overgrote meerderheid van de slachtoffers van die geweldsepidemie is vrouw.

Vaak heb ik me afgevraagd hoe dat nou werkt, in het hoofd van zo'n vent. Je verliest je baan, je spaargeld gaat in rook op, je toekomst is onzeker, alles glipt je door de vingers. Dat je op zo'n moment je vuisten balt, dat snap ik. Dat je kwaad bent, razend zelfs, om zoveel onrecht en ellende. Plak een foto van Schäuble op een boksbal zou ik zeggen, ren een blokje om, koel af. Maar dat je die gebalde vuist vervolgens laat landen op je vrouw of vriendin, dat begrijp ik dus niet. Alsof zij er wat aan kan doen.

Het overkwam mij zelf ooit, lang geleden. Gelukkig had ik een baan, en mijn familie en vrienden ook. Ik had een vangnet, ik kon weg. Maar wat nou als je niet zo'n vangnet hebt? Waar ga je heen? Naar een opvanghuis? Laat dat nou net één van de sectoren zijn waar vaak keihard op bezuinigd wordt, als het slecht gaat met de economie. Naar familie dan? Ze zien je aankomen. Nog een mond om te voeden. Om over het maatschappelijke taboe, de schaamte en het schuldgevoel nog maar te zwijgen.

Zo'n geweldsepidemie is weliswaar onzichtbaar, maar daarmee natuurlijk niet minder erg. Naar schatting één op de drie Griekse vrouwen maakt het mee, en dat aantal zal naar verwachting de komende tijd alleen maar groeien. Een groot deel van hen heeft kinderen, waarmee het aantal indirecte slachtoffers van deze maatschappelijke tragedie nog eens vele malen groter is.

Heeft u daar tijdens uw urenlange sessies in Brussel ook maar één seconde bij stilgestaan, beste dames en heren onderhandelaars? Of was ook dat part of the deal?

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden