IB-tarief senioren

In de toekomst zal de verhouding 65-plussers tot de groep 20-64-jarigen toenemen van 25% in 2010 tot 40% in 2035. Deze 'vergrijzing' zal leiden tot problemen rond de betaalbaarheid van zorg en AOW. Naar verwachting zullen de totale AOW-lasten oplopen van 4,7% van het bbp in 2001 tot 5,4% in 2010 en 9% in 2040. Sinds enkele jaren wordt er dan ook 'gemorreld' aan de AOW.

Ilse Kuiper

Zo zal vanaf 2015 de partnertoeslag vervallen. Vóór 1998 werd de AOW nog betaald uit de premies volksverzekering in de eerste belastingschijf. Voor senioren die deze premies niet betaalden, golden speciale lage 65+-tarieven. Het tarief in de eerste schijf dreigde door de stijging van de AOW-premie echter steeds verder op te lopen. De AOW-premie werd daarop gemaximeerd op 18,25%. Omdat 65-plussers ook belasting betalen, betekent dit in feite dat gepensioneerden sindsdien al meebetalen aan hun eigen AOW. Inmiddels wordt bijna 20% van de AOW-uitgaven uit belastinginkomsten gefinancierd. Van een volledig omslagstelsel, waarbij de premiebetaler betaalt voor de AOW die in datzelfde jaar wordt uitbetaald aan de 65-plussers, is dus al lang geen sprake meer. Op dit moment is in discussie of ouderen al dan niet (meer) moeten gaan meebetalen aan de AOW. Voorstanders van deze, onder de meeste ouderen impopulaire maatregel, zijn de vakbonden, de PvdA en de Social-Economische Raad (Ser). Het voorstel vanuit deze hoek luidt grofweg dat de maximum AOW-premie geleidelijk verlaagd dient te worden waarmee de AOW steeds verder gefiscaliseerd wordt. De consequentie hiervan is dat de speciale lagere seniorentarieven in de loon- en inkomstenbelasting geleidelijk verdwijnen. 65-plussers gaan dus meer belasting betalen. Leidt deze fiscalisering niet tot verlies van koopkracht? Volgens de Ser niet. Bij een fiscalisering over 10 jaar zou de koopkracht van 65-plussers nog met 0,7% per jaar stijgen, vergeleken met 1,3% per jaar zonder fiscalisering. Ondanks die achteruitgang blijft de inkomensontwikkeling tot 2020 nog steeds gunstiger dan die voor 65-minners, omdat de inkomens uit aanvullende pensioenen flink gaan stijgen. Omdat er in de toekomst steeds meer rijke ouderen komen, schermen vakbonden ook wel met het solidariteitsbeginsel (tussen generaties en inkomens) om de fiscalisering van de AOW te rechtvaardigen. Politieke partijen als de VVD zijn erop tegen dat ouderen meebetalen aan de AOW. Zij vinden dat het aflossen van de staatsschuld en het verhogen van de arbeidsparticipatie (ook voor ouderen) genoeg soelaas moet bieden. Hoe dan ook, het geld zal toch ergens vandaan moeten komen. Ouderen dienen in de toekomst, al dan niet op individuele basis, langer te werken -daar zijn alle politieke partijen het over eens. Maar de kans dat over 10 tot 20 jaar de lagere seniorentarieven in de loon- en inkomstenbelasting nog steeds bestaan, wordt gaandeweg minder. Dat impliceert ook dat het afsluiten van een koopsom of lijfrenteverzekering die na het 65ste jaar wordt uitgekeerd, een stuk onaantrekkelijker wordt.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden