Huisartsen pleiten voor een kleinere praktijk

null Beeld ANP XTRA
Beeld ANP XTRA

Huisartsen kunnen alleen taken van specialisten overnemen als hun praktijk inkrimpt. Anders raken ze overbelast, waarschuwt de beroepsgroep.

Edwin Kreulen

De Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) stelt voor dat iedere huisarts over een paar jaar 1800 patiënten krijgt. Nu ligt dat aantal op bijna 2200.

De overdracht van taken, ofwel substitutie, is een paradepaardje van het kabinet en zorgverzekeraars om de stijging van de zorgkosten te beteugelen. Huisartsen werken immers voor een lager tarief en alles wat zij overnemen van de duurdere specialist, is winst. Voor patiënten is het voordeel dat ze de huisarts al kennen en niet de tocht naar het ziekenhuis hoeven te ondernemen.

Drukker dan ooit

De gemiddelde huisarts heeft het op dit moment drukker dan ooit, zegt LHV-bestuurder Paulus Lips. “Wij hebben er veel taken bij gekregen. Oudere mensen wonen langer thuis en als ze in het ziekenhuis behandeld worden, gaan ze eerder naar huis dan vroeger. In beide gevallen komt de zorg neer op de huisarts, die veel vragen niet in een enkel consult kan afhandelen.” Ook de decentralisatie van de jeugdzorg komt op het bordje van de huisarts.

Eerder bleek al dat de meerderheid van de huisartsen meer psychische zorg moet verlenen dan ze aankunnen. De LHV hoort daarnaast van huisartsen dat de avond- en weekenddiensten steeds voller worden. “Ook dan is maar weinig tijd, terwijl je die patiënten vaak niet kent en hun zorgvraag meestal ingewikkelder is dan tijdens de spreekuren overdag.”

Volgens de laatst bekende cijfers zijn in 2015 voor 25 miljoen euro aan taken overgedragen van specialist naar huisarts. Dat is verwaarloosbaar op een ziekenhuisbudget van 26 miljard. “Wij vragen niet om extra inkomen, wel om meer tijd en ondersteuning”, zegt Lips. De LHV heeft berekend dat er het afgelopen jaar zo’n 140 miljoen euro op de plank is blijven liggen die is bestemd voor huisartsenzorg, en dan vooral voor vernieuwing en verbetering van de praktijk. “Deels doordat huisartsen de tijd niet hadden om dat uit te voeren”, zegt Lips. “Maar we merken ook dat zorgverzekeraars het budget voor de huisartsenzorg niet uitgeven. Dat mag dan kosten besparen, de kwaliteit van de zorg gaat er niet op vooruit.”

Als voorbeeld geeft Lips de stijgende complexe zorgvraag van oudere patiënten. “Het is hard nodig dat iemand met hen bespreekt wat voor zorg ze in een bepaalde fase nog wensent en wat goed past. Huisartsen hebben een langdurige band met de mensen, die zijn de aangewezen persoon.” Ook dit gesprek kan leiden tot besparing op de ziekenhuiszorg, doordat mensen tijdig aangeven welke behandeling niet meer hoeft en ze niet onnodig per ambulance naar het ziekenhuis moeten in hun laatste levensfase.

De LHV stelt daarom voor de gemiddelde huisartsenpraktijk in stappen te verkleinen. Daarbij verwacht de LHV uit te komen op 1800 patiënten. Nu ligt het gemiddelde bijna 400 hoger. “Alleen op die manier ontstaat genoeg ruimte om taken van het ziekenhuis over te nemen”, zegt Lips. “Dat is in het belang van de patiënt en daarom willen we dat graag.”

In Limburg krijgen tien huisartsen bij wijze van proef al extra tijd voor hun patiënten van zorgverzekeraar VGZ. “Dat moet structureel gebeuren”, zegt Lips.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden