vader en dochter
Hoopvol en vol haast was ik op jouw leeftijd, begin dertig
Vader Max en dochter Natascha van Weezel, beiden journalist, schrijven elkaar wekelijks over wat hen bezighoudt.
Nu onze correspondentie in Trouw het einde nadert, zit ik voortdurend te denken aan de tijd dat ik begin dertig was, zoals jij nu. Waar hield ik me toen mee bezig? Wat waren mijn idealen? Van wat voor wereld droomde ik? En wat is het verschil met nu?
Als ik mijn agenda's uit 1981 en 1982 doorblader, valt me vooral op wat voor druk baasje ik was. Ik werkte al een jaar of wat bij Vrij Nederland en schreef daar bijna elke week een lijvig artikel in. VN werd toen als het vlaggeschip van de Nederlandse journalistiek gezien. We haalden onze neus op voor de neutrale, objectieve verslaggeving die nu in de mode is. Onze ambities reikten verder: we wilden de wereld veranderen, de kant kiezen van de kansarmen in de samenleving, de autoriteiten het leven zuur maken. We noemden ons trots een democratisch socialistisch tijdschrift.
In mijn vrije tijd zette ik me in voor linkse samenwerking (ik heb ooit nog een debat tussen de lijsttrekkers van PvdA, D66 en de drie voorlopers van GroenLinks georganiseerd) en voor vrede in het Midden-Oosten (na het gruwelijke bloedbad dat Libanese christenen onder het toeziend oog van het Israëlische leger aanrichtten in de Palestijnse kampen Sabra en Shatila richtte ik samen met onder meer dichteres Judith Herzberg een Nederlandse afdeling van de anti-oorlogsbeweging Vrede Nu op).
Als ik mijn stemming in die jaren moet omschrijven: ik was hoopvol en had haast. Je wist zo goed als zeker dat een rechtvaardiger wereld binnen handbereik lag. Dat bleek wishful thinking. Vrij Nederland bestaat gelukkig nog steeds, maar verloor veel lezers en moest leren een toontje lager te zingen. De linkse samenwerking is er nooit gekomen: PvdA, D66, GroenLinks en de SP die later in de Kamer kwam staken elkaar liever de ogen uit. En vrede in het Midden-Oosten lijkt verder weg dan ooit.
Nieuwe hoop
In de jaren negentig vatte ik nieuwe hoop toen Rabin en Arafat op het gazon van het Witte Huis elkaar de hand gaven. Maar Rabin werd vermoord, Arafat liep weg bij de vredesbesprekingen en in de eerste vijftien jaar van deze eeuw volgden een nieuwe oorlog tegen Libanon en drie tegen Gaza.
Toen we onlangs in Tel Aviv waren, dronk ik koffie met een oude vriend die uit idealisme naar Israël is geëmigreerd. We kenden elkaar van de Kritiese Tsionisten (zo spelde je dat toen) die zich in de jaren zeventig al uitspraken voor een Palestijnse staat naast Israël. Inmiddels voelde hij zich een relict uit het verleden. De Israëlische jongeren waren naar rechts opgeschoven, vertelde hij. Ze dachten nationalistisch en geloofden niet meer in vrede met de Arabieren. Zelfs zijn eigen dochter verweet hem dat hij te links was.
Louis Couperus schreef de roman 'Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan'. Op mijn vijfenzestigste heb ik het gevoel dat dat ook op een groot deel van mijn generatie slaat. Hoog tijd voor de jouwe om het stokje over te nemen.
Maar alsjeblieft, Lieve Tascha, blijf dromen.
Liefs, papa