Hoop op vervolging van Bruins en Faber
amsterdam – De veroordeling van Heinrich Boere kan voor de Duitse justitie een aansporing zijn alsnog strafvervolging in te stellen tegen twee andere van oorsprong Nederlandse oorlogsmisdadigers die in Duitsland wonen en de Duitse nationaliteit hebben, Siert Bruins en Klaas Carel Faber.
„Bruins en Faber zullen nu wel in de piepzak zitten. Deze uitspraak is voor de Duitse justitie wellicht een stimulans om de zaken tegen hen door te zetten”, zegt woordvoerder David Barnouw van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (Niod). Duitsland levert geen onderdanen uit, maar kan wel besluiten tot strafvervolging in eigen land.
Siert Bruins (89) vluchtte al in 1945 naar Duitsland. Hij werd in 1980 in Nederland bij verstek veroordeeld tot vijf jaar cel wegens medeplichtigheid aan de moord op twee joodse broers in Groningen. In 2007 maakte de Duitse justitie bekend dat ze Bruins en drie andere Nederlandse oorlogsmisdadigers (Bikker, Boere en Faber) niet meer zou vervolgen. Bikker, die in november 2008 overleed, werd vanwege zijn slechte gezondheid niet vervolgd.
Klaas Carel Faber (88) was tijdens de Tweede Wereldoorlog lid van de Waffen-SS, van het executiepeloton in Kamp Westerbork en (net als Boere) van het Sonderkommando Feldmeijer. Hij kreeg na de oorlog de doodstraf, die later werd omgezet in levenslang.
In 1952 ontsnapte Faber uit de gevangenis van Breda en vluchtte naar Duitsland. Hij leek de dans te ontspringen, maar afgelopen zomer bepleitten vooraanstaande Duitsers hem alsnog te vervolgen.
Barnouw denkt dat na Boere en eventueel Bruins en Faber geen Nederlanders meer wegens oorlogsmisdaden zullen worden vervolgd. Onlangs bleek dat Nederlandse leden van de Waffen-SS mogelijk betrokken zijn geweest bij oorlogsmisdaden aan het Oostfront. Barnouw: „Het bewijzen daarvan is moeilijk. De kans dat van deze groep nog mensen worden opgespoord en vervolgd, acht ik buitengewoon gering.”