Hollandse School
Vorige week werd ik gebeld door collega Bas Timmers van dagblad BN/De Stem. Bas was bezig met een paginagroot voetbalverhaal over 'De Hollandse School'. Of ik daar, als 'voetbalhistoricus', misschien een mening over had. Ik zat weliswaar in de trein, maar meteen begon ik enthousiast te vertellen. Sommige medereizigers keken verstoord op, maar hun blikken negeerde ik, want als ik ergens enthousiast over kan worden, dan is het wel over de Hollandse School.
De Hollandse School is een fijne school: een veel fijnere school dan de voetbalscholen in Duitsland, België en Italië. In die landen leren ze op school al een jaar of veertig dat het voorkomen van doelpunten belangrijker is dan het maken van doelpunten.
Nee, dan wij, van de Hollandse School. Wij zweren bij de linksbuiten, bij de rechtsbuiten, bij de diepe spits, als het even kan ook nog bij de nummer 10 achter de spits, bij opkomende backs en als het aan Louis van Gaal en Co Adriaanse ligt ook nog bij een inschuivende centrale verdediger, teneinde een mannetje extra op het middenveld te hebben.
(Gisteren moest Ajax in Tilburg voetballen en toen bleken ineens drie jonge leerlingen van de Noord-Hollandse School, te weten Johnny Heitinga, Nigel de Jong en Wesley Sneijder, strafwerk te hebben. Want Ronald Koeman is wel goed, maar niet gek: hij wil voorlopig nog niet van school gestuurd worden.) Collega Bas Timmers werkte vorige week hard aan zijn verhaal over de Hollandse School, omdat gisteren in de Kuip FeyenoordNAC op het programma stond. En volgens Bas zijn Feyenoord en NAC zo'n beetje de ideale vertegenwoordigers van de Hollandse School, dit seizoen.
In het verhaal mocht ik mijn zegje doen naast de oudinternationals Hans Kraaij sr. en Frans Bouwmeester, ex-trainer Barry Hughes, oud-Feyenoord-en actueel NAC-buitenspeler Anthony Lurling en NAC-trainer Ton Lokhoff. Om Hughes moest ik in het stuk direct lachen, want Barry beziet de Hollandse School aldus:
'Hard naar voren rennen en de achterhoede verwaarlozen.'
Eerlijk gezegd was het mij dit seizoen nog niet zo opgevallen dat Feyenoord en NAC zulke mooie representanten van de Hollandse School zouden zijn. Maar misschien had ik een en ander over het hoofd gezien en dus ging ik er gisteren eens goed voor zitten.
Het begon ermee dat Feyenoord precies twee Nederlanders aan de aftrap had. Achterin stond Patrick Paauwe en voorin Dirk Kuijt. De Afrikanen waren met vier man in de meerderheid. Het elftal langs lopend telde ik een Hongaar, een Nigeriaan, een Tunesiër, een Deen die eruitzag als een Surinamer, een Egyptenaar, een Japanner, een Ivoriaan en twee Belgen. NAC bestond voor de helft uit Nederlanders. Bij zoveel nationaliteiten op één voetbalveld kon ik me niet voorstellen dat ik deze middag op de Hollandse School zou zitten. Dat was ook niet het geval. De Hollandse School had vakantie en drie van de vier goals werden gemaakt door Belgen.
Ik telde in de aanval wel zes spelers aan de zijkanten: de Feyenoorders Goor, Buffel, Kalou en Kuijt wisselden elkaar vlot af en NAC had Lurling op links en Cornelisse op rechts. Een kenmerk van de buitenspelers uit de Hollandse School is dat ze de backs uitspelen en vervolgens bij voorkeur vanaf de achterlijn de moeilijkst te verdedigen voorzet geven. Wel, die actie uit de Hollandse School was door alle betrokkenen in de kleedkamers achtergelaten.
Het werd uiteindelijk 4-0 voor Feyenoord, maar spannend of leuk was het nooit tijdens dit middagje Hollandse School. In de tweede helft had ik vooral zin in de kantine van de school.
Dirk Kuijt was overigens weer veruit de beste. Je ziet het er op het eerste gezicht helemaal niet aan af, maar wat kan die jongen voetballen! Hij scoorde nu zelfs ook al met links. Verder werkte hij zich, als altijd, een ongeluk. Dirk Kuijt lijkt mij dan ook typisch een geval van de Katwijkse School. Al deed zijn gemiste strafschop weer erg aan de Hollandse School denken.