Hoe zonnig is de toekomst?
Nederlands wielrennen heeft weg omhoog gevonden. Maar waar blijven de jonge talenten?
De verkiezing van de beste wielrenner van 2014, gisteren in Den Bosch, liet zich het best omschrijven als een luxeprobleem. De Nederlandse profrenners regen dit jaar de zeges aaneen: 104 stuks om precies te zijn. Optimisme typeerde dan ook de uitreiking van de Gerrit Schulte Trofee. Met de kanttekening van sommige ploegleiders en oud-renners dat daarmee de toekomst van het wielrennen zeker niet gewaarborgd is.
De verkiezing markeert het voorlopige afscheid van schrale tijden, meent wielermakelaar John van den Akker. De nominatiecommissie die zich dit jaar over de lijst met kandidaten boog had het zwaar, lacht de voormalige profrenner. "Er gingen wat stevige discussies aan vooraf. Wij mochten slechts vijf namen voordragen." Dat hadden er op basis van hun uitslagen veel meer kunnen zijn.
Tot de afvallers behoorden Moreno Hofland (ritwinst in Parijs-Nice en Ruta del Sol) en Tom-Jelte Slagter (twee keer eerste in Parijs-Nice). Wel genomineerd waren onder andere Lars Boom (etappezege Tour), Niki Terpstra (winnaar Parijs-Roubaix) en Tom Dumoulin (brons op het WK tijdrijden).
"Je kunt gerust stellen dat het vaderlandse wielrennen de weg omhoog heeft ingeslagen", is Michael Boogerd van oordeel. De ploegleider van het nieuwe initiatief Orange Cycling Team krijgt bijval van zijn oud-collega Steven de Jongh. "Al deze jongens hebben eerder hun gezicht aan het venster gedrukt. Ze verkeren nu in de leeftijd dat ze grote prijzen gaan winnen", stelt de coach van tweevoudig Tour de France-winnaar Alberto Contador.
Adri van Houwelingen zag ze indertijd bij Rabo voorbijkomen, de generatie Gesink, Mollema en Boom. Renners van wie iedereen van oordeel was dat er een gouden randje aanzat. Die mening is hij nog steeds toegedaan. Toch waakt Van Houwelingen, tegenwoordig coach bij een opleidingsploeg, voor een overdaad aan optimisme. "In de categorie daaronder, tussen 18 en 21 zeg maar, loopt het echt niet over van talent. Ik zie daar geen grote toekomstige toppers rondfietsen."
Ook Van den Akker wil niet meteen de loftrompet steken. Hij signaleert net als Van Houwelingen een verschraling van het toekomstige rennersaanbod. "De enige die er bovenuit steekt is Mathieu van der Poel." Een directe verklaring voor de magere aanwas heeft hij niet. "Het zijn golfbewegingen vermoed ik."
Heel lang teerde het wielrennen op het veel geroemde jeugdplan van sponsor Rabo. Robert Gesink, Bauke Mollema, Boom en Wilco Kelderman doorliepen de rangen van de miljoenen kostende opleidingsploeg. En in hun zog tientallen anderen. Die tijden zijn na het vertrek van de bank vanwege alle dopingschandalen voorbij, beklagen de meesten zich. De KNWU bekommert zich inmiddels om de talentenploeg, geholpen door diezelfde bank maar wel voor een fractie van het vroegere bedrag.
Het opleidingsniveau moet ophoog, zegt Boogerd die komend jaar met Orange Cycling Team het gat gaat opvullen dat de bank achterliet. "We willen jonge aankomende coureurs weer de mogelijkheid geven internationale wedstrijden te rijden. Dat is de beste ervaring die een jonge renner krijgen kan."
Een armlastige wielerbond maakt het bijzonder lastig een structurele opleiding op te tuigen. Dat was in het verleden al niet anders. Daarom wordt het mogelijk opnieuw inblazen van een nationale topcompetitie door alle betrokkenen met gejuich begroet. Tien jaar terug van de wedstrijdagenda verdwenen en deze herfst weer omarmd als een stevig fundament voor de toekomst van het wielrennen. Van de Akker: "Dit is echt noodzakelijk voor de aanwas."
Het zijn initiatieven die Boogerds goedkeuring kunnen wegdragen. Behalve een. En dat is de 'vlucht' naar het buitenland. Waar Van den Akker de bevestiging ziet van een sterk lichting renners, is Boogerd van mening dat hij Nederlandse coureurs liever ziet rijden bij Nederlandse ploegen. "Dat is goed voor de uitstraling."
Mollema rijdt in 2015 voor Trek, Boom verkast naar Astana. Geld is ook hier het grote obstakel, erkent Boogerd. "We kunnen op dat vlak helaas niet meer concurreren met het buitenland."
undefined
Tom Dumoulin uitgeroepen tot beste wielrenner, ook tot zijn eigen verrassing
Tom Dumoulin werd gisteravond op het wielergala in Den Bosch tot verrassing van velen verkozen tot wielrenner van het jaar. De 24-jarige coureur van Giant-Shimano versloeg de uitgelezen favorieten Niki Terpstra, winnaar van Parijs-Roubaix en Lars Boom, die een Touretappe won. Dumoulin, derde op het WK tijdrijden in Spanje reageerde verbaasd over zijn uitverkiezing. "Ik heb geen speech voorbereid." Met de keuze voor Dumoulin kiest de jury voor een renner die model staat voor het nieuwe, frisse wielrennen. Bij de vrouwen werd Marianne Vos voor de negende achtereenvolgende keer wielrenster van het jaar.
undefined