wetenschap

Hoe waarschuw je de toekomst voor kernafval?

Afschrikwekkende stekels hadden moeten waarschuwen voor een berging van kernafval in Nieuw-Mexico. Dit plan is niet uitgevoerd. Beeld RV
Afschrikwekkende stekels hadden moeten waarschuwen voor een berging van kernafval in Nieuw-Mexico. Dit plan is niet uitgevoerd.Beeld RV

Kernafval dat we nu produceren, blijft nog tienduizenden jaren schadelijk. Langer dan samenlevingen, taal of cultuur bestaan. Hoe kun je de toekomstige aardbewoners dan waarschuwen voor de gevaren ervan?

Kiki Kolman

De duizenden liters blauwe verf op de buitenwanden zijn net opgedroogd. In het Zeeuwse Nieuwdorp opent de COVRA (Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval) binnenkort een nieuwe opslaghal voor kernafval. Het gebouw is nodig omdat de andere opslaghal vol raakt. Uit de dakrand van het nieuwe pand steken vier grote stalen pijpen. Die fungeren, elk op een ander moment van de dag, als een enorme zonnewijzer. Zo staat het gebouw symbool voor de verstrijkende tijd. En voor het gegeven dat steeds een nieuwe generatie de verantwoordelijkheid voor het afval op zich moet nemen.

"Want alleen tijd maakt radioactiviteit onschadelijk", vertelt plaatsvervangend directeur Ewoud Verhoef. En dat duurt even. Sommige stoffen die hier liggen blijven meer dan tienduizend jaar radioactief. Zij moeten daarom, na honderd jaar in deze opslaghallen, diep onder de grond worden weggestopt om nooit meer naar boven te komen.

Dat leidt tot een dilemma. Want wat als de archeologen van de toekomst nieuwsgierig worden en de ondergrondse ruimtes openbreken? Of als toekomstige beschavingen het bestaan van de bergingen zijn vergeten en in de grond gaan boren? Wie nu kernafval produceert, heeft de verantwoordelijkheid om het veilig achter te laten. Maar hoe waarschuw je de bewoners van een toekomstige wereld terwijl je geen idee hebt hoe die zullen communiceren?

Atomische priesters

Wetenschappers uit verschillende sectoren breken hun hoofd over dit dilemma. Voor het eerst in de jaren tachtig, toen het Amerikaanse ministerie van energie een oproep deed. Aanleiding was de mogelijke aanleg van Yucca Mountain, een berging in Nevada die door protesten nog altijd niet in gebruik is. Ingenieurs, antropologen, architecten, taalwetenschappers en kunstenaars kwamen met oplossingen. Hun antwoorden laten zien hoe groot de uitdaging is.

De Zwitserse natuurkundige Emil Kowalski pleitte ervoor om van de bergingsplaats een technisch hoogstandje te maken. Het openen zou zo ingewikkeld moeten zijn, dat een beschaving die hierin slaagt, ongetwijfeld ook slim genoeg is om het gevaar van nucleair afval te begrijpen.

Thomas Sebeok liet zich als linguïst inspireren door het katholieke geloof. Religie, zo bedacht hij, gaat dankzij rituelen en instituties al tweeduizend jaar mee. Om mensen uit de buurt van bergingsruimtes te houden, zouden daarom verhalen de ronde moeten doen over een speciale plek waar mensen niet mogen komen. Een 'atomisch priesterschap' moet de verhalen in leven houden. Alleen de priesters, een groep natuurkundigen, zouden de waarheid van het kernafval kennen.

Wellicht niet de meest realistische, maar wel de origineelste oplossing, was afkomstig van schrijver Françoise Bastide en taalexpert Paolo Fabbri. Zij bedachten de 'Ray Cat'. Omdat katten al duizenden jaren dicht bij mensen leven en mythes eeuwen kunnen overbruggen, pleitten zij voor het fokken van katten die in de buurt van radioactieve straling van kleur veranderen. Volksverhalen over het gevaar dat de katten detecteren, zouden via poëzie, liederen en schilderijen worden overgebracht van generatie op generatie.

De ingestelde werkgroep presenteerde uiteindelijk een minder wild idee aan het ministerie. Bovenop Yucca Mountain moest een monument komen. Op grote, stenen pilaren zou in alle talen worden geschreven wat zich hier onder de grond bevond. Technische kennis moest in bibliotheken over de hele wereld worden vastgelegd, zodat die niet verloren kon gaan.

Archeoloog van de toekomst

Als archeoloog weet Cornelius Holtorf voor welke uitdagingen deze wetenschappers stonden. Hij heeft immers ervaring met het ontcijferen van eeuwenoude informatie. Zijn kennis gebruikt hij nu om te bedenken hoe een waarschuwingsboodschap millennia kan overbruggen.

"We staan voor drie moeilijkheden", vertelt hij vanuit Zweden, waar hij aan de Linnaeus University werkt. Ten eerste moet de boodschap worden overgebracht op een medium dat meer dan tienduizend jaar meegaat. "Je kunt wel een monument bouwen, maar welk materiaal houdt het zo lang vol?" Finland is als eerste Europese land gestart met het graven van een diepondergrondse berging. "Maar de verwachting is dat hier over vierhonderd jaar een ijstijd uitbreekt. Dan blijft geen monument overeind staan."

Dan de tweede uitdaging. Als de geschreven boodschap de tand des tijds overleeft, is het nog altijd de vraag in welke taal die boodschap moet worden opgetekend. De kans is klein dat onze talen over tienduizend jaar nog steeds bestaan. En zelfs het gebruik van pictogrammen en symbolen is niet universeel.

Ten slotte, vervolgt Holtorf, is er nog de culturele context waarin de boodschap wordt begrepen. "Zelfs als ze in de toekomst onze taal ontcijferen, is de betekenis aan interpretatie onderhevig." Een voorbeeld is te vinden in Japan. Honderden jaren geleden plaatste de bevolking daar stenen om hun nakomelingen te waarschuwen voor tsunami's. In de bergen werden boodschappen gehakt als 'bouw geen huizen onder dit punt'. Op veel plaatsen werden de waarschuwingen genegeerd. Met de nieuwste technologieën kunnen we een tsunami op tijd voorspellen, was de gedachte. Het waren deze huizen die in 2011 werden weggespoeld.

Holtorf is stellig. "Het culturele vraagstuk is onoplosbaar. Je kunt de toekomst niet voorspellen. We hebben geen idee aan wie we onze boodschap richten, we weten zelfs niet of het om Homo sapiens gaat." Hij pleit ervoor radioactief afval als cultureel erfgoed te behandelen. "We moeten ervoor zorgen dat mensen interesse houden in de grondbergingen, zodat zij iedere dertig jaar terugkomen op het thema en de boodschap aanpassen aan de tijd."

Apocalyptisch

Dat de visie op nucleair afval in dertig jaar kan veranderen, is nu al te zien. In de jaren negentig opende in New Mexico, in de Verenigde Staten, de eerste ondergrondse berging. Een denktank kwam toen met het idee om het terrein zo onheilspellend te maken dat de boodschap duidelijk zou zijn: betreed dit terrein niet, hier heerst gevaar. De schetsen tonen een apocalyptisch gebied met grote, zwarte stekels die in alle richtingen uit de grond steken. Afschrikwekkende pictogrammen, maar ook 'De Schreeuw' van Edvard Munch, zouden het schrikeffect moeten vergroten.

Dit idee is nog niet uitgevoerd en dat zal waarschijnlijk ook nooit gebeuren. Het is al achterhaald, vertelt Anne Claudel. Ze is verantwoordelijk voor de informatieopslag bij Nagra, de Zwitserse organisatie voor kernafvalberging, en zit in een werkgroep van de Nuclear Energy Agency (NEA), waar verschillende landen samenwerken aan een oplossing. "De focus ligt nu niet meer op het afschrikken, maar op het zo goed mogelijk overdragen van onze kennis. We moeten zorgen dat toekomstige generaties weten welke stoffen waar liggen. Het is dan aan hen wat zij met deze informatie doen."

Om dit zo goed mogelijk te bereiken, zijn meerdere tactieken naast elkaar nodig. "Enerzijds moeten er monumenten komen op de plaatsen waar afval ligt", vertelt Claudel. Tegelijk wordt er wereldwijd gewerkt aan het vastleggen van alle informatie in nationale archieven. "Door onze kennis op meerdere plekken op te slaan, verkleinen we de kans dat die verloren gaat. Bovendien hebben nationale archieven de taak om al hun documenten bruikbaar te houden." Je ziet nu bijvoorbeeld dat ze papieren stukken digitaliseren. Zo gaat de boodschap niet verloren met het medium.

Maar in hoeveel archieven je de informatie ook opslaat, als het vergeten wordt heeft het geen effect. "Daarom moeten we het bestaan van elke ondergrondse berging verankeren in de lokale gemeenschap. Zij mogen niet vergeten wat er onder de grond ligt." Hiervoor wijst Claudel, net als Holtorf naar het belang van cultuur. "Door musea, onderwijs, maar ook rituelen, kan de herinnering in leven blijven. Een jaarlijkse viering rondom het terrein zou bijvoorbeeld een heel goed middel zijn. Als je dat niet hebt, zijn mensen na tien jaar al vergeten dat er iets was."

Hoewel Nederland nog lang niet toe is aan de ondergrondse berging, loopt COVRA wel voorop met de culturele verankering. De symboliek van het blauwe pand is daar een voorbeeld van. Bovendien biedt COVRA opslagruimte aan lokale musea. Want ook voor kunst is een goede opslag van belang. "Zo kunnen wij bezoekers laten zien wat het betekent om dingen voor lange tijd op te slaan. Kunst is voor ons zowel cultureel erfgoed als communicatie-instrument."

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden