Het zit wel snor
Op het sportveld, in de rechtszaal, van Tweede Kamer tot borreltafel: overal klinken argumenten. Tigrelle Uijttewaal ontleedt waarom sommige wel, en vooral waarom andere niet deugen.
De vakbonden kampen met een ledentekort. FNV-bestuurder Ton Heerts laat weten dat de aangekondigde acties tegen de akelige ingrepen van het kabinet in de WW, de WAO, de bijstand, de ziektewet en de vut/prepensioen als nevendoel hebben heel veel leden te werven. ,,Want dan kan de vakbeweging pas echt een vuist maken en zich vernieuwen.''
Als de vakbeweging haar leden nog moet werven, kun je je afvragen of ze het Malieveld in Den Haag vol krijgen. Paul Koeslag, voorzitter van CNV Publieke Zaak, is positief gestemd: ,,Vorige week hadden we in het Gelderse Ellecom nog een bijeenkomst, samen met de AbvaKabo. Daar waren driehonderd kaderleden bij elkaar, van wie tachtig CNV'ers. En in Groningen hadden we deze week 250 kaderleden. Ze zijn allen zeer gemotiveerd om actiecomités te vormen. Dus met de acties zit het wel snor.''
De argumentatie die Koeslag gebruikt, is gebaseerd op een kenmerk. Driehonderd gemotiveerde kaderleden in Ellecom en 250 gemotiveerde kaderleden in Groningen beschouwt hij als kenmerkend voor de 'snorheid' van de acties. Dat er in totaal 550 kaderleden actiecomités willen vormen, houdt automatisch in dat het met de acties wel goed zit. Maar is er wel sprake van zo'n hechte kenmerkrelatie?
Het algemene argumentatieschema van de kenmerkrelatie, waarvan Koeslags argumentatie een specifieke invulling vormt, is: Voor X geldt Y, want: voor X geldt Z, en: Z is kenmerkend voor Y.
Voor de acties geldt dat het er wel snor mee zit, want: voor de acties geldt dat er 550 kaderleden zeer gemotiveerd zijn om actiecomités te vormen en: 550 kaderleden die zeer gemotiveerd zijn om actiecomités te vormen, is kenmerkend voor acties waar het wel snor mee zit.
Aan het tweede argument met 'en' -dat taalgebruikers om efficiëntieredenen doorgaans weglaten- valt te zien dat Koeslag een linke zet doet. Dat er 550 kaderleden zeer gemotiveerd zijn om actiecomités te vormen, is vast waar. De vraag is echter of het klopt dat 550 kaderleden die zeer gemotiveerd zijn om actiecomités te vormen, een kenmerk is voor acties waar het wel snor mee zit.
Om die vraag te beantwoorden, moet je nagaan of er ook acties zijn waar het niet snor mee zat, hoewel er 550 kaderleden voor aanvang zeer gemotiveerd waren om actiecomités te vormen. Te lastig om uit te zoeken. Het gaat erom dat 550 kaderleden niet ogen als voldoende om het Malieveld te vullen.
Koeslags waarschijnlijk ondeugdelijke invulling van het argumentatieschema met de kenmerkrelatie, staat bekend als de drogreden van de overhaaste generalisatie. Een veel oudere benaming is secundum quid, de Latijnse vertaling van een van de dertien drogredenen die Aristoteles in De Sophisticis Elenchis bespreekt. Secundum quid verwijst naar de beperkingen die altijd aan generalisaties zijn verbonden. Koeslag begaat deze drogreden omdat hij onvoldoende rekening houdt met de restricties die gelden wanneer je redeneert van het specifieke (550 kaderleden die gemotiveerd zijn om actiecomités te vormen) naar het algemene (dus met die acties zit het wel snor).
De hamvraag is: wat bedoelt Koeslag met 'snor'? Is 'snor' een vol Malieveld? 'Snor', oftewel 'goed', duidt een relatief kenmerk aan. Plato, Aristoteles en andere wijsgeren hebben al opgemerkt dat bij zulke aanduidingen verschillende typen normen worden gehanteerd.
Koeslag kan met 'snor' bijvoorbeeld duiden op een functionele norm: acties waarvoor nu 550 kaderleden gemotiveerd blijken te zijn, kunnen er bijvoorbeeld voor zorgen dat het parlement de scherpste kantjes van die akelige ingrepen afhaalt. Of misschien hanteert hij een proportionele norm, bijvoorbeeld omdat die 550 gemotiveerde kaderleden zijn verwachtingen ruimschoots overtreffen. Of omdat Koeslag niet had gerekend op steun van werkgeverszijde.
Een vermeende opponent van de vakbeweging, voorzitter Kraaijeveld van de metaalwerkgevers, heeft gezegd: ,,Ik sta op het punt te gaan meedemonstreren met de vakbonden.'' Dat zou kunnen betekenen dat het wel snor zit met de acties. Maar dan had Koeslag die overweging van Kraaijeveld als argument moeten gebruiken, en niet die 550 gemotiveerde kaderleden.