Column
Het is onze plicht om het fascisme te ontmaskeren
In augustus voerde ik hier 'The plot against America' op, een roman van Philip Roth waarin het ondenkbare gebeurt: een fascistische leider neemt de macht over in Amerika. Ik vond dat wel een beetje tricky, je wilt niet 'brand!' roepen op het moment dat iemand alleen wat met zijn aansteker zit te spelen, en dus hield ik het erop dat 'een geleidelijke besmetting door fascistisch denken niet zo on-Amerikaans zou zijn als wij graag willen', net zomin als zoiets 'on-Europees' zou zijn.
Maar nu in het Ronald Reagan-gebouw in Washington de Hitlergroet wordt gebracht en gesproken wordt over een 'Lügenpresse' die in handen is van Joden van wie je je moet afvragen 'of het wel mensen zijn', zijn we een stap verder - namelijk de verkiezing van Donald Trump. Dat roept de vraag op of het fascisme niet inderdaad de kop opsteekt, is het niet in het Witte Huis zelf, dan toch op steenworp afstand. En niet alleen daar, ook elders. Er zijn politici die roepen om minder, minder mensen van een bepaalde soort, er doen filmpjes de ronde van een zwarte vrouw die gelyncht zou moeten worden, de man die een Britse politica vermoordde blijkt een huis vol extreem-rechts materiaal te hebben gehad - het is maar een greep.
Het gebruik van de term fascisme slaat het debat al snel dood, dat begrijp ik heel goed, maar dat wil niet zeggen dat het verschijnsel niet bestaat. De vraag is wat het is. Umberto Eco, de Italiaanse schrijver die vorig jaar overleed, wist dat uit ervaring. In 1942 won hij als tienjarige jongen een prijs voor een spreekbeurt met als titel 'Moeten we sterven voor de glorie van Mussolini en de onsterfelijke bestemming van Italië?' Zijn antwoord was bevestigend. Ruim vijftig jaar later schreef Eco het essay 'Oer-fascisme', waarin hij uiteenzet hoe grillig en ongrijpbaar het fascisme is, anders dan het totalitaire nazisme en communisme. 'Mussolini had geen enkele filosofie, alleen retoriek.' Vervolgens schetst Eco een reeks vloeibare elementen, waaromheen het fascisme 'stolt'. Ik wilde bij het lezen de meest treffende zinnen onderstrepen, maar al snel stonden er net zoveel strepen als zinnen; dit is een akelig precieze beschrijving van onze tijd.
Ik kan er maar een paar punten uitpikken, eigenlijk zou het hele stuk nog eens moeten worden afgedrukt, maar daar gaan we. Fascisme moet het hebben van irrationalisme, en van actie omwille van de actie, zonder voorafgaande reflectie. Verschil van mening is verraad. Diversiteit is bedreigend. Het eerste wat een fascist doet, is zich keren tegen gevaarlijke buitenstaanders, fascisme is per definitie racistisch. Het groeit op een bodem van individueel of sociaal onbehagen, vooral dat van een gefrustreerde middenklasse. Fascisme propageert een volkselite: de eigen burgers vormen het beste volk ter wereld. Dit volk spreekt met één tong, via tv en internet.Eco schreef dit in 1995. En concludeerde: 'Het oer-fascisme kan terugkeren onder de meest onschuldige vermomming. Het is onze plicht het te ontmaskeren en aan te wijzen, overal en altijd waar het zich voordoet.'