Het is geenszins zeker dat India opnieuw voor premier Modi kiest
India kiest vanaf donderdag tot 19 mei in zeven fasen een nieuw parlement. Premier Modi wil een tweede termijn. Of zijn premierschap tot nu toe een succes was, wordt betwist.
Wie een wandelingetje door centraal Delhi maakt, kan er niet omheen: Narendra Modi. Het lachende gezicht van de Indiase premier is overal. Op levensgrote billboards bij bijna alle benzinestations en rondom bushaltes, waarop bijvoorbeeld staat hoeveel vrouwen dankzij de overheid nu op gas koken in plaats van op kerosine.
Weinig Indiase premiers wisten zichzelf zo goed te verkopen als Modi. NaMo is een merknaam geworden: kleding en andere producten met de afbeelding van de premier zijn onder deze naam te koop. Modified, het Engelse woord voor aangepast, heeft in verkiezingsposters van de regeringspartij BJP een heel nieuwe betekenis gekregen. Een ook de voornaamste verkiezingsslogan prijst de premier: Modi hai to mumkin hai, het is Modi, dus het kan.
Toch is het allesbehalve zeker dat Modi na 23 mei aan een tweede termijn als premier begint. Zelfs niet als zijn partij, de hindoe-nationalistische BJP, de meeste zetels wint.
Autoritair
“Lang niet iedereen binnen zijn eigen partij staat achter Modi als partijleider”, zegt journalist Nilanjan Mukhopadhyay, die in 2013 de biografie ‘Narendra Modi. The Man, The Times’ schreef. “Hij wordt nu enkel unaniem geprezen, omdat hij de aantallen heeft. Als de BJP nu zonder overweldigende meerderheid als winnaar uit de verkiezingen komt, zullen zijn tegenstanders binnen de partij zeker voor een andere premier pleiten.”
Een van de voornaamste kritiekpunten zou zijn dat Modi te autoritair is. “Dat werkte misschien goed in Gujarat”, zegt Mukhopadhyay, verwijzend naar de noordwestelijke deelstaat waar Modi ruim tien jaar eerste minister was. “Maar in een land van het formaat en met de diversiteit van India moet je als premier kunnen delegeren. Onder Modi zijn ministeries slechts uitvoerders van beslissingen geworden. Ze hebben niet genoeg autonomie. Hierdoor zijn veel goede ideeën inadequaat uitgevoerd.”
Dit zegt ook Govind Acharya, een voornaam lid van de RSS, de ideologische moederorganisatie van de BJP waar ook Modi zijn carrière begon als vrijwilliger. “Het was beter geweest als iemand met landelijke bestuurlijke ervaring premier was geworden.” Wel prijst Acharya het karakter van Modi. Dat heeft volgens hem zijn oorsprong in de RSS, een vrijwilligersorganisatie die zijn miljoenen leden discipline en patriottisme bijbrengt door middel van een dagelijks regime van oefeningen, een soort combinatie van yoga en militaire saluten. “Hij heeft integriteit en kan zichzelf wegcijferen om zich met volledige toewijding op zijn werk te richten.”
Bescheiden komaf
De BJP won in 2014 282 van de 543 zetels. Het was voor het eerst sinds 1984 dat een enkele partij de meerderheid in het parlement won – en al die keren dat dat vóór 1984 gebeurde, ging het om de door onafhankelijkheidsstrijders opgerichte Congrespartij. Dit overweldigende mandaat had de BJP deels te danken aan het feit dat kiezers de corruptieschandalen en de dynastiepolitiek van de Congrespartij beu waren. Maar zeker ook aan het imago van Modi: een sterke, hardwerkende leider van bescheiden komaf, die met daadkracht een economische wereldmacht van India zou kunnen maken.
Modi was ook de man die eerste minister van Gujarat was, toen daar in 2002 bij religieuze rellen zeker duizend moslims werden vermoord. Maar dat weerhield de kiezers niet van een stem op hem. De helft van de bevolking in India is jonger dan 25 jaar. Die jonge mensen willen gezinnen stichten, en daarvoor zijn banen nodig. En Modi beloofde die banen. Dat de economische groeicijfers in Gujarat onder Modi’s bewind ver boven het Indiase gemiddelde lagen, werd door velen als bewijs gezien dat hij op dit vlak zou kunnen presteren.
“Maar Modi is nooit van zijn basis van hindoe-nationalistische politiek afgestapt”, zegt biograaf Mukhopadhyay. Deze ideologie is voor Modi geen bijzaak, vervolgt hij. Er hebben weliswaar geen massale rellen plaatsgevonden zoals in Gujarat, maar in heel India is het geweld tegen moslims in naam van het beschermen van de voor hindoes heilige koe wel toegenomen. Sinds 2014 zijn tientallen moslims vermoord, omdat ze ervan werden verdacht – vaak volledig ten onrechte – een koe te hebben geslacht. “In de hindoe-nationalistische visie is India een uniforme samenleving. Maar India is pluriform. Hierdoor kunnen minderheden zich onveilig voelen.”
Zwijgen
“Als premier van alle Indiërs had Modi dit soort geweld moeten veroordelen”, zegt gepensioneerd diplomaat Fons Stoelinga, van 2012 tot 2018 de Nederlandse ambassadeur in India. “Maar hij heeft gezwegen. De reden is dat de hindoe-nationalistische RSS-beweging in de verkiezingscampagnes een waar leger van tienduizenden vrijwilligers kan mobiliseren die letterlijk van huis tot huis gaan om kiezers te overtuigen op Modi te stemmen.”
Op het gebied van corruptiebestrijding heeft Modi volgens Stoelinga wel echt iets bereikt. “Onder de vorige regering was corruptie zo wijdverspreid dat ook eerlijke ambtenaren werden verdacht. Daardoor durfde niemand nog wat te doen, er was zo weinig daadkracht dat er tien jaar verloren is gegaan. Het gevolg is dat de infrastructuur in India zwaar achterloopt op de economische groei.
“Maar nu is corruptie op het hoogste niveau echt aangepakt”, vervolgt Stoelinga. De meest verregaande hervorming is de uniforme omzetbelasting (GST) voor heel India die in juli 2017 is ingevoerd. Volgens critici is het systeem nog altijd onnodig complex, maar vooral van belang volgens Stoelinga is dat het gepaard gaat met een digitaal systeem waardoor het erg lastig wordt die belasting te ontduiken – ook voor de kleine middenstand, die traditioneel Modi’s achterban is. “Dat die nu voor het eerst belasting moet betalen, zal Modi niet in dank worden afgenomen.”
Internationaal gezien heeft Modi India op de kaart weten te zetten, meent Stoelinga ook. “In 2012 was er bij het bedrijfsleven en bij regeringen van andere landen nauwelijks interesse in India. In 2014 ging er een andere wind waaien. Nu heerst veel meer het gevoel over India: daar moet je zijn, als land, als bedrijf.”
Slogans
Modi introduceert voortdurend nieuwe ambitieuze slogans als ‘Clean India’, ‘Make In India’, ‘Startup India’ en ‘Digital India’. Via zijn eigen NaMo-app kunnen volgers zich met hashtags aan zulke doelen verbinden.
Maar hoeveel er na vijf jaar van terecht is gekomen, daarover verschillen de meningen. De oppositie hamert op de slechte omstandigheden van boeren, die nauwelijks zijn verbeterd, en op de werkloosheid, die volgens onlangs gelekte cijfers in 45 jaar niet zo hoog is geweest als nu.
Die werkloosheidcijfers werden tot nu toe niet officieel gepubliceerd. “Het lijkt erop dat ze om politieke redenen worden achtergehouden: ze zouden de regering in een slecht daglicht kunnen zetten”, zegt Jayati Ghosh, een links georiënteerde hoogleraar economie aan de Jawaharlal Nehru University in New Delhi.
Ghosh was een van de honderddertig economen die eerder dit jaar in een brief protesteerden tegen het achterhouden van die cijfers. De economen zetten ook vraagtekens bij in december gepubliceerde groeicijfers. Die groei zou met 8,2 procent het hoogst zijn geweest in 2016/17, het jaar waarin Modi alle meest waardevolle bankbiljetten uit de roulatie haalde, als maatregel tegen zwart geld. “Dat was desastreus voor de informele economie”, zegt Ghosh. Zij noemt het verdacht dat de florissante cijfers tot stand kwamen met medewerking van een plancommissie onder leiding van Modi en een door hem aangestelde vice-voorzitter.
Het uit de roulatie halen van alle grote bankbiljetten, goed voor 85 procent van het contante geld in omloop, heeft de kleine man echt pijn gedaan, zegt ook Stoelinga. “Maar Modi heeft het aangedurfd risico’s te nemen. Hij is zich ervan bewust dat 70 procent van de Indiase economie informeel is en niet naar de regeltjes luistert, en dus dat de meeste hervormingen maar op 30 procent van de economie effect hebben. Er was voor hem geen andere keus dan ‘de beuk erin’.”
Twijfel
Nu er over zijn economische prestaties getwijfeld wordt, legt Modi in zijn verkiezingscampagne de nadruk op zijn daadkracht en op nationale veiligheid. In zijn speeches verwijst hij graag naar de luchtaanval die India uitvoerde op een terroristisch trainingskamp in Pakistan, in reactie op een aanslag in India op 14 februari. Dat wakkert ook het hindoe-nationalistische sentiment van zijn achterban aan. “De retoriek tegen Pakistan geeft hen het idee dat moslims een bedreiging vormen”, zegt biograaf Mukhopadhyay.
Dat het een spannende strijd gaat worden, daarover zijn de meeste analisten het eens, en bijna niemand verwacht dat de BJP opnieuw in z’n eentje een meerderheid zal behalen. Toch kan vriend noch vijand zich een andere premier voorstellen. “Net als in 2014 heeft hij het voordeel dat er geen geloofwaardige tegenkandidaat is”, zegt oud-ambassadeur Stoelinga.
Rahul Gandhi, de achterkleinzoon van India’s eerste premier, Jawaharlal Nehru, leidt de Congrespartij en staat een stuk sterker dan in 2014. Maar deze partij maakt alleen kans op winst met een coalitie van tientallen regionale partijen. “Dat zal opnieuw tot weinig daadkracht en veel corruptie leiden”, verwacht Stoelinga.
Gezien de Indiase bevolking en gezien de economische groei – of die nu 6 of 8 procent is – zal India de komende decennia afhankelijk blijven van andere landen voor zaken als energie en mineralen, zegt Stoelinga. “Wie gaat zorgen dat India sterk genoeg is, ook militair, om in die behoeftes te voorzien en om de belangen van het land in de wereld te verdedigen? Modi appelleert aan het gevoel dat India het zonder hem in de wereld niet gaat trekken.”
Lees ook:
Koeienmilities in India nemen het recht in eigen hand
Zwaar geweld in naam van koeienbescherming is afgelopen jaren in India fors toegenomen. ‘Mensen die rundvlees eten, spelen met onze emoties. Zij moeten de doodstraf krijgen.’