Het bestuderen van hartstochten
De schrijver:
"Ik koester al lang een grote fascinatie voor Spinoza en al jaren wil ik over hem schrijven." Dat schrijft de Amerikaanse psychiater Irvin D. Yalom in het voorwoord bij zijn roman 'Het raadsel Spinoza'. Yalom werd beroemd met de boeken 'The Theory and Practice of Group Psychotherapy' en 'Existential Psychotherapy'.
Maar wat moet een psychiater met Spinoza? Yalom schrijft dat Spinoza buitengewoon relevant is voor zijn vakgebied, bijvoorbeeld Spinoza's idee dat hartstochten objectief kunnen worden bestudeerd. "Ik wilde deze bijdragen graag naar voren halen in een ideeënroman." Op vergelijkbare wijze verwerkte Yalom eerder filosofische ideeën in de romans 'Nietzsches tranen' en 'De Schopenhauer-kuur'.
Het boek:
De roman is een tweeluik: een deel speelt zich af in de zeventiende eeuw van Spinoza, het andere deel in de twintigste eeuw van Alfred Rosenberg, de andere hoofdpersoon. Voornaamste gebeurtenis is de banvloek die de joodse gemeente over Spinoza uitspreekt naar aanleiding van zijn ketterse, misschien zelfs atheïstische ideeën.
Het andere deel gaat over de even- eens historische figuur Alfred Rosenberg, die behoorde tot de intimi van Adolf Hitler. Volgens de hoofdaanklager van de processen van Neurenberg was Rosenberg "de intellectuele hogepriester van het 'meester-ras' die de haatdoctrine formuleerde welke de aanzet vormde tot de vernietiging van de joden." Deze Rosenberg is zo gefascineerd door het raadsel Spinoza, dat hij diens bibliotheek tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Duitsland laat brengen. Waarom?
Mooiste zin:
"Er zijn geen rationele bewijzen voor het hiernamaals." Deze op zich onopvallende zin spreekt Bento de Spinoza uit in het finale gesprek met Rabbijn Morteira, die de joodse gemeenschap in Amsterdam leidt. Over Spinoza dreigt een banvloek te worden uitgesproken, maar vlak voordat dat gebeurt, probeert Morteira, die goed bevriend was met Bento's vader, Spinoza op andere gedachten te brengen. Mocht Spinoza zich bedenken, dan heeft Morteira wellicht de macht de banvloek te herroepen. Dan spreekt Spinoza zich uit over het hiernamaals en is zijn lot bezegeld. Hoewel er stilistisch van alles op deze roman is aan te merken, springt dit gesprek eruit. Het is het geloofwaardigste deel van de roman.
Lelijkste zin:
"En volgens mij, Alfred, voel jij je niet thuis in jezelf." Hoewel deze zin wordt uitgesproken door een personage dat net als Yalom psychiater is, is deze zin niet geloofwaardig. Yalom spit veel te veel en te expliciet in de psyche van zijn personages, alsof hij niet vertrouwt op zijn lezers. In veel dialogen val je door deze ongeloofwaardigheid uit het verhaal.
Reden om dit boek niet te lezen:
Wie romans leest vanwege de literaire middelen, de stijl, de dialogen, de beschrijvingen, de metaforen, de vergelijkingen, zal dit boek geërgerd wegleggen. 'Show don't tell' is de eerste wet van de literatuur. Dit boek toont weinig en vertelt alles.
Reden om dit boek wel te lezen:
De criticus Kees Fens heeft wel eens gezegd dat hij met het ouder worden steeds minder romans leest, en meer biografieën en autobiografieën. Die ontwikkeling herken ik. Maar ik zou hier de ideeënroman aan willen toevoegen als nieuw genre dat ik wel lees. Ondanks de stroperige en vaak ongeloofwaardige dialogen kom je door dit boek veel te weten over het zeventiende-eeuwse Amsterdam, de joodse gemeenschap, en vooral over de gedachtes van Bento de Spinoza. God gelijkstellen aan de natuur, het hiernamaals ontkennen - voor ons is het misschien niet wereldschokkend, maar door Yaloms roman zie je in hoe revolutionair het denken van Spinoza was, en dat we hem op één lijn moeten stellen met iemand als de Italiaan Giordano Bruno, die vanwege vergelijkbare ideeën een halve eeuw eerder op de brandstapel belandde.
In het nawoord van de roman citeert Yalom de Franse schrijver André Gide: "Geschiedenis is fictie die heeft plaatsgevonden, en fictie is geschiedenis die had kunnen plaatsvinden." In 'Het raadsel Spinoza' vertelt Yalom twee geschiedenissen die hadden kunnen plaatsvinden. En ik ben zo in die verhalen gedoken, dat ik deze geschiedenis in de toekomst waarschijnlijk vast voor waar gebeurd ga houden.
1. Herakleitos: Alles stroomt Paul Claes (vert.)
2. Nietzsche als opvoeder Jan Keij
3. Het raadsel Spinoza Irvin Yalom
4. Het derde deel van de ziel. Over Thymos. Peter Venman
5. Michel de Montaigne: De Adagia René Willemsen (vert.)
undefined