Handel met Afrika is hét middel tegen migratie

Een Ivoriaanse katoenplukker aan het werk. Beeld AFP
Een Ivoriaanse katoenplukker aan het werk.Beeld AFP

Europa en Afrika spreken in Ivoorkust over het tegengaan van migratie. Banen moeten Afrikanen daar houden.

Niels Posthumus

Akinwumi Adesina klonk overtuigend toen hij begin deze week zei: "Landbouw is sexy, landbouw is cool". De African Development Bank, waar de veelvuldig bewierookte Nigeriaan directeur van is, wil de komende tien jaar 20 miljard euro investeren in de modernisering van de Afrikaanse landbouwsector. "Afrika moet zijn landbouwsector industrialiseren", stelde hij.

Adesina sprak in aanloop naar de Europees-Afrikaanse top die momenteel plaatsvindt in Ivoorkust. "De boeren van morgen zullen geen overalls meer dragen", voorspelde hij. "Zij zullen jongeren zijn, die met behulp van digitale technologie hun handel organiseren." Maar die technologie, en kennis, zal op zijn minst voor een belangrijk deel van buiten het continent moeten komen.

De top in Ivoorkust staat in het teken van het terugdringen van de Afrikaanse migratiestroom richting Europa. En het is geen hogere wiskunde: wie wil voorkomen dat Afrikaanse jongeren naar Europa trekken, zal hen een toekomst moeten bieden op het eigen continent. Daarbij kunnen Europese ondernemers een rol spelen via economische partnerschappen. Het mes snijdt daarbij aan twee kanten: Europese bedrijven creëren meer ingangen voor zichzelf op groeimarkt Afrika, en doordat dit meer kennis, banen en welvaart in Afrika oplevert, zullen jongeren daar eerder willen blijven.

Meer dan landbouw

Natuurlijk gaat het niet alleen om de landbouwsector. Maar Adesina hamert daar wel al tijden op. Zo'n 66 miljoen jongeren hangen werkloos rond op het Afrikaanse platteland. Zij vormen een belangrijke investeringsgroep. De Afrikaanse landbouwsector vergrijst. En Afrika importeert jaarlijks voor 30 miljard euro aan voedsel. Dat kan door bevolkingsgroei oplopen tot 90 miljard euro in 2025. Terwijl 600 miljoen hectare landbouwgrond ongecultiveerd ligt te verpieteren.

Nederland kan met zijn hoogwaardige kennis op landbouwgebied en zijn gerenommeerde Wageningen Universiteit veel betekenen, meent Marina Diboma. Zij is namens de Netherlands-African Business Council (NABC) in Ivoorkust. Haar organisatie vertegenwoordigt zo'n 350 Nederlandse bedrijven die zaken doen in Afrika. "Nederland kan echt een koploper worden op dit gebied", verzekert zij. "Nederlandse bedrijven zijn populair, omdat ze er over het algemeen oprecht van houden bij investeringen in Afrika hun kennis met lokale partners te delen." Een goed voorbeeld is Bejo Zaden uit het West-Friese Warmenhuizen. Het veredelingsbedrijf werkt samen met boeren in onder meer West-Afrika.

"We leren hen beter zaaizaad te gebruiken, waardoor opbrengsten groeien, planten beter resistent zijn tegen ziektes en producten langer bewaard kunnen worden", legt André Dekker uit. Hij is Afrika-manager bij het bedrijf. "Ook onderwijzen we hen over bemesting, grondbewerking en irrigatie. Dit alles verhoogt het inkomen van boeren, die daardoor meer geld krijgen om nog betere zaden te kopen. En daar verdient Bejo Zaden dan weer aan."

Handelsvoordeel

Afrika is een ingewikkelde, maar belangrijke groeimarkt, meent Dekker. "De basis is aanwezig: voldoende vruchtbaar land, water en arbeidskracht, plus een enorme, snel groeiende afzetmarkt. Maar het niveau van telen is vaak nog traditioneel. Ook kleine investeringen kunnen daardoor al resulteren in spectaculaire verbeteringen. Wij willen daarbij helpen, omdat dit goed is voor de voedselvoorziening én de ontwikkeling van de landbouwsector, waarvan de zadenmarkt onderdeel is."

Afrika en Europa hebben als belangrijk handelsvoordeel dat zij dichtbij elkaar liggen, onderstreept Zuid-Afrikaan Greg Mills bovendien.

Hij schreef de boeken 'Why Africa is poor' en 'Making Africa work'. Om de gunstige geografie uit te buiten, moeten Afrikaanse landen wel hun energievoorziening sterk verbeteren." Op energiegebied ligt Afrika ver achter op Azië", legt hij uit. En zonder energie kan geen industrie of hoogwaardige landbouw bestaan. Het opwekken van meer energie zal eveneens buitenlandse investeringen vergen. Dus ook daar liggen kansen.

Want Europa als economisch blok van nu nog 28 landen neemt nog altijd de sterkste buitenlandse positie in op het Afrikaanse continent: China verhandelde vorig jaar weliswaar voor 125 miljard euro met Afrika. Maar daar stond een Europees-Afrikaanse handel van 286 miljard euro tegenover.

Lees ook het commentaar: Bouw niet alleen muren rond Afrika
Vorige week schreef Trouw over de gebrekkige energievoorziening als barrière voor economische ontwikkeling: Wie stilt de energiehonger van Afrika?

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden