Hallo met God, ik ben er niet
Joost Zwagerman verwoordde in zijn laatste gedichten zijn religieuze coming-out.
Hij heeft niet alle e-mails bewaard. Maar het zijn er meer dan voldoende om een goed beeld te geven van de bijzondere band die ze met elkaar hadden: beeldend kunstenaar Marc Mulders en schrijver Joost Zwagerman.
Ze hadden intensief mailcontact in de vier maanden voorafgaand aan de zelfgekozen dood van Zwagerman (op 8 september dit jaar). De aanleiding was de gedichtenbundel die Zwagerman wilde uitgeven, met bij elk gedicht een passende illustratie van Mulders.
Begin mei 2015 mailt Zwagerman hem daarover voor het eerst. "Als ik het goed heb houd jij niet zo van telefoneren, dus leg ik je mijn vraag per mail voor. Ik heb onlangs een nieuwe gedichtenbundel geschreven, 'Wakend over God', de titel spreekt misschien voor zich. Ik heb de bundel-in-wording laten lezen aan Jaap Goedegebuure, jou ook welbekend, en hij was enthousiast en noemt de bundel 'mijn gevecht met de Engel'. (Jaap schreef ik aan omdat hij als geen ander autoriteit is op het gebied van poëzie en mystiek). Ik dacht en denk aan jou, omdat alle gedichten over 'geloofskwesties' gaan, een letterlijke 'worsteling' met God, een thema dat jou vermoedelijk aanspreekt."
Mulders mailt terug: "Ik ben vereerd, Joost, kun je me een gedicht sturen."
Wijnproeverijfeest
Dat was het begin van een bijzonder samenspel tussen dichter en kunstenaar. Ze bleken elkaar feilloos aan te voelen. Het was a match made in heaven, schrijven de uitgevers in het nawoord van een selectie van twaalf gedichten die nu verschijnen en, met de afbeeldingen, vanaf vandaag ook groot afgedrukt te zien zijn in Museum De Pont in Tilburg.
In dit museum kwamen Zwagerman en Mulders bij elkaar om hun gedichten en beelden naast elkaar te leggen. Mulders: "Joost en ik hebben bij alle gedichten en beelden de bovenkomende associaties getoetst en geproefd en gekeurd, als ware het een verfijnd wijnproeverijfeest."
Nu zit Mulders weer in De Pont, om te vertellen over zijn 'match met Joost'. Zijn herinneringen buitelen soms over elkaar heen. Op zoek naar houvast bladert hij dan door het stapeltje prints van de mails die ze elkaar stuurden.
Mulders herinnert zich nog precies het moment dat hij het gedicht 'Contact' las, dat Zwagerman hem als voorbeeld had toegestuurd. "Trudy, mijn vrouw, had net gekookt - asperges. Toen ik het gedicht had gelezen, was ik zo ontroerd dat ik het haar meteen heb voorgelezen. Ook zij was zeer geraakt. Ik mailde Joost terug: 'Dit is echt top. Ik dacht dat je een romanschrijver en essayist was en daar zo thuis in bent. Maar hierin ben je helemaal groots. Waar heb je in Gods naam het dichterschap zo geoefend? Het is zo'n mooie vermenging van het alledaagse en de mystiek, zonder in clichés te vervallen."
Clash
Ze kenden elkaar al wel, ook voornamelijk via de e-mail. Twee jaar geleden had Zwagerman hem gevraagd mee te doen aan zijn expositie over het thema stilte (Silence Out Loud), die komende maand te zien is in Museum Kranenburg in Bergen.
Die eerste kennismaking eindigde in een 'clash', vertelt Mulders. Hij was het niet eens met de manier waarop Zwagerman zijn schilderijen wilde combineren met het werk van andere kunstenaars. "Ik stelde voor om geen schilderijen te leveren, maar drie nog te maken glazen crucifixen. Dat vond Zwagerman goed. Ik merkte dat hij toen al erg geboeid was door kunst in samenhang met religie."
Bij Mulders heeft religie altijd een rol gespeeld in zijn kunst. In de jaren tachtig en negentig werd hij er in kunstrecensies nog om verketterd. "Ik ben de ayatollah van het zuiden genoemd. Religie, traditie en ambacht, dat was destijds vloeken in de Amsterdamse kunstkerk."
Zwagerman heeft net als Mulders rooms-katholieke roots. In een van zijn e-mails schrijft hij: "Ik ben katholiek opgevoed, echter met zachte hand, zal ik maar zeggen. Met beatmissen in de jaren zeventig. Ik heb heilige communie gedaan, maar in de puberteit was het gedaan, echter zonder het geloof ooit als tegenstander te zien. Integendeel."
Coming-out
Religie was nooit een leidmotief in het werk van Zwagerman, tot deze gedichtenbundel die postuum verschijnt. Daarin wordt de geloofsstrijd beschreven van een naamloos blijvend ik, die soms in zijn verbeelding, soms letterlijk, met het Opperwezen in gevecht raakt over zijn worsteling met God en het geloof.
Mulders: "Ik zie dit als een religieuze coming-out van Joost."
Hij baseert dat ook op wat Zwagerman er zelf over mailde, op 16 mei: "Intussen moet ik je bekennen dat deze nieuwe gedichten, gefocust op mijn worsteling met Hem, het allerpersoonlijkste en -intiemste is dat ik ooit schreef (al kun je natuurlijk nooit jezelf en je creaties echt goed beoordelen). Tien jaar geleden had ik deze gedichten niet kunnen of durven schrijven. Nu, de vijftig voorbij, ben ik ook de schaamte voorbij, d.w.z. de schaamte om in een steeds meer van God los rakende samenleving het gesprek met God aan te gaan, zonder direct naar zijn gunsten te dingen."
Hij laat de uitgeverij weten dat hij Marc Mulders bij zijn nieuwe bundel wil betrekken, omdat Mulders volgens hem 'DE aangewezen kunstenaar is die zonder ironie en met 100 procent inzet hier beeld bij kan maken'.
Onontkoombaars
Mulders heeft uiteindelijk geen nieuw werk gemaakt. "Toen ik er in mijn atelier over ging nadenken, realiseerde ik me ineens dat ik alle woorden en klanken van Joost al had beantwoord met mijn beeldklanken. Ik heb geen penseel aangeraakt. Alles lag klaar. Het heeft zo moeten zijn."
Op 28 augustus, nog geen twee weken voor zijn dood, e-mailt Zwagerman: "Het is echt schitterend geworden, prachtig, chic, maar ook heeft het boek iets onontkoombaars, beeld en tekst zitten elkaar griezelig dicht op de huid ... Ik vind het een schitterende twee eenheid."
Mulders: "Het gedicht dat me misschien wel het meest raakt is 'HIER'. Daar zit zo'n tragiek in. Daarom heb ik er voor Joost dit geknutselde paradijsje bij gekozen. Als je goed kijkt, zie je in het hart van de bloemenzee Eva, die aan haar pols wordt vastgehouden door God."
Volgend jaar verschijnt Joost Zwagermans bundel 'Wakend over God'. Over twaalf van die laatste gedichten is de expositie 'Nu' ingericht in
Museum De Pont, Tilburg, die vandaag opent. Om 15u leest Ramsey Nasr enkele gedichten voor. Trouw-recensent Jaap Goedegebuure houdt een lezing over die poëzie in relatie tot het werk van Marc Mulders.
Twaalf afdrukken van Zwagermans gedichten en Mulders' beelden zijn tot 13 maart te zien in Museum De Pont. Zie ook: 99 uitgevers.
undefined
CONTACT
Iemand belt mij telkens op, zegt niets,
vaag hoor ik een ademhaling zweven,
het kan de mijne zijn, maar ook die
van de ander, die hardnekkig zwijgt.
Ik leg weer op. Ben nu een man
die vreemde telefoontjes krijgt.
De display toont een nummer
met de code van een land dat ik niet ken.
Ik toets dat nummer, een voice mail klinkt.
'Hallo met God, Ik ben er niet.
Laat naam noch boodschap achter,
Ik bel nooit terug. Leef rustig verder,
wacht desnoods tot piep, maar zwijg.'
Prompt word ik door de beller toch teruggebeld.
Weer hoor ik niets, hooguit die vage adem.
Ik ben de man die stil zijn hartslag telt.
Ooit bel ik Hem terug en zeg dan
wél iets na de piep. Dat doe ik niet meteen.
Ik wacht tot ik een geheim nummer krijg.
Die dag is nu, het contact is hier. Ik toets
Zijn nummer in. Krijg geen gehoor. Hij was me
voor. Hij heeft mijn nummer ingesteld.
HIER
Al met al stelt de schepping
niet zo heel veel voor.
Een uit Gods hand gevallen
ansichtkaart, een onnauwkeurig schilderij,
een onduidelijk beduimeld formulier,
meer is de schepping niet.
Waarom dan toch naar sterren reiken,
waarom graaft in miljoenen tuinen
één en dezelfde mol zich naar omhoog?
Zo mompel ik en mompelt met mij
heel de mensheid, zonder oog voor
portokosten, textuur van verf,
de duimafdrukken op het formulier.
De schepping is al tijden door
God in de steek gelaten, bestaat
niet meer, hooguit nog hier.