Gelijkenis tussen mens en hond zit in de ogen
Wetenschappelijk werd bewezen dat het gezegde 'zo hond, zo baas' gedeeltelijk klopt. Veel mensen kunnen een baasje en zijn hond afzonderlijk bij elkaar zoeken. Nu is ontdekt hoe. Via het oog.
Bizar feitje
Hoe respondenten keer op keer accuraat een onbekende hond en baas bij elkaar konden passen, daar kon lange tijd niemand zijn vinger op leggen. Het was een bizar feitje. Tot nu. Sadahiko Nakajima, onderzoeker aan de Kwansei Gakuin universiteit, kwam met bijzondere onderzoeksresultaten.
De Japanner ontdekte dat mensen vooral kiezen door te kijken naar gelaatsuitdrukking. De omvang of lijfelijke vorm van mens en zijn dier, hebben er niet veel mee te maken. Daarnaast letten we bij de keuze niet op gezichtsvorm of haarkleur, zoals je zou verwachten.
Op het oog
De onderzoeker selecteerde 500 studenten die doormiddel van foto's baas met hond moesten matchen. Verschillende delen van het gelaat van mens en dier waren bedekt. Ze kregen een vel papier met twintig portretten van baas-hond paren. Zonder belemmering op de foto zaten de respondenten gemiddeld bij maarliefst 80% juist.
Wanneer de mond van de eigenaar bedekt was zat 73% juist. Maar, als de ogen van de eigenaar of de hond bedekt waren, kon maar 50% slagen. Waren álleen de ogen van of hond, of baas uitgeknipt, dan kon 74% van de juiste paren worden uitgezocht. Voor de methode zie de bijgevoegde foto. "Het toont aan dat individuen de juiste mens en hond bij elkaar vinden, door het oog en ooggebied te vergelijken," concludeerde Nakajima.
Waarom kiezen mensen een gelijkend huisdier? Dat wijt Nakajima aan het 'mere exposure effect'. De mens houdt van gelijkenis en kiest daarom een huisdier waarin het zichzelf herkent.