Gehele oppositie valt het kabinet aan vanwege schrappen dividendbelasting

Lilian Marijnissen (SP), Jesse Klaver (rechts, GroenLinks) en Lodewijk Asscher (PvdA) tijdens de tweede dag van de Algemene Politieke Beschouwingen. Beeld ANP
Lilian Marijnissen (SP), Jesse Klaver (rechts, GroenLinks) en Lodewijk Asscher (PvdA) tijdens de tweede dag van de Algemene Politieke Beschouwingen.Beeld ANP

Van GroenLinks tot SGP is de oppositie tegen afschaffing van de dividendbelasting. Premier Rutte probeerde het voorstel vrijdag in de Tweede Kamer uit te leggen. Tevergeefs. “De argumenten worden dunner”, zei SGP’er Van der Staaij.

Jelle Brandsma

“De argumenten worden dunner en de kosten van deze maatregel worden hoger”, concludeerde SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij vrijdagochtend over het plan van het kabinet om de dividendbelasting af te schaffen. De hele oppositie liep te hoop tegen dit plan, inclusief SGP, een partij die het kabinet vaak steunt.

Belangrijkste vraag was vrijdagochtend of premier Mark Rutte bij de Algemene Beschouwingen in de Tweede Kamer met nieuwe argumenten kon komen om de dividendbelasting af te schaffen. Vanuit het kabinet kwam afgelopen maanden de belofte dat het voorstel beter zou worden uitgelegd. De Raad van State verklaarde dinsdag dat de maatregel mager is onderbouwd.

Rutte signaleert dat grote internationale bedrijven voor de keuze staan om in Nederland te blijven of te vertrekken. Dat speelt vooral als zij bezig zijn met herstructureren. En hij meent dat dividendbelasting daarbij een belangrijke rol speelt. Hij haalde de Rotterdamse burgemeester Aboutaleb aan, die meldde dat een taxichauffeur vertelde dat hij zo blij is dat Shell ook in Rotterdam zit. Dat levert hem veel werk op. Grote bedrijven leveren banen voor Nederlanders op, zei Rutte, en zij besteden geld bij kleinere bedrijven wat ook weer tot extra werk en inkomen leidt.

Alternatieven

Van der Staaij, en andere Kamerleden van de oppositie, lieten zich niet ompraten. De SGP vroeg de premier of er geen betere en goedkopere manieren zijn om het vestigingsklimaat te verbeteren dan afschaffing van de dividendbelasting. Die zou ooit 1,4 miljard gaan kosten, een bedrag dat inmiddels is opgelopen tot 1,9 miljard euro per jaar.

De premier ziet wel alternatieven, maar meent dat dan nog steeds het risico bestaat dat multinationals vertrekken. Hij wees erop dat het Verenigd Koninkrijk geen dividendbelasting kent. Hij noemde specifiek Shell en Unilever als bedrijven die voor de afweging staan waar zij zich vestigen. “Wij nemen een heel groot risico als deze bedrijven weg gaan. Het gevolg is bijvoorbeeld dat de Amsterdamse beurs, waar Shell en Unilever nu belangrijk zijn, een regionale beurs wordt.”

De oppositie verweet de minister-president dat hij een maatregel neemt voor slechts twee bedrijven. “U wordt gechanteerd. U komt met een Ruttiaans rookgordijn”, zei PvdA-leider Lodewijk Asscher. “U brengt de politieke stabiliteit in gevaar”, oordeelde Jesse Klaver van GroenLinks en hij wees erop dat draagvlak bij de bevolking ontbreekt. Van der Staaij formuleerde het zo: “Ik vind uw argumenten helder, maar niet overtuigend.”

Premier Rutte was helder: de afschaffing van de dividendbelasting gaat door. “Besturen is niet altijd leuk. Onze populariteit zou stijgen als wij de maatregel nu van tafel halen, maar wat gebeurt er over tien jaar als bedrijven zijn vertrokken en als blijkt dat wij onze populariteit ondergeschikt hebben gemaakt aan het nemen van goede besluiten?”

Alle stukken over Prinsjesdag en de Algemene Politieke Beschouwingen vindt u in ons dossier.

Lees ook:

Als het het D-woord valt, wringt de coalitie zich in bochten

De afschaffing van de dividendbelasting is de meest omstreden en de meest besproken maatregel van Rutte III. Drie vragen over hoe het ervoor staat.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden