Geef mij dan maar die Mickey Mouse-competitie

Dat Nederlandse voetbalclubs de Champions League niet zullen winnen, is duidelijk. Maar voetbal is niet alleen de moeite waard als Barcelona speelt.

JAN VORSTENBOSCH en UNIVERSITAIR DOCENT TOEGEPASTE ETHIEK AAN DE UNIVERSITEIT UTRECHT

Na de uitschakeling van PSV en Twente in de Europa League en de domper voor Ajax tegen Dortmund in de Champions League, moeten de Nederlandse vertegenwoordigers op Europees niveau opnieuw hun knopen tellen. Verslaggever Henk Hoijtink spreekt in een prikkelend stuk zelfs over een existentiële vraag, een vraag naar het bestaansrecht en de zin van Nederlandse deelname (Trouw, 24 november).

Existentiële vragen zijn alleen te beantwoorden door naar de diepere betekenis van het spelletje zelf te vragen. Soms lijkt het erop dat die betekenis alleen wordt gelegd in topvoetbal en op topniveau: de zin zit 'm dan in het beste voetbal dat er mogelijk is. Uiteindelijk is voetbal dus alleen de moeite waard als Barcelona en Messi het spelen. Het is een opvatting die sport afmeet aan een absolute maatstaf waarheen we op weg zijn, vooral dankzij wetenschap, technologie en de economie die vooruitgang mogelijk maakt.

Deze opvatting lijkt me fundamenteel fout. Om te beginnen omdat het ertoe leidt dat geld uiteindelijk altijd de doorslag zal geven en alleen de 'kapitaalkrachtigsten' zullen overleven. De Uefa werkte daar in de jaren negentig aan mee door de prestigieuze Champions League tot geldmachine uit te roepen. De spanning van het knock-out-systeem, waar 'de kleintjes' nog een kansje hadden om een keertje Goliath te verslaan werd ingeruild voor het geldelijk gewin van het saaie poulesysteem. Nu treuren om het feit dat Nederlandse clubs - al dan niet bewust - zelfs in het 'afvalputje' van de Europa League afhaken, is onrealistisch.

Maar topvoetbal tot maatstaf van het bestaansrecht van voetbal en competities uitroepen, is ook om een diepere reden ongefundeerd. De essentie van sport is altijd relatief, en gebaseerd op rivaliteit tussen redelijk gelijkwaardige tegenstanders. Het is die relatieve rivaliteit die sport tot een interessante sociale activiteit maakt en zorgt voor de spanning, de zin van de activiteit voor de spelers zelf en voor de fans. Inzet, talent, techniek en tactiek spelen daarbij op elk niveau hun eigen relatieve rol. Wat moeten wij als amateurvoetballers en liefhebbers over onszelf denken, als het nationale topvoetbal waar we een heel jaar mee leven en dat instituten als Studio Sport in leven houdt, wordt afgedaan als een Mickey Mouse-competitie? Is behalve de Champions League dan alle andere voetbal 'recreatief' en een zwakke afspiegeling van ideaalvoetbal?

Iedereen praat over de prachtige omhaal van Zlatan Ibrahimovic, maar ik durf de stelling aan dat ieder weekend op de amateurvelden in Nederland ook zulke mooie momenten te zien zijn. Het gaat niet om het verschil tussen amateurvoetbal, nationaal voetbal en topvoetbal, maar het zijn de conditie, techniek en tactiek die geperfectioneerd profvoetbal mogelijk maken. Maar ook op die dimensies kunnen teams op lager niveau op interessante manier elkaar uitdagen en bestrijden.

Het paradoxale nu is dat onze nationale competitie in dit opzicht de laatste jaren alleen maar interessanter is geworden. In de jaren zestig plachten de topclubs iedere spits die tegen hen gescoord had, snel op te kopen. Dit leidde tot een tamelijk voorspelbare competitie. Pas in de laatste jaren is dankzij intelligent beleid bij onder andere Twente, Vitesse, AZ, en dankzij de onvermijdelijke uitverkoop bij clubs als Ajax en Feijenoord juist de nationale competitie wekelijks tot een interessant tableau van wedstrijden geworden waarvan de uitslag ongewis is, en een stuk interessanter dan de Champions League.

We kunnen het idee van 'topvoetbal' als enig en absoluut streefdoel beter laten voor wat het is: een misvatting, en recht doen aan de prestaties in verhouding tot de middelen en de mogelijkheden op elk niveau. Er is zoveel meer in het voetbal: karakter, inzet, drama en wat al niet. Fouten, misverstanden, imperfectie maken het leven, ook het voetballeven interessant.

Dat Nederlandse clubs de Champions League niet zullen winnen, weten we langzamerhand. Maar de 'Mickey Mouse' competitie is vaak wel zo leuk.

Jan Vorstenbosch schreef 'Voetbalgek'. Bespiegelingen van een filosoof, uitgeverij Lemniscaat, 2010.

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden