Vooruitblik
EU bibberend het nieuwe jaar in
Brexit en de verkiezingen voor het Europees Parlement vormen de hoofdmoten van een onzeker 2019.
Zelden zal de Europese Unie aan het begin van een nieuw jaar zo bibberig van onzekerheid de champagne hebben ontkurkt als gisteren. De kans is reëel dat de economie van de EU op 30 maart opeens met 15 procent krimpt, en dat het bevolkingsaantal op één dag terugloopt van 515 miljoen naar 450 miljoen. In dat geval is het Verenigd Koninkrijk daadwerkelijk uit de EU verdwenen.
Voor het eerst in de geschiedenis is de EU, dat samenwerkingsproject in aanbouw dat van nature neigt naar uitbreiding, op die dag kleiner dan voorheen. Hoewel: dat is niet helemaal waar. De EU is in 1985 al eens gekrompen, met liefst twee miljoen vierkante kilometer (dat is negen keer het Verenigd Koninkrijk). Toen stapte Groenland, overzees gebiedsdeel van EU-lidstaat Denemarken, na een referendum uit de Unie.
De brexit is uiteraard andere koek, want het gaat hier om de vijfde economie van de wereld, en de op een na grootste van de EU. Nieuws rond de Britse uittreding zal het jaar 2019 domineren, of we dat nu willen of niet. Op de grens van 29 en 30 maart, ’s avonds om middernacht Brusselse tijd (in het uittredende land is het dan 23.00 uur) zal het zover zijn.
Chaos of niet?
Hoe de EU er op 30 maart bij ligt? Niemand die het op dit moment weet. Zal er chaos zijn op en in (lucht)havens en langs de grens? Krijgen we rottend voedsel te zien in stilstaande vrachtwagens? Medicijnentekorten? Britse militairen die volksopstanden moeten beteugelen? Of blijkt dat straks allemaal bangmakerij te zijn geweest, het fear mongering waar de brexiteers de ‘remoaners’ zo vaak van beschuldigen?
Chaos zal in ieder geval uitblijven als de politici het hoofd koel houden en er straks gewoon een scheidingsakte ligt met ieders handtekening eronder. De eerste, hoogste horde is de uitgestelde stemming in het Britse Lagerhuis, over ongeveer twee weken. Overleeft de brexit-deal op miraculeuze wijze die stemming, dan is 30 maart niets meer of minder dan de eerste dag van een overgangsperiode van minstens 21 maanden, waarin helemaal niets verandert. Het VK blijft in die periode de facto EU-lid.
Grootste verschil is dat de Britten in de week van 23 tot 26 mei niet meedoen aan de Europese parlementsverkiezingen, dat andere grote EU-evenement dit jaar. Ook het Europees Parlement krimpt door de brexit, van 751 naar 705 zetels. Nederland krijgt er juist drie zetels bij en mag straks 29 volksvertegenwoordigers naar Brussel en Straatsburg sturen.
Dezelfde tweestrijd
Opnieuw worden deze verkiezingen neergezet als een tweestrijd tussen de gevestigde politiek en het populisme. Dat was vijf jaar geleden ook al zo. Wel is er nu een reële kans dat het parlement voor het eerst in de greep raakt van besluiteloosheid, juist door dat populisme. De grootste twee fracties, de christen- en de sociaal-democraten, hebben nu samen nog een krappe meerderheid. Daardoor kan de Europese wetgevingsmolen in de meeste gevallen gewoon blijven doordraaien, nauwelijks gehinderd door het obstructieve en weinig samenhangende boe-geroep vanaf de zijlijn.
Grote kans dat die meerderheid er straks niet meer is. Het Europees Parlement wordt dan zoals zoveel nationale parlementen het volgende slachtoffer van politieke versnippering waarmee het lastig is coalities te vormen. Hoewel de nationalistisch-populistische krachten in de EU-landen ook dit keer niet in staat lijken tot effectieve samenwerking, zal de besluitvorming daardoor toch een stuk lastiger worden.
De nieuwe poppetjes
Dat begint al met de poppetjes, de stoelendans van topfuncties die na de verkiezingen op gang zal komen. We nemen dit jaar afscheid van de voorzitters Juncker (commissie), Tusk (raad) en waarschijnlijk ook Tajani (parlement), allen christen-democraten, allen man. Andere te verdelen topbanen zijn die van president van de Europese Centrale Bank (Draghi) en de EU-buitenlandcoördinator (Mogherini, de enige vrouw).
De opvolger van Juncker zal zowel in het parlement als onder de 27 regeringsleiders een meerderheid moeten krijgen. Het is een veilige gok dat dat deze keer moeilijker wordt dan met Juncker in 2014. Het parlement staat erop dat een van de zogeheten ‘spitskandidaten’ de nieuwe commissievoorzitter wordt. Daartoe behoren onder anderen Frans Timmermans namens de sociaal-democraten en Bas Eickhout van de Europese Groenen.
Mogelijk gaan de regeringsleiders dit keer wel volop het institutionele gevecht aan en sleept de kwestie zich maandenlang voort, eventueel in combinatie met het nationale en partijpolitieke getouwtrek om de andere functies. In Brussel wordt al gefluisterd dat de commissie-Juncker noodgedwongen nog wel even blijft zitten, tot in 2020 misschien.
Die poppetjesstrijd bemoeilijkt ook de voortgang op de inhoudelijke hoofdonderwerpen, zoals migratie, milieu, strijd tegen terrorisme, enzovoorts. In de maanden rond de verkiezingen liggen al die dossiers sowieso stil.
9 mei wordt Europa-dag
Veel klaroengeschal zal te horen zijn rond de extra Europese top in het Roemeense Sibiu, op 9 mei, Europa-dag. Daar zullen de 27 regeringsleiders, voor het eerst na de brexit bijeen, knopen moet doorhakken over de koers van de tobbende EU. Onder de vlag ‘EURoad2Sibiu’ is de lat daarvoor al het hele afgelopen jaar behoorlijk hoog gelegd. Die nieuwe EU zal modern, relevant en aantrekkelijk voor haar burgers moeten zijn - die boodschap zal de plechtige slotverklaring moeten uitstralen. ‘Sibiu’ moet een nieuw ijkmoment worden in de EU-geschiedenis.
De gastheer van die top, Roemenië, maakt dit halfjaar zijn Europese debuut als roulerend voorzitter van de EU-ministerraden. Het is een voorzitterschap dat door de andere lidstaten, maar ook door Roemenië zelf, met enig angst en beven tegemoet wordt gezien. Het is een ondankbare taak, met de brexit en de Europese verkiezingen, waardoor er lange tijd weinig voor te zitten valt. De politieke toestand in Boekarest is bovendien instabiel, en net als bij Polen en Hongarije zijn er ook in Roemenië zorgen over de rechtsstaat.
Naast het brexit-theater en het verkiezingsrumoer kunnen we de komende maanden met redelijke zekerheid rekenen op de aanblik van dat bijna vertrouwde contrast in de Europese Unie: dat tussen de mooie intenties op de top in Sibiu en de dagelijkse werkelijkheid op de grond.
Lees ook:
Lees hier alles over de brexit in ons dossier
Juncker eist Britse duidelijkheid over Brexit
Groot-Brittannië moet orde op zaken stellen en dan aan Europa laten weten wat het nou eigenlijk wil.