Etty Mulder
Etty Mulder, voormalig hoogleraar in Nijmegen, is musicologe en cultuurhistorica. Samen met Marius Flothuis richtte ze in 1999 de Stichting Pierre Boulez op. Deze maand verschijnt haar studie 'Het vruchtbare land' over de zielsverwantschap tussen Pierre Boulez en Paul Klee.
"Hier in Nederland is helaas de onaangename beeldvorming uit de jaren '60 blijven hangen - Boulez als koele rationalist en rekenmeester. We zijn zelf de hele dag met tablets en technologie in de weer, maar we huiveren als kunst op die manier, met die middelen wordt gemaakt. Dat negatieve beeld is ongegrond, het moet verdwijnen.
"Boulez staat niet aan het hoofd van een bepaalde stroming, maar is meer een scharnierpunt tussen de Franse en Duitse muziek, tussen Debussy en Schönberg. De historische wortels van de muziek neemt hij op in zijn eigen composities. De schoonheid van de muziek in de klassieke zin komt daarbij op de helling te staan, maar hij breekt de orkestrale klank open en voegt kleurendimensies toe.
"Misschien hebben mensen die Boulez willen leren kennen iets aan de gedachte dat muziek niet altijd hoeft te behagen, en dat je vooral onbevooroordeeld moet luisteren. Voor mijzelf was 'Pli selon pli' in 1964 een buitengewoon hevige confrontatie met iets dat ik nog nooit had beleefd. Ik wist er van tevoren niets van, maar als 18-jarige begreep ik dat het mij nooit meer zou loslaten.
"Of hij de grootste componist van zijn tijd is? Die vraag mag onbeantwoord blijven. Hij is een eenling, heeft als componist nauwelijks school gemaakt. Als dirigent heeft hij de muziek van Wagner en Mahler als het ware schoongewassen.
"Als we een retrospectieve behoefte blijven hebben om grote werken te hypen, dan is er over twintig jaar ook plek voor Boulez. Dan worden 'Pli selon pli', '...explosante-fixe...', 'sur Incises' en 'Notations' volgens mij nog steeds uitgevoerd, al aarzel ik wel. Boulez staat in Frankrijk in hoog aanzien als organisator van het culturele leven, maar ook daar zijn geen Boulez-series. Het zou kunnen dat Boulez' muziek, net als die van Mahler, pas later werkelijk begrepen wordt."
undefined
Peter Eötvös
Peter Eötvös (Transsylvannië, 1944) is componist en dirigent. In 1978 leidde hij op uitnodiging van Boulez het allereerste concert van Ircam en werd daarna voor dertien jaar muzikaal directeur van het Ensemble Intercontemporain.
"Ik heb meer dan dertig jaar lang met Pierre Boulez samengewerkt als componist en als dirigent. Hij heeft meerdere composities van mij gedirigeerd en in wereldpremière gebracht. Ikzelf heb al zijn werken voor orkest en ensemble gedirigeerd. In mijn tijd bij het Ensemble Intercontemporain hebben we het volledige ensemble-repertoire van de 20ste eeuw gespeeld. Ik heb nooit veel met Boulez over muziek gediscussieerd. We bouwden aan de toekomst.
"Ircam is als onderzoeksinstituut voor muziek en akoestiek net zo belangrijk voor de toekomst als het Massachusetts Institute of Technology in Boston, of de Nasa. Het Ensemble Intercontemporain heeft de nieuwe ideeën van het IRCAM gerealiseerd, heeft het tot klinken gebracht.
"Ik heb nooit bij Boulez gestudeerd, maar als je dertig jaar met iemand samenwerkt, dan leer je echt wel wat. Hij was als dirigent altijd uiterst precies, zoals Otto Klemperer, of Fritz Busch, of Arturo Toscanini. Boulez is een van de belangrijkste, leidende persoonlijkheden van de 20ste eeuw. Niet alleen als componist en dirigent, maar ook als initiator in de cultuurpolitiek. Hij heeft veel orkesten, instituten en festivals opgericht en er leiding aan gegeven. Zijn geest en esthetiek waren bepalend voor de Europese cultuur.
"Je kunt aan Boulez' muziek beginnen net zoals je begint met Bach of Beethoven. Je gaat naar concerten toe en probeert te luisteren als een kind, zonder vooroordelen. Dan ga je er nog een keer heen om een stuk nog beter te leren kennen. En als de muziek van Boulez te weinig in concerten te horen is, dan kan ik YouTube aanbevelen, waar filmpjes met zijn muziek tamelijk vaak worden bekeken. 'Livres pour cordes' heeft in zeven jaar tijd bijvoorbeeld 45.598 views, 'Le marteau sans maître' heeft er 237.245. Da's niet slecht.
"Ik ken alle werken van Boulez en dirigeerde al zijn stukken voor orkest en ensemble. Ik kan geen echte favoriet noemen. Ik geniet van ze allemaal, omdat ik van muziek geniet. Maar onder ons gezegd, professionals genieten eigenlijk niet - die maken het mogelijk."
Radicaal. Het woord past zowel bij de muziek van Pierre Boulez (1925, Montbrison) als bij zijn vele uitgesproken stellingnames. Een musicus die niet volledig de noodzaak van de twaalftoonsmuziek - de dodecafonie - had ervaren, was in Boulez' ogen waardeloos. Diens werk was dan immers irrelevant voor de behoeftes van het tijdperk waarin hij leefde. Boulez was amper 25 jaar oud toen hij deze stelling poneerde, en hij is er gedurende zijn lange leven niet van teruggekomen. Dat betekende dat hij de muziek van collega-componisten als Benjamin Britten en Dmitri Sjostakovitsj inderdaad afdeed als waardeloos - in de ware betekenis van dat woord: zonder waarde. Als dirigent heeft hij nooit ook maar één noot van beide componisten - hun stukken behoren inmiddels tot de canon van de klassieke muziek - uitgevoerd.
De man die in de jaren '60 riep dat men beter de fik kon steken in operahuizen - bolwerken van conservatisme - componeerde dan wel nooit een opera, maar was als operadirigent behoorlijk invloedrijk. In Bayreuth dirigeerde Boulez van 1976 tot 1980 de nu legendarische Patrice Chéreau-enscenering van Wagners 'Der Ring des Nibelungen'. Met Chéreau deed hij in Parijs de eerste uitvoering van de complete 'Lulu' van Alban Berg (1979) en in 2007 werkten de twee opnieuw samen voor Janáceks 'Uit een dodenhuis', een productie die ook tijdens het Holland Festival te zien was. In Bayreuth dirigeerde Boulez ook nog 'Parsifal' in een enscenering van Christoph Schlingensief.
Als componist brak Boulez, leerling van Olivier Messiaen, door met 'Le marteau sans maître' (1953-55). Latere belangrijke composities zijn onder andere 'Pli selon pli', 'Rituel: In memoriam Bruno Maderna', 'Notations' en 'Répons'. Boulez was uiterst kritisch op zijn eigen werk. Veel composities trok hij later weer terug en hij bleef soms jaren schaven aan bepaalde werken. Zijn (tot nu toe) complete oeuvre werd vorig jaar op elf cd's uitgebracht bij Deutsche Grammophon.
undefined