EO kan leren van de openheid die de protestantse traditie kenmerkt

MARTIEN E. BRINKMANEMERITUS HOOGLERAAR OECUMENISCHE en THEOLOGIE VU AMSTERDAM

Twee weken geleden werd bekend dat de EO een al opgenomen interview met moslima Anne Dijk niet zou uitzenden omdat men het geen protestants geluid vond. Afgelopen week was in het nieuws dat de Vrije Universiteit in Nederland werkzame imams gaat bijscholen. Twee uiteenlopende benaderingen van de islam door instellingen van protestantse huize.

Toen in 2016 de Ikon werd opgeheven, is het budget van de EO voor vier jaar van overheidswege met enkele miljoenen per jaar verhoogd om de volle breedte van het protestantisme in zijn programma's te kunnen vertegenwoordigen. Daartoe zijn afspraken met de kerken gemaakt. De Ikon werd voortaan onderdeel van de EO. Toen enige maanden geleden een aantal prominente EO-leden in een open brief protesteerden tegen de vermeende Ikon-invloed op EO-programma's, kon dat in feite (ironisch genoeg) als een compliment aan het adres van de EO worden gezien. Het betekende immers dat de EO blijkbaar deze medewerkers ook enige ruimte gaf om de brede Ikon-traditie voort te zetten.

Uit de vele jaren dat ik Ikon-bestuurslid was, is me meer dan duidelijk geworden dat die Ikon-traditie lang niet altijd in kerkelijke kring werd gewaardeerd. Op menig synodevergadering heb ik mijn tong blauw moeten praten om de Ikon blijvend van kerkelijke steun te verzekeren. De Ikon-medewerkers betraden immers nogal eens onbetreden paden. 'Andersdenkenden' een stem geven, behoorde daar ook toe.

undefined

Islamopleiding

Een dergelijke houding was ook aan de VU te bespeuren toen men daar begin deze eeuw succesvol meedong naar de vestiging van een islamopleiding. Die vestiging was niet onomstreden. Vanuit de VU-achterban werden veel kritische vragen gesteld. Ik was daar als toenmalige decaan van de theologische faculteit nauw bij betrokken.

Er deed zich toen echter een opvallend verschijnsel voor. Aanvankelijk werd ons voornemen vanuit orthodox-protestantse hoek (in het Nederlands Dagblad en in het Reformatorisch Dagblad) scherp bekritiseerd. Verkwanselde de VU zo niet haar protestantse achtergrond? Gaandeweg veranderde die kritische houding echter. Uiteindelijk schreef het Nederlands Dagblad in een hoofdredactioneel commentaar: 'Als er dan toch een islamopleiding aan een Nederlandse universiteit moet komen, dan maar aan de VU want daar is men teminste inmiddels wel aan een stevig geloofsgesprek met andersdenkenden gewend'.

De faculteit had in die tijd net de ommezwaai gemaakt van een gereformeerde predikantsopleiding naar een brede, oecumenische faculteit.

De vestiging van een islamopleiding aan de VU paste meer in een VU-traditie dan menigeen toen vermoedde. Abraham Kuyper, de stichter van de VU, had zich al heel vroeg positief uitgelaten over de toelating van 'mohammedaanse' studenten aan de VU. En Herman Bavinck (1854-1921), de man die een vier delen dikke 'Gereformeerde Dogmatiek' schreef, bleef ook gedurende zijn VU-hoogleraarschap een intensieve correspondentie onderhouden met zijn Leidse studievriend Snouck Hurgronje (1857-1936), arabist en islamoloog, die zelf ook moslim werd. Ze waren het bepaald niet met elkaar eens, maar zochten toch steeds het onderlinge contact.

Wat is de les van deze vergelijking tussen de EO en de VU? Wellicht toch maar dat interview uitzenden, misschien zelfs wel na enige tijd ook met steun uit orthodox-protestantse hoek? Dat zou goed passen bij de openheid die de protestantse traditie van oudsher kenmerkt. Die traditie is nationaal en internationaal niet zomaar in één pennestreek af te bakenen.

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden