Elk mens is spiritueel, maar weet het vaak niet
Menig Nederlander zal blijven roepen dat hij niet spiritueel is zolang het geassocieerd blijft met 'geloof' of 'iets zweverigs'.
Is de maand van de spiritualiteit een feestje voor intimi, of is het een middel om 'het grote publiek' te laten nadenken over spiritualiteit? Ogenschijnlijk het eerste. En dat is een gemiste kans.
Afgelopen vrijdag verscheen ter gelegenheid ervan een speciale bijlage bij deze krant. Vanaf 12 januari is het weer zover; de maand van de spiritualiteit start. Een maand die met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid voorbij zal gaan aan een grote groep mensen omdat zij zichzelf beschouwen als 'niet spiritueel' en zich niet aangesproken voelen tot de activiteiten.
Spiritualiteit is een lastige term. Er zijn meerdere definities en waarschijnlijk heeft zo ongeveer elk individu zijn of haar eigen opvatting van de betekenis er van. In veel gevallen komen bij mensen associaties op met 'zweverig' en 'iets met geloof'. 'Daar doe ik niet aan, aan spiritualiteit', wordt ook vaak gezegd.
Maar niet aan spiritualiteit doen, is een onmogelijkheid. Elk mens is spiritueel. Spiritualiteit gaat namelijk over dat wat je beweegt, dat wat zin geeft, betekenis geeft aan je leven. Het gaat over bewust worden en bewust zijn van die 'drive'. Dit kan met inbegrip van, maar ook volledig los staan van religie, van godsdienst of van een geloof in een transcendente werkelijkheid van welke aard dan ook. Spiritualiteit is in veel gevallen juist heel aards en ligt dichtbij de persoon zelf. Naasten, familie, werk, hobby's: allemaal drijfveren voor mensen, beweegredenen, zingevende factoren.
Kijkend naar de activiteiten die op de agenda staan in de maand van de spiritualiteit zijn zaken te zien als klankschaalmeditatie, soulfullness klankontspanning, verstilling als levenskunst, meditatie, mineralenorakel (?), de goddelijke driehoek, verwijlen bij je ziel, het ritme van de stilte en spiritueel afvallen.
De gemiddelde Nederlander wordt niet warm van dergelijke activiteiten. Het roept zelfs weerstand op, en bevestigt de associaties die men al had bij het woord spiritualiteit. Het zou goed zijn om meer aandacht te besteden aan bestrijding van de vooroordelen rondom de terminologie en ook activiteiten te bedenken die meer raakvlakken hebben met de dagelijkse werkelijkheid van de meeste mensen; die dagelijkse werkelijkheid is ten slotte voor de meeste mensen de hoofdcontext waaruit men betekenis haalt, de eerste zingevingcontext.
Misschien is het een goed idee om het thema van volgend jaar het tegenovergestelde te laten zijn van het thema van dit jaar ('Stilte'): het geluid van spiritualiteit. Een thema waarmee gewerkt kan worden aan het imago van spiritualiteit. Want imago is enorm belangrijk. Zolang ook een goedbedoeld initiatief als de maand van de spiritualiteit nadruk blijft leggen op die kant van spiritualiteit die vooral negatieve associaties oproept bij het grote publiek, zal menig Nederlander blijven roepen dat hij/zij niet spiritueel is.
Is dat uiteindelijk erg? Kunnen we leven met het gegeven dat de grote massa zichzelf als niet-spiritueel beschouwt? Vast wel.
Maar ergens denk ik dat een wat groter bewustzijn van eigen drijfveren en vermogens een mens een prettiger leven geeft. Een leven dat, als het uiteindelijk eindigt, geen vragen op een sterfbed laat rondzingen als: "Had ik maar meer uit het leven gehaald".
Voor zover we weten hebben we maar één leven, dus niets mis mee om daar wat bewuster in te gaan staan. Voor jezelf, maar ook voor degenen naast je. Oók voor al die mensen die zogezegd niets hebben met spiritualiteit. Of beter: juíst voor hen. Want degenen die al redelijk bewust zijn, die hebben het zelf al gevonden. In de maand januari in ieder geval wel.