Eigenlijk tegen het huwelijk, maar nu toch maar getrouwd
Sinds 1 april 2001 konden ze al trouwen, maar Joke Koppenol (67) moestwel vier jaar nadenken voor ze haar liefde sinds 35 jaar, Tity Bentum (80),durfde te vragen. Ze had te veel bezwaren tegen het instituut huwelijk, alis ze vijf jaar lang ambtenaar van de burgerlijke stand geweest.
Op oudejaarsavond keek ze haar vriendin toch in de ogen. En Bentum zeimeteen ja. Gisteren werd het tweetal, dat elkaar via hun werk bij dekinderbescherming leerde kennen, in Groningen getrouwd door burgemeesterJacques Wallage. "Ik had zin in een dik feest", motiveert Bentum, DolleMina van het eerste uur, de stap in onvervalst veenkoloniaals. Ook zij hadnooit veel op met het fenomeen huwelijk. "Het leek me zo onderdrukkend."
Ze stond in de Tweede Wereldoorlog al eens op het punt. "Ik wasverloofd met een lieve jongen. We hadden een huis in Soest. Hij had daareen studeerkamer. Ik vroeg waar mijn kamer was. Dat bleek de keuken tezijn. Wat baalde ik daarvan. We hebben een eind aan onze verloving gemaakt,hij is daarna geëmigreerd."
Dat Koppenol haar relatie, die ooit met een kussengevecht begon, nu metringen wil bezegelen heeft te maken met de in haar ogen toenemendediscriminatie van homoseksuelen. Bovendien wil ze in de stamboom van haarfamilie niet 'met niks' vermeld staan: "Ik wil dat officieel vast ligt datik met Tity verbonden ben. Toen het een keer mis was met haar, toen haareen nier was afgenomen, belden ze haar broer en niet mij. Dat willen weniet nog een keer meemaken."
Op de trouwpartij ontbraken twee nichten en een neef van Bentum omgeloofsredenen. "Mijn neef zei: Ik kan je niet feliciteren, het huwelijkis voor man en vrouw. Ik heb tegen hem gezegd: Als je ons geen geluk kuntwensen, ben je ook niet welkom."