Eerst stelen ze het wasgoed, dan de vrouwen

Christelijk dorp bij grens Syrië wapent zich tegen Islamitische Staat

FERNANDE VAN TETS

In de bergen boven het christelijke dorp Ras Baalbek, in de Libanese Bekaa-vallei, leven duizenden strijders van Islamitische Staat en het aan Al-Qaida gelieerde Jabhat Al-Nusra. Maar de winter drijft ze naar beneden. "We leven op een vulkaan", zegt Rifaat Nasrallah, die een christelijke militie leidt die zijn dorp probeert te beschermen.

In een uitkijkpost van de groep staat een AK-47 met een extra magazijn voor 75 patronen in de hoek. Er staan een paar banken met dekens, voor de nachtwacht. Op het dak is de uitkijk, waar Nasrallah door zijn nachtkijker de bergen in tuurt. "Daar zitten ze", zegt hij, wijzend naar boven. Hij schat het aantal strijders in de bergen op vijfduizend.

De patrouilles van Nasrallah werden voor het eerst in het leven geroepen in mei 2013 tijdens de slag om Qusayr in het nabijgelegen Syrië, waar rebellen vochten tegen het Syrische leger. De bewoners hoorden de bommen vallen, en soms viel er ook een in de buurt. Toen het regime Qusayr innam, en later de rest van het grensgebied, kwamen strijders de bergen over naar Libanon.

Aan de Libanese kant kwamen ze de berg af en stalen; zelfs het wasgoed verdween 's nachts. Dus kwamen de mannen van het dorp bijeen en besloten met de wapens die iedereen toch op zolder had liggen het dorp te beschermen. Aanvankelijk waren ze met ongeveer zestig man.

De aard van het gevaar is veranderd sinds Islamitische Staat onder de Syrische rebellen de boventoon is gaan voeren. In Syrië en Irak werden christenen steeds vaker doelwit. In Syrië werden in december vorig jaar dertien nonnen ontvoerd. Het Iraakse Mosul viel afgelopen juli, waarna christenen de stad massaal moesten ontvluchten. "Als je naar de feiten kijkt: ze vermoorden christenen", vat Nasrallah samen.

Ook in zijn dorp is de situatie angstiger geworden. Waar voorheen wasgoed werd gestolen, ontvoeren de militanten uit Syrië nu werknemers uit de steengroeven boven het dorp. Het gevraagde losgeld liep voor een christelijke man op tot 25.000 euro.

Bovendien komt het gevaar steeds dichterbij. Sinds de slag om Arsal (zie kader) zitten de Syrische strijders definitief vast in het bergachtige grensgebied, en nu het koud wordt en sneeuwt, willen ze naar beneden. Vanaf zijn uitkijkpost heeft Nasrallah ze al zien verplaatsen - van bovenop de berg tot honderd meter lager. "Ze worden steeds wanhopiger, het is moeilijk terrein. Dat is een probleem", zegt hij grimmig.

Met de groeiende zorgen groeide ook het aantal mannen dat patrouilleert; met hoeveel wil Nasrallah niet zeggen. Maar hij is een trainingsprogramma begonnen voor de jonge mannen uit het dorp die niet, zoals hij, gehard zijn door te vechten in de Libanese burgeroorlog.

Schermutselingen komen steeds vaker voor. Onlangs braken er bij een post als deze gevechten uit tussen een patrouille van Nasrallah en IS-strijders. De twee groepen waren slechts driehonderd meter van elkaar verwijderd, het was het dichtste bij dat de militanten tot nu toe durfden te komen. "Als we hen zien, verdedigen we onszelf natuurlijk", zegt Nasrallah. Aan christelijke kant vielen geen gewonden, bij de vijand 'misschien', vertelt hij.

De keuze om naar wapens te grijpen is een natuurlijke voor Nasrallah. "Ik ben een extremistische christen", zegt hij in zijn zitkamer omringd door beelden van de kruisiging, de heilige maagd Maria en flesjes wijwater. "Hoe kan ik mijn eigen huis en familie nou niet verdedigen? We moeten nu extra voorzichtig zijn, we moeten onszelf verdedigen nu IS er is. We moeten onze aanwezigheid hier verdedigen."

Helemaal alleen staan de christenen er niet voor: vlakbij het dorp is een controlepost van het Libanese leger, waar vorige week nog zes doden vielen. En Hezbollah, de sjiitische militie die in de Bekaa-vallei de scepter zwaait, levert wapens en ondersteuning als Nasrallah erom vraagt. Maar zelfs met die laatste steun dreigt het gevaar. "Mijn grootste angst is een bliksemaanval. Dat ze onze vrouwen ontvoeren, onze kinderen vermoorden. We weten dat we na de eerste aanval verloren zijn. Zelfs als Hezbollah daarna optreedt, hebben we al verloren."

undefined

Vijf dagen strijd rondom Arsal

Ras Baalbek ligt op acht kilometer van het soennitische dorp Arsal. Daar raakten militanten van Islamitische Staat (IS) en Jabhat Al-Nusra in augustus slaags met het Libanese leger. Na vijf dagen strijd werden de militanten verdreven naar de bergen rondom het dorp. Ze ontvoerden bijna dertig militairen en politieagenten, van wie er inmiddels vier zijn vermoord.

Sinds augustus onderhandelen de militanten over de vrijlating van islamisten die in Libanese gevangenissen zitten, en een ontsnappingsroute voor hun strijders in de bergen. Nu het winter wordt, en de bergen steeds onherbergzamer worden, groeit de druk. Dat uit zich in een groter aantal confrontaties met het leger en nabijgelegen dorpen, maar ook in toenemende dreigementen dat meer gijzelaars geëxecuteerd zullen worden.

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden