Therapie
Een eeuw associëren op de sofa
Morgen start met een feestelijke opening het jubileumjaar van de psychoanalyse. De therapievorm is een eeuw in Nederland. Heeft zo diep in jezelf graven wel zin, of kan de sofa inmiddels wel bij het oud vuil?
Toen Merel de Vries (35) zich voor de eerste keer op de sofa neervlijde, kon ze alleen maar denken: wie heeft er vóór mij op dat groezelige plaid van de Ikea gelegen? "Terwijl ik daar lag, was ik me zo bewust van het feit dat ik in psychoanalyse ging, dat ik niet wist waar ik moest beginnen met praten. Ik kon alleen maar aan het kleedje denken, terwijl ik helemaal geen smetvrees heb."
Dus nam De Vries zwijgend de wereld zoals ze die zag vanaf de bank, in zich op. Ze keek uit over boomtoppen en spotte een kronkel in een tak. De tak werd haar houvast: de drie jaar dat ze in analyse zat, zocht ze de kronkel steeds op, als ze wist dat haar therapeut achter haar klaarzat met een opschrijfboek. "Als ik de tak had gevonden, kon ik beginnen met praten, praten, praten."
Koekkoek
De Vries stond niet te springen toen een eerdere therapeut haar aanraadde te 'gaan liggen'. "Ik heb eerst een half uur krom gelegen van het lachen. Ik, op zo'n sofa? Dat was toch voor mensen die helemaal koekkoek waren? Ik dacht bij psychoanalyse aan hysterische vrouwen uit de Victoriaanse tijd die om de paar uur flauwvielen. Dat was ik niet. Ik wist gewoon niet wat ik wilde met mijn leven."
Toch ging De Vries in analyse 'omdat zoiets geks ook wel iets voor mij is', zegt ze zo'n negen jaar later. "Het was louterend om urenlang over mezelf te praten. Ik ben er sterker door geworden. Maar het kwam vaak voor dat ik na therapie naar huis fietste en dacht: dit was weer een heerlijk uurtje tijdverspilling."
Niet meer in het basispakket
De sofa is officieel een eeuw in Nederland. Nadat de ideeën van Sigmund Freud, grondlegger van de psychoanalyse, waren overgewaaid, werd precies honderd jaar geleden de Nederlandse Vereniging voor Psychoanalyse opgericht. De Oostenrijkse neuroloog was de eerste die de menselijke geest vergeleek met een ijsberg waarvan alleen het topje zichtbaar is. Verstopt onder water zit ons onderbewuste, waar we bijvoorbeeld via dromen en versprekingen notie van kunnen krijgen.
In Nederland zit psychoanalyse al zes jaar niet meer in het basispakket vanwege het gebrek aan wetenschappelijk bewijs. In Nederland zijn zo'n zevenhonderd mensen in analyse, wat betekent dat ze drie tot vijf keer per week een uur op de sofa liggen. Het doel is het ontdekken van je eigen onderwaterwereld. De sofa helpt daarbij: liggend praten bevordert de vrije associatie, was Freuds idee.
Voor de rijken
Er is nog geen sluitend bewijs dat de therapievorm beter werkt dan andere psychotherapie, maar er is ook geen bewijs dat het niet werkt. Sinds psychoanalyse uit het basispakket is gehaald zijn er twee onderzoeken gedaan die laten zien dat psychoanalyse op langer termijn beter werkt dan andere behandelingen. Toch is dat een wat schrale oogst aan onderzoek in de zes jaar dat de analyse niet meer vergoed wordt, schrijven twee wetenschappers in een recent gepubliceerd artikel in het Tijdschrift voor Psychotherapie. Op basis van twee onderzoeken kan de pyschoanalyse namelijk niet terug in het pakket. De liggende therapie blijft voorlopig dus aan de prijs.
"Waar het altijd al het imago had vooral voor de hoogopgeleide rijken te zijn, is het helaas inmiddels voor een hele groep inderdaad niet meer weggelegd", zegt Claudia Schnitzler, psychoanalytica in Amsterdam. "Het uurtarief ligt in Nederland tussen de zeventig en negentig euro. Maar voor wie dat niet kan betalen, en bijvoorbeeld studeert of een minimuminkomen heeft, geldt een lager tarief van zo'n veertig euro per uur." Een lichtere vorm van psychoanalyse, waarbij je zit en maximaal twee gesprekken hebt per week, wordt volledig vergoed in Nederland, omdat hiervoor wel voldoende bewijs is. Heeft zo diep in jezelf graven eigenlijk zin, of kan de sofa na honderd jaar bij het oud vuil?
Een cadeautje
Herman Zonderop (49), partner bij een consultancybedrijf, noemt de vijfjarige analyse die hij vorig jaar afrondde 'een cadeautje'. "Dat de effecten van analyse niet bewezen worden geacht, betekent niet dat het niet werkt. Ik had niet zonder gekund. Waar ik vroeger erg hechtte aan wat anderen van mij vinden, durf ik nu te zeggen dat ik een leuke vent ben."
Zonderop voelde zich voor de analyse altijd schuldig. Over hoe hij soms zijn kinderen en vrouw afkatte, geen leuke vader was. Over hoe onhandig hij communiceerde op zijn werk. Over het verbrassen van de erfenis van zijn grootouders tijdens zijn studententijd. Over de foute dingen die hij deed in zijn jeugd: dat soort schulden had hij verstopt in wat hij 'kamertjes van zijn hart' noemt.
Vertrouwen
Als er iets mis ging, en hij bijvoorbeeld een verwijt kreeg, gingen die deuren klepperen en dacht hij: zie je wel, ik word gestraft voor de dingen die ik heb gedaan. Van die reflex wilde Zonderop af, dus toog hij vier maal per week nog voor zijn werk naar een soort noodlokaal waarin een bank plus schemerlamp stonden. Hij had zich allerlei vormen van Freudiaanse allure voorgesteld bij psychoanalyse, maar moest gewoon op 'een bed in een bouwkeet' gaan liggen. "Ik had in het begin moeite om een houding aan te nemen en dacht: ik ga mijn therapeute echt niet alles vertellen."
Toch deed hij dat uiteindelijk wel. De therapeute won langzaam zijn vertrouwen. "Aan het begin dacht ik veel na over wat ik zei: hoe zal ik deze episode van mijn jeugd beschrijven zonder dat het raar overkomt?" Later kon hij meer zichzelf zijn. "Zo mezelf dat er momenten waren dat ik gewoon in slaap viel, omdat ik niet meer wist wat ik moest vertellen."
Zonderop had geluk: een maand nadat hij begon met analyse, werd de therapie uit het basispakket geschrapt. "Maar als ik het zelf had moeten betalen, had ik het ook gedaan," zegt hij. Omdat er voldoende animo voor blijft, is psychoanalyse niet in de goot beland, ziet analytica Claudia Schnitzler. Zij ziet juist een soort 'revival van de sofa'. "Ik denk dat het met de tijdsgeest te maken heeft. Er is meer behoefte aan slow therapy."
De rol van de therapeut
Als Schnitzler acht jaar geleden in haar praktijk tegen mensen zei dat ze voor de analyse wel een paar jaartjes moesten uittrekken, keken ze haar aan alsof ze gek was. Nu staan mensen er meer voor open, ziet ze. Ook constateert ze dat psychoanalytici bij het grote publiek furore maken als cultuurcriticus. Neem bijvoorbeeld de Gentse hoogleraar Paul Verhaeghe, die in zijn boek 'Identiteit' de samenleving op de sofa zet. En sinds een aantal jaar kunnen studenten een summerschool psychoanalyse volgen. Of al dat enthousiasme ook leidt tot een stijging van het aantal mensen in psychoanalyse is niet bekend, maar de beroepsvereniging heeft de indruk van niet.
De rol van de therapeut in de psychoanalyse is het meest veranderd in de afgelopen honderd jaar. Waar hij vroeger zwijgzaam zat te krabbelen in zijn notitieboekje, is hij nu persoonlijker en actiever betrokken bij de patiënt, en voorziet deze van advies. De relatie tussen behandelaar en patiënt is centraal komen te staan, zegt Schnitzler. "Psychoanalyse is meer dan vroeger een oefening in wederkerigheid."
Snelle afwijzing
Daar merkte Merel de Vries aan het begin weinig van. Het hielp ook niet dat haar therapeute eruit zag 'als een bibliothecaresse, met van die tuttige jurken'. "Ik werd daar erg door afgeremd. Het stoorde me dat ik nooit iets van haar terugkreeg. Alsof ik tegen een witte muur aan het praten was. Een warme band, daar had ik behoefte aan. Het enige wat ik over mijn therapeute wist, was waar ze woonde."
Maar toen de agenda van de psychoanalytica een keer openviel, zag De Vries 'Merels examenfeest' staan. "Ik dacht: Yes! Nu weet ik dat ze kinderen heeft. Mijn therapeut brak even los over haar dochter, maar zei toen: 'Hier kunnen we het niet over hebben'. Ik voelde me echt een beetje afgewezen. Als ik dichtbij haar probeerde te komen, stootte ze mij af."
Hoewel De Vries dat moeilijk vond, ziet ze nu dat ze er van heeft geleerd. "Want daar zat precies mijn probleem met hechting: ik voelde me snel afgewezen. Mijn relatie met mijn therapeut was een soort microkosmos van de echte wereld." Ook Zonderop leerde van zijn verhouding tot zijn therapeute. "Ik ben echt een pleaser, dus als ik analyse een keer afzei omdat het druk was op mijn werk, voelde ik me heel rot. Terwijl dat helemaal niet nodig was."
Terug naar mijn jeugd
De Vries vond het fijnst van therapie om te merken 'dat ik blijkbaar de moeite waard was om twee keer per week een uur naar te luisteren'. Wel voelde ze zich schuldig dat haar therapie vergoed werd, terwijl mensen met moeilijke psychische problemen soms niet de juiste hulp krijgen. "Eigenlijk had ik niets: ik was vijfentwintig en wist niet wat ik wilde; dat is een welvaartsziekte."
Ze werd wel eens moe van het graven in zichzelf. "Ik moest altijd terug naar mijn vroege jeugd, die heel belangrijk is in psychoanalyse. Terwijl ik meer met vandaag de dag bezig wilde zijn: met de ruzies met mijn vriend, of mijn werk." Als ze terugkijkt, heeft ze een ambivalent gevoel: "Ik vond het heel fijn, ik ben me echt beter en sterker gaan voelen aan het eind van de therapie. Maar ik ben er nooit helemaal achtergekomen of dat kwam door alle gesprekken met mijn therapeut of dat ik na drie jaar gewoon volwassener was geworden. Ik heb soms het idee dat ik tijd en belastinggeld heb zitten verdoen."
Dat heeft Zonderop niet. "Zonder psychoanalyse had ik nog totaal met mezelf overhoop gelegen, met alle gevolgen van dien voor mijn werk en gezin. Ik heb nu vrede met mijn tekortkomingen en kan tegen een stootje. Omdat ik mezelf wil blijven analyseren en wil voorkomen dat ik terugval in het oude, fiets ik vaak in mijn eentje in de buitenlucht. Ik geloof dat iedereen om de zoveel tijd een apk'tje nodig heeft."
Merel de Vries en Herman Zonderop wilden niet met hun echte namen in de krant, omdat zij niet willen dat collega's en kennissen weten dat zij jarenlang in analyse zaten. De Vries vindt het jammer dat ze er niet onder haar eigen naam open over durft te zijn: "Dat laat zien dat er nog steeds een taboe op zit." De echte namen van Zonderop en De Vries zijn bij de redactie bekend.
Kijk voor de activiteiten dit jubileumjaar op www.100jaarpsychoanalyse.nl