Een aanslag in Brussel is erger dan in Ivoorkust, of toch niet?

Een soldaat op het strand in Ivoorkust, na de aanslag op een resort op 13 maart. Beeld Afp
Een soldaat op het strand in Ivoorkust, na de aanslag op een resort op 13 maart.Beeld Afp

Laat ik duidelijk zijn, wat in Brussel is gebeurd is vreselijk, daarover geen misverstand", zegt Kamerlid Tunahan Kuzu. "Maar er zijn ook aanslagen in Syrië, in Pakistan en in Turkije en die komen nauwelijks in het nieuws, of alleen op pagina negen van de krant."

Leonie Breebaart

"Dat begrijp ik niet en heel veel Nederlanders begrijpen dat ook niet." De ex-PvdA-parlementariër, die nu met medestander Selçuk Öztürk een fractie vormt in de Tweede Kamer, verwoordt een gevoel dat breder leeft.

Is er geen al te groot verschil tussen de aandacht voor aanslagen in Londen, Parijs of Brussel en die in Ankara of Lahore? Spreekt het echt vanzelf dat wat dichterbij is, meer aandacht krijgt? Zeker niet voor iedereen. De regionale krant Tubantia citeerde vorige week de 35-jarige Turkse Nederlander Deniz Karagaac, die er nog vóór de aanslagen in Brussel net zo over dacht als Kuzu. "Ik snap heel goed alle aandacht die we voor de aanslagen in Parijs hebben gehad, maar ik snap niet waarom een aanslag met zoveel doden in Ankara niet eens de voorpagina van sommige kranten haalt. Terwijl er toch heel wat meer Turkse Nederlanders dan Fransen in dit land wonen."

In Turkije zelf viel na 'Parijs' ook het verwijt van hypocrisie. Columnist Ahmet Hakan klaagde in zijn krant Hürriyet dat de zelfmoordaanslag van IS in het stadje Suruc (33 doden) en terroristische aanslagen in Ankara in het Westen werden opgevat als incidenten. "Er werd voor ons niet eens één kaarsje gebrand."

Worsteling
Maar hoe terecht is eigenlijk het verwijt van hypocrisie? Is het echt zo erg dat Nederlanders sterker meeleven met de slachtoffers in Brussel dan met die in pakweg het Nigeriaanse Maiduguri, waar vorige week 22 gelovigen in een moskee het leven lieten?

Rutger Claassen, hoofddocent ethiek en politieke filosofie in Utrecht, vindt 'hypocrisie' te zwaar geschut. "In andere delen van de wereld reageren mensen net zo: wat dichtbij is, doet je meer. Dat is een heel gewone reactie. Toch is dit wel een lastig punt. Geografisch is de afstand van Amsterdam naar Brussel inderdaad niet zo ver weg, als je het meet in kilometers, of in reistijd. Maar onze gevoelens van loyaliteit houden zich lang niet altijd aan die geografische grenzen, die lopen daar voortdurend overheen. Als je nichtje in Nigeria woont, doet die aanslag daar je natuurlijk meer. En die laatste grote aanslag in Ankara, daar kun je eigenlijk niet over zwijgen, daar moet je iets mee. Wat Rutte in zijn laatste toespraak ook deed."

Spanning niet nieuw
Die spanning tussen loyaliteiten is volgens Claassen niet nieuw. "Het probleem is al veel ouder, alleen zag het er anders uit. Denk maar aan de socialisten en communisten, dat was een transnationale beweging. Arbeiders in Nederland voelden zich bijvoorbeeld loyaal met de arbeiders in Moskou of in Peru - althans dat zouden de socialistische leiders graag willen. Ook dat leidde tot conflicten die niet zomaar oplosbaar zijn, conflicten tussen nationale trouw en loyaliteit met 'buitenlanders'."

"Het zou best kunnen dat het conflict in Nederland is toegenomen. De gastarbeiders van vroeger dachten misschien nog naar hun land van herkomst terug te keren en waren daardoor minder gevoelig voor de vraag of Nederland hun gevoelens recht deed."

"Daar komt nog bij dat hun kinderen nu hier zijn opgeleid en dus net assertief zo zijn geworden als Nederlanders. Ze horen helemaal bij Nederland, maar ze voelen zich ook verbonden met hun afkomst - misschien ook met familie in Turkije, en straks misschien in toenemende mate in Syrië. Het lijkt me vooral belangrijk om dat conflict te laten zien - in de krant, in de media. Dan voelen mensen zich herkend."

"Je kunt natuurlijk zeggen dat nieuwe Nederlanders hun oude 'cultuur' moeten afleggen, maar het is veel meer een kwestie van een verleden dat ze niet willen verloochenen. Nederlanders hebben dat ook, die hechten ook aan hun geschiedenis: stambomen, familiegeschiedenissen zijn enorm populair. Die gevoelens van trouw aan hun achtergrond ervaren allochtonen ook, alleen stamt hun verleden uit een andere cultuur en daar gaan de dingen soms anders. Tegelijk ligt hun toekomst in Nederland. Ik zie studenten daar wel mee worstelen. Want je kunt eigenlijk niet kiezen. Je wilt opgaan in de Nederlandse cultuur, maar zonder je afkomst te verloochenen."

Minuut stilte
Toch ervaart niet iedereen een conflict van loyaliteiten. Volgens Tunahan Kuzu - geboren in Turkije, opgegroeid in Nederland - is het woord loyaliteit hier niet op zijn plaats. Hij spreek liever van solidariteit. Volgens Kuzu moet solidariteit met slachtoffers van andere aanslagen net zo groot zijn als die met Belgen of Fransen. Als parlementariër heeft hij dat geluid ook laten horen in de Kamer. Vorige week vroeg hij voorafgaand aan een vluchtelingendebat om een minuut stilte voor de slachtoffers van de aanslag in Ankara. Die kreeg hij niet, omdat hij niet zoals gebruikelijk voor de vergadering een aanvraag had ingediend, maar Kuzu liet zich niet ontmoedigen en nam de minuut stilte op in zijn eigen spreektijd.

Daarbij vroeg hij niet alleen aandacht voor de gevoelens van Turkse Nederlanders, verduidelijkt hij aan de telefoon, al suggereerde hij dat wel in zijn verzoek. "Het ging mij helemaal niet alleen om Ankara. Ik vroeg aandacht voor ál die andere slachtoffers van aanslagen, in Pakistan, Syrië, Nigeria, overal."

Het probleem, wil Kuzu maar zeggen, is veel breder dan dat van de Turkse gemeenschap. Die gevoelens van solidariteit met slachtoffers over de hele wereld, ziet hij niet alleen bij Turkse Nederlanders, maar ook bij Marokkaanse en zelfs bij mensen met een 'oer-Hollandse achtergrond'. "Solidariteit is grenzeloos. Mensen zijn overal hetzelfde."

Krijttekeningen op het Beursplein in Brussel. Beeld anp
Krijttekeningen op het Beursplein in Brussel.Beeld anp

Onschuldige burgers
Is dat niet een erg abstract idee? "Niet meer", meent Kuzu. "Door internet is de wereld kleiner geworden. De informatie stroomt veel sneller dan vroeger van de ene plek aan de andere, van Lahore naar Londen, van Ankara naar Amsterdam en terug. En dat heeft gevolgen. Veel mensen in deze samenleving vinden het écht even erg als er onschuldige burgers in Pakistan worden opgeblazen. Dat doet hen evenveel als dertig doden in Brussel."

Natuurlijk begrijpt Kuzu wel dat de kranten niet aan alles evenveel aandacht kúnnen besteden, maar het stoort hem toch dat Nederlanders kennelijk pas kunnen meeleven met de ellende van anderen als die ellende zich manifesteert op Europese bodem.

"Een paar weken was er in de Kamer een vluchtelingendebat. Premier Rutte zei toen dat de ernst van het vluchtelingenprobleem zich pas aandient als de vluchtelingen voor de grens van Slovenië staan - binnen Europa dus. Dat er in Turkije misschien ook een probleem is, kan te weinig mensen écht iets schelen. En dat zie je nu met die nieuwe aanslagen weer. In de media en in het parlement krijg je toch de indruk dat het ene slachtoffer erger is dan het andere."

Maar zo werkt het toch gewoon? Er blijft toch een spanning tussen het idee van solidariteit en het gevoel dat je hebt met mensen die je kent? "Dit begint een vervelend gesprek te worden", zegt Kuzu. "Zo werkt het helemaal niet. We moeten solidair zijn met alle slachtoffers van terreur, en veel mensen zijn dat ook. Maar in de media zie je dat niet terug en in het parlement ook niet. Met bepaalde loyaliteiten van mij heeft dat niet te maken. We moeten gemeenschappelijk strijden tegen terreur, tegen álle terreur, waar die ook plaatsvindt."

Een soldaat met een bazooka in Ivoorkust. Beeld Afp
Een soldaat met een bazooka in Ivoorkust.Beeld Afp

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden