Directeur Haga: Deze rechtszaak gaat over de tweedeling in de maatschappij
Met een kort geding probeert het Cornelius Haga Lyceum de publicatie van een kritisch rapport van de onderwijsinspectie tegen te houden. Een opmerkelijke strategie, nu de school zo onder vuur ligt.
Het zit de advocaat van de onderwijsinspectie niet lekker. Waarom zet Söner Atasoy de deuren wel open voor journalisten om zijn gal te spuwen over de inhoud van een nog niet verschenen rapport, terwijl hij er tegelijk alles aan doet om de publicatie ervan te voorkomen?
Een onnavolgbare aanpak, vindt advocaat Jannetje Bootsma. Niet alleen brengt de directeur van het Cornelius Haga Lyceum op die manier zelf de oordelen van de inspectie naar buiten, maar onderstreept hij hun zorgen bovendien. In plaats van te beloven om gesignaleerde risico’s en misstanden aan te pakken, slijpt Atasoy de juridische messen.
Verontwaardiging
De verhoudingen staan op scherp, bleek vandaag tijdens het kort geding waarbij de directeur van de omstreden islamitische middelbare school in Amsterdam en de onderwijsinspectie tegenover elkaar stonden. Leraren, ouders en leerlingen van het Haga waren in groten getale uitgerukt om de zitting bij te wonen. Geregeld klonk er een golf van verontwaardiging door de zaal. De school is verbolgen over een kritisch rapport waarin de inspectie het bestuur onder meer beticht van financieel wanbeheer, ontoereikend burgerschapsonderwijs en ‘flirten met omstreden contacten’. Atasoy wil dat de inspectie het rapport intrekt, want de conclusies zijn volgens hem onrechtmatig.
Dat Atasoy graag de confrontatie opzoekt, is inmiddels bekend. Toch is de rechtsgang opmerkelijk, aangezien er in het rapport – naast kritiek – ook genoeg positieve conclusies staan. Zo blijkt er geen sprake van ‘ondemocratische tendensen’, zoals de AIVD eerder waarschuwde. De inspectie constateert dat de school niet aanzet tot onverdraagzaamheid en de integratie in de samenleving niet belemmert. Ook heeft de inspectie geen aanwijzingen gevonden dat een deel van de lessen een salafistisch karakter heeft.
Maar in plaats van die conclusies te omarmen en aan de kritiekpunten te werken, wil Atasoy de hele publicatie blokkeren. Er staan te veel onjuistheden in, vindt hij, en de inspectie geeft ‘oordelen die niet op de wet gebaseerd kunnen worden’. Al sinds de eerste plannen voor de oprichting van het Cornelius Haga Lyceum (dat opende in 2017) werkt de overheid hem naar eigen zeggen tegen.
Sommige delen in het rapport rieken zelfs naar discriminatie, zegt zijn advocaat Wouter Pors. Zo stelt de inspectie dat er ‘vanwege de achtergrond van de leerlingenpopulatie verdergaande eisen aan het burgerschapsonderwijs moeten worden gesteld’. Maar dat staat nergens in de wet.
In die context wordt de uitspraak die op 11 juli volgt hoe dan ook gevoelig, zegt Atasoy. “Als we gelijk krijgen, staan veel overheden in hun hemdje. En als de inspectie gelijk krijgt, zullen de duizenden mensen die achter ons staan dit niet begrijpen. Dit gaat allang niet meer alleen om een rechtszaak, maar om iets groters: de tweedeling in de maatschappij.”
Lees ook:
De Kamer is gefrustreerd over ongrijpbaar Haga Lyceum
De onderwijsinspectie voelde zich op de school bedreigd. Maar maatregelen bleven vervolgens uit, bleek eerder uit het Kamerdebat over het Cornelius Haga Lyceum.