Reportage
De straat op voor Europa en tegen populisme
Burgerbeweging Pulse of Europe wil laten zien dat veel mensen de EU juist wel zien zitten.
Behalve hun liefde voor Europa, is een stevig doorzettingsvermogen misschien wel het belangrijkste wat hen bindt. Een zeskoppig gezelschap zit om een tafel in Amsterdam. De groep is divers – een Duitser, een Italiaan en vier Nederlanders – maar allen zijn ze hoogopgeleid.
Sinds twee maanden komt de groep twee keer per week samen. Een keer om voorbereidingen te treffen: acties bedenken, borden schilderen en taken verdelen. De tweede keer op het moment waar het om draait: het Pulse of Europe-protest dat ze iedere zondag organiseren op het Museumplein.
“We moeten wel”, zegt Silvester Draaijer (50), onderzoeker aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Want ondanks de nederlaag van Marine Le Pen afgelopen zondag in Frankrijk, is het oprukkende populisme in Europa volgens hem nog ‘verdomde eng’.
De wortels van Pulse of Europe liggen in Duitsland. Moe van nationalistische anti-Europese geluiden, riep advocaat Daniel Röder mensen begin dit jaar op te laten zien dat een grote, tot dan toe zwijgende groep juist vóór Europa is.
Sinds februari trekken iedere zondag duizenden Duitsers in verschillende steden de straat op om met EU-vlaggen hun steun te betuigen aan de Europese samenwerking.
De beweging is nu ook over de grens actief. Inmiddels zijn er bijeenkomsten in onder andere Wenen, Rome, Kiev en Madrid. In Nederland vond de eerste bijeenkomst plaats in Amsterdam. Later volgden Maastricht, Groningen en afgelopen weekend ook Eindhoven.
Onafhankelijke burgerbeweging
In iedere stad zorgt een groep vrijwilligers voor bekendheid, ballonnen en protestborden. Voor de bekostiging kunnen ze aankloppen bij de centrale organisatie in Duitsland, die een rekening heeft geopend voor donaties. Steun van de EU of politieke partijen slaan ze af, want ‘Pulse of Europe’ wil een onafhankelijke burgerbeweging zijn.
Het zestal in Amsterdam maakt zich zorgen. “Het is echt reëel om te vrezen dat Europa ophoudt te bestaan”, benadrukt Edda Simon (29). “De Brexit is al een feit. In de toekomst Nexit, Frexit? Ik wil me niet voorstellen hoe dat is.”
Dus blijft de groep demonstreren, al kunnen hun protesten de Duitse omvang nog niet evenaren. De zondag voor de Nederlandse verkiezingen kwamen in Berlijn 5500 mensen samen om Nederlanders te overtuigen om pro-Europa te stemmen. In Amsterdam waren het er 200.
Toch is de groep optimistisch: ze zijn ervan overtuigd dat een meerderheid van de Nederlanders wel degelijk achter de EU staat. Zij moeten worden aangespoord te discussiëren.
Impopulariteit van Europa komt voort uit problemen die er spelen, stellen de organisatoren. Denk aan de vluchtelingencrisis en hoge werkloosheid. Maar niet uit afkeer van Europese samenwerking op zich.
Draaijer heeft er een hekel aan als mensen klagen over ‘Brussel’. “De EU, dat zijn wij. Als het slecht gaat, is dat omdat Europese leiders en burgers het laten afweten. Wij dus.”
Hoe de ideale EU eruitziet, daar zijn de zes het onderling niet over eens. Dat hoeft ook niet, vinden ze. Ze strijden voor Europese samenwerking. Over de vorm mag volop worden gediscussieerd. Want Europa is ‘nog helemaal niet perfect’. Maar opheffen is nooit een optie.
“Wil je een discussie voeren over het uitsluiten van vluchtelingen? Prima”, stelt de Italiaan Andrea Saporiti (32). “Maar wel over uitsluiten uit Europa. Niet uit Nederland, niet uit Italië. Deze problemen los je niet op nationaal niveau op.”