De man en zijn hout

De Noorse schrijver Lars Mytting schreef een boek over hout. In Scandinavië verkocht alleen 'Fifty Shades of Grey' de afgelopen jaren beter, maar Mytting gelooft dat ook minder beboste landen wat uit zijn boek kunnen halen.

TEKST JORIS BELGERS

Lars Mytting kan zich de dag dat hij voor het eerst haardhout kloofde nog levendig herinneren. De auteur zal zes jaar oud zijn geweest, het was aan het begin van de zomer, het was mooi weer, in Noorwegen. Ze hadden een spar geveld, de kleine Mytting ging met een gele boogzaag door de in zijn kinderogen enorme stam heen, steunend op de zaagbok. Er spatte veel sap uit de spar. En veertig jaar later kleven die opgedroogde spetters nog altijd aan die boogzaag, die in het schuurtje van de Noorse schrijver staat, in het plaatsje Elverum.

Want inderdaad, zo lezen we in zijn 'De Man en het Hout' (Noors: 'Hel Ved'): goed gereedschap moet een leven lang mee kunnen. En goed gereedschap is onontbeerlijk voor de Scandinaviër, voor wie de omgang met hout al sinds het begin der tijden onlosmakelijk vervlochten zit in de volksaard. Het waarom is simpel. Zonder stapel hout voor de deur ga je dood in Noorwegen bij temperaturen van -30 °C. En, nog zo'n Noorse wijsheid waar Mytting zijn boek mee begint: winter komt altijd terug.

Dat boek van Lars Mytting is in Scandinavië een fenomeen. Sinds het in 2011 verscheen, zijn er meer dan 200.000 exemplaren van verkocht en nog eens 100.000 in Zweden. Op een inwonertal van vijf miljoen Noren is dat veel, Mytting moest alleen 'Fifty Shades of Grey' boven zich dulden. Ook in minder beboste landen is het een succes: in Engeland verkoopt het onverwacht goed (vertaald als, hoe kan het ook anders, 'Norwegian Wood'), ook verschenen onlangs Franse, Duitse en Nederlandse vertalingen.

Mytting beschrijft in zijn boek hoe hout hitte wordt: de hele keten, van bos via gereedschap tot kachel, komt voorbij. Daarbij portretteerde hij enkele houtgekken en hun houtstapels, teder opgetekend, zonder een spatje ironie. Wel staat het vol luchtige anekdotes: zoals die over de kleurrijke kettingzaagimporteur John 'Motorzaag' Svensson, die een kritische bespreking over een van zijn zagen niet pikte, en op de redactie woedend het bureau van de journalist in kwestie doormidden kwam zagen.

Tussen de regels door is het een cultuurschets van de Scandinavische man. "En het verslag van mijn eigen ontwaken als houtnerd. Langzaam ben ik dezelfde gekte gaan delen als de mensen die ik met hun houtstapel heb geportretteerd", vertelt de 47-jarige Mytting tijdens een bezoek aan Amsterdam. De vriendelijke Noor komt beslist niet over als macho outdoorman - afgezien van de praktische wandelschoenen en zijn roodgeruite overhemd. Mytting was ooit journalist, later redacteur non-fictie bij een uitgeverij, en uiteindelijk vastgelopen als romancier.

Zijn debuutroman 'Hestekrefter' in 2006 werd een succes. Goed besproken, goed verkocht. Hij stopte bij de uitgeverij, en verruilde Oslo voor het platteland, samen met zijn vrouw, twee kinderen en kat. Om zich daar volledig op het schrijverschap te storten. Alleen flopte in 2010 zijn tweede roman, 'Vårofferet', behoorlijk. Van één bestseller kun je niet leven, zeker niet in Noorwegen. Een vriend die bij een uitgever werkte, had misschien iets leuks voor hem, zoals er wel vaker leuke ideetjes uit vergaderingen op uitgeverijen komen rollen. Wat nou als je eens wat houtstapels gaat fotograferen? En dan wat stugge Noren in houthakkersoverhemden ervoor. Met wat luchtige bijschriften. Zo'n leuk cadeauboek. Echt wat voor Mytting, dachten ze: zijn beide romans waren geschreven met oog voor ruraal detail, over een eenzame man die zijn bestaan bedreigd ziet door de moderne wereld.

"Ook al was ik berooid, dat leek me niks. Zo'n fotoboek, vanuit stadse ogen neergekeken op de plattelandsman." Maar het maakte wel iets in hem wakker. De fascinatie voor de man en het hout.

Een van die mannen was zijn bejaarde buurman Ottar. Pas naar het platteland verhuisd, verbaasde Mytting zich erover dat Ottar al in april begon met het aanleggen van de houtstapel. "Hij kwakkelde met zijn gezondheid, die groeiende houtstapel was zijn manier om zijn lichaam te vertellen dat hij nog een winter wilde overleven. Als je er met zo'n microlens naar kijkt, met, toegegeven, een lichtelijk obsessieve blik voor detail, vind je prachtige, menselijke verhalen die schuilgaan achter het waarom van een houtstapel. Of waarom zo'n bijl zo'n steel heeft." Misschien zat er dus toch wel een boek in.

undefined

Leunstoelhouthakker

Dat hij daarmee een snaar raakte in Noorwegen, waar een kwart van de huizen door houtkachels wordt verwarmd, is begrijpelijk. Maar Mytting denkt dat ook in minder beboste landen mensen iets uit zijn boek kunnen halen. "Je kunt het lezen als een verslag uit een koud land, over het romantische ideaal van zelfvoorziening, in je hutje in het bos, omringd door huilende wolven. Speciaal voor de leunstoelhouthakker, zoals ik dat noem", grinnikt Mytting. Maar belangrijker vindt hij zelf de relevantie van hout als brandstof in onze moderne samenleving, en de daarmee samenhangende luchtvervuiling.

"Noorwegen is een uitgestrekt en dunbevolkt land. Het is erg inefficiënt om koude pieken van min 35 °C op te vangen met het gasnet. Het is er dus geaccepteerd en efficiënter om dat met zelfgestookte warmte op te vangen. Maar ook binnen een stedelijke omgeving past hout als brandstof prima bij de groene revolutie. Je kunt een boom beter verbranden dan weg te laten rotten: die CO2 die bij verbranding vrijkomt, komt ook vrij bij het rottingsproces."

Hij erkent direct dat een houtkacheltje niet altijd goed is voor het milieu, maar dat komt vaak doordat mensen niet op de juiste wijze stoken, niet alle gassen verbranden, en er vervuilende rook via de schoorsteen ontsnapt. Rook vergelijkt hij met benzine die uit een automotor lekt. "Als je slim stookt, worden nagenoeg alle vervuilende gassen omgezet in warmte." Hardop fantaseert hij over zelfvoorzienende appartementenblokken, met een gesloten systeem gestookt op hout, waar bijvoorbeeld de conciërge de houtvoorraad op peil houdt, met hout van het kleine bosje om de hoek. "Daar is veel minder bos voor nodig dan mensen vaak denken. Het verwarmen van een kwart van de Noorse huishoudens kost 12 procent van de jaarlijkse aanwas."

En die aantrekkingskracht van bijl en hakblok? "Het geeft een enorme bevrediging om jezelf op die manier van warmte te kunnen voorzien. Zeker voor de moderne mens kan het heilzaam zijn om buiten je kantoorbaan, waar de resultaten vaak abstract blijven, iets te doen wat tastbaar is: het hakken van hout. Uit mijn eigen, zeer onwetenschappelijke, onderzoek komt naar voren dat die bevrediging groeit als je een familie hebt die je van warmte kunt voorzien."

Natuurlijk kunnen vrouwen ook houthakken hoor, zegt hij snel. Dit boek is absoluut niet bedoeld als self-help voor de zoekende machoman. "Sterker: in het verre verleden was de vrouw verantwoordelijk voor het brandhout. Ook staat hout voor verbinding met andere mensen. Vandaar de Noorse zegswijze 'god, heb medelijden met de man die alleen hout voor zichzelf verzamelt'."

undefined

De kwestie die Noorwegen splijt

Vraag eens in Oslo aan een willekeurige voorbijganger hoe hij zijn hout stapelt. Goede kans dat je een half uur later nog in gesprek bent. Vooral de kwestie of je met de bast naar beneden of naar boven stapelt verdeelt de Noorse samenleving al generatie op generatie, zegt Mytting. Tijdens de research voor zijn boek kwam hij een polemiek hierover tegen in een lokale krant van zestig lezersbrieven lang. "Het komt oorspronkelijk door de twee verschillende klimaten van Noorwegen: de kust en de binnenlanden. Aan de kust regent het veel, als je gekloofd hout met de bast omhoog bewaart, stoot dat water af. Maar intuïtief zou je denken dat houtblokken sneller drogen als je ze met bast naar beneden bewaart. Dat is niet waar, want hout droogt veel sneller aan de uiteinden. Het is wel weer zo dat je stabieler kunt stapelen met de bast naar beneden, maar dat zou weer zorgen voor een verminderde luchtcirculatie in de houtstapel waardoor de blokken weer minder goed drogen. Echt: veel Noorse bruiloften worden verpest doordat de twee schoonvaders het hierover niet eens kunnen worden. Zelf stapel ik trouwens met de bast naar beneden."

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden