De januskop van de economie
Het economisch herstel heeft twee gezichten. De investeringen gaan weer groeien volgend jaar. Maar ook de werkloosheid. De consumptie blijft nog krimpen. Terwijl de koopkracht voor het eerst in jaren stijgt.
Het Centraal Planbureau publiceerde de nieuwste ramingen voor de Nederlandse economie gisteren neutraal, zonder duidend commentaar. Maar in de reacties was de januskop van de economische toestand wel terug te vinden. "Bemoedigend", oordeelde minister Kamp van economische zaken. "De investeringen gaan met 4 procent groeien en dat is een trend die naar verwachting doorzet. Bemoedigend is ook dat we na vier jaar koopkrachtdaling nu voor het eerst weer een stijging van de koopkracht zien."
Ook minister van financiën Dijsselbloem toonde zich gematigd optimistisch. "De ramingen van het CPB passen in een rij van voorzichtig positieve vooruitzichten voor de Nederlandse economie", verwees hij naar de cijfers die De Nederlandsche Bank twee weken geleden publiceerde. "Het herstel is broos, maar over de brede linie van de economie zichtbaar. Dat is een opsteker om het nieuwe jaar mee in te gaan."
Iedereen krijgt gelijk
De bonden reageerden stukken zuiniger op de nieuwste cijfers van het planbureau. "Te veel mensen missen in 2014 de boot", meende de nieuwe CNV-voorzitter Maurice Limmen. "Het is goed dat er lichtpuntjes te zien zijn, maar het herstel moet voor iedereen zichtbaar zijn." De FNV relativeerde het koopkrachtcijfer. "Niet voor iedereen stijgt de koopkracht. Grote groepen zullen ook in 2014 er in koopkracht op achteruit gaan door de miljardenbezuinigingen", constateerde FNV-voorzitter Ton Heerts.
Het vervelende is: iedereen heeft gelijk. Het CPB blijft bij de eerdere voorspelling dat de economie volgend jaar met 0,5 procent gaat groeien. Niet veel, maar het is een plusje. "Mensen die nu al een tijdje aan de kant staan, mensen aan de onderkant, maar ook de mensen die in 2014 nog hun baan gaan verliezen, hebben niks aan een klein plusje", stelde CNV'er Limmen daarop. "Voor die mensen wordt 2014 misschien wel het zwaarste jaar van de crisis tot nu toe, bijvoorbeeld als ze in de WW komen of vanuit de WW in de bijstand."
De werkloosheid hobbelt altijd een tijdje achter de economische groei aan. Aangezien de groei nog maar heel matig is, valt dat in 2014 nog niet terug te zien in het werkloosheidscijfer. Dat loopt verder op van 6,75 procent dit jaar naar 7,5 procent in 2014, volgens de internationale definitie. Meer werklozen dus, niet alleen omdat de beroepsbevolking licht groeit volgend jaar. De werkgelegenheid zal voor het derde jaar op rij dalen.
Achilleshiel
Dat de koopkracht stijgt valt ook in de categorie 'lichtpuntjes'. Echter niet omdat werkgevers ruimte zien voor hogere lonen. De koopkrachtverbetering is een mix van minder inflatie en gedaalde lasten, zoals verlaging van de pensioenpremie voor ambtenaren en verlaging van de eerste schijf in de inkomstenbelasting. Niet iedereen profiteert, neem de zzp'ers. Daarom zal de consumptie nog niet gaan toenemen in 2014. Die blijft krimpen, met 0,75 procent.
De bestedingen van huishoudens zijn de grote achilleshiel van de economie sinds 2009. In veertig jaar tijd is de consumptie niet zo hard en zo lang gedaald als de afgelopen jaren. Dit jaar nog tekent het CPB een min van 2 procent op, een evenaring van het diepterecord sinds de jaren zeventig. De ingezakte huizenmarkt, de hoge hypotheekschulden, het lage consumentenvertrouwen en de zeer gematigde loonontwikkeling: gezamenlijk verklaren ze de diepe dip. De economie zal niet zomaar 180 graden ten positieve draaien. Een recessie die gepaard gaat met hoge schulden laat zich slechts heel langzaam weer omkeren in groei. Dat is een economische realiteit waar ook de zoeker naar lichtpunten niet omheen kan. Zoals de ministers Kamp en Dijsselbloem gisteren ook constateerden: "We zijn er nog niet".
Het herstel is broos, maar over de brede linie van de economie zichtbaar. Dat is een opsteker om het nieuwe jaar mee in te gaanJeroen Dijsselbloem
Investeringen
Terwijl de economie in de jaren zeventig gestaag groeide dankzij hogere overheidsbestedingen en meer uitgaven van consumenten, vertoonden de investeringen van bedrijven een wisselvallig beeld. De winstgevendheid van bedrijven stond zwaar onder druk, waardoor uitgaven aan nieuwe machines en productielijnen achterbleven. Belangrijk doel van het loonmatigingsakkoord, in 1982 gesloten, was om ondernemingen weer ruimte te geven te investeren. Vanaf 1983 zat er schot in. Nu is de winstgevendheid van bedrijven veel beter in orde, maar zijn de investeringen laag omdat de vraag van consumenten is ingezakt.
Werkloosheid
Begin jaren zeventig kende Nederland nagenoeg volledige werkgelegenheid. De werkloosheid was bijzonder laag. Mede daardoor ontstond flinke opwaartse druk op de lonen. Eind jaren zeventig liep de werkloosheid gestaag op naar een piek van 8,3 procent in 1983. Daarna zakte die, maar niet erg snel. Pas rond de eeuwwisseling kwam die in de buurt van de 4 procent, om in 2002 op het laagste punt in lange tijd te belanden: 2,5 procent. Toen ontstond dan ook de discussie over toekomstige krapte op de arbeidsmarkt. Dat probleem is inmiddels vooruitgeschoven.
Consumptie
De bestedingen van huishoudens beleven sinds 2009 een ongekend lange dip. In het verleden waren er ook dalen, zoals in de begin jaren tachtig, maar de uitgaven herstelden zich toen sneller. Het was het einde van een lange periode van zeer hoge loonstijgingen en hoge inflatie. De salarissen, gekoppeld aan de prijsstijgingen, stegen in de jaren zeventig met percentages van tussen de 5 en 14 procent per jaar. In 1982, toen het akkoord van Wassenaar over loonmatiging werd gesloten, was de loonstijging nog 7,3 procent. Pas in 1984 zakte die naar praktisch nul.
Bbp
Het bruto binnenlands product ging in 2009 met een klap naar beneden. Zo hard was het sinds de Tweede Wereldoorlog niet gegaan. Toch kwam die achteruitgang op dat moment minder hard aan dan de krimp begin jaren tachtig, omdat het welvaartsniveau inmiddels veel hoger lag. De jaren daarvoor, vooral 2006 en 2007 waren nog goed voor prachtige groeicijfers. En ook eind jaren negentig groeide de Nederlandse economie hard. De hoge prijsstijgingen op de woningmarkt dreven de economie aan. Een deel van de uitdijende hypotheekschuld werd namelijk gespendeerd aan zaken als auto's en keukens.