De Bergrede van Luyendijk: 'Bankier, zonder moraal gaat het niet'
Dat ze 'graaiers' zijn, dat voelen veel bankiers niet. Joris Luyendijk sprak de bankiers vanavond toe in zijn Bergrede. Volgens Luyendijk hebben we dringend betere wetten nodig. En moraal. Om in te zien dat iets wel mag en toch niet deugt.
'Waarom ik ben gestopt? Ik was als dokter Faust, verkocht mijn ziel voor aardse rijkdommen. In ruil daarvoor eiste de duivel mijn morele failliet. Heel lang kon ik daarmee leven. Tot ik me voorstelde hoe mijn zoon of dochter me zou vragen: papa, wat doe jij voor werk? Wat moest ik dan zeggen? 'Nou lieverd, papa belazert andere mensen.'"
Dit komt van een man, midden 30, die ruim tien jaar bij een prestigieuze bank in Londen had gewerkt. Hij bouwde en verkocht financiële producten die hij zó complex maakte dat de kopers ervan niet begrepen dat ze ze niet begrepen. De structurer (zo heet een bankier die zulk werk doet) verdiende per jaar zo'n miljoen euro. Hij had het zoveel mogelijk gespaard en nooit dure auto's gekocht of zo. Nu hoefde hij nooit meer te werken. Het stoïcisme trok hem zeer aan. "Hoeveel spullen je ook hebt, je zult er altijd aan wennen en meer willen. Dus is het veel slimmer je voor te stellen dat je minder hebt. Vanmorgen bedacht ik me onder de douche hoe mijn leven eruit zou zien zonder stromend water. Dat is de realiteit voor vijf miljard mensen op aarde. Ik genoot opeens intens van mijn douche, vervuld van dankbaarheid."
Wat zou Jezus, de man van de Bergrede, zeggen over deze contemplatieve, voor rede vatbare en hoog intelligente man die miljonair werd door mensen te belazeren? 'Vergeef hem want hij weet niet beter'? Maar deze structurer wist precies wat hij deed, en had er ook een doortimmerde rechtvaardiging voor: alles wat hij deed, viel binnen de wet. En als hij 't niet had gedaan, had iemand anders het wel gedaan.
'Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet'
Dat brengt me bij de zin die 'het hart van de Wet en de Profeten' uit Jezus' Bergrede vormt, populair geworden als 'wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet'. Wat kunnen bankiers, maar ook schooldirecteuren, verzekeraars, ambtenaren, professoren, journalisten en politici - burgers en consumenten - twee millennia later met dit voorschrift?
Dat vroeg ik de bankiers om de City telkens: jullie behandelen je klanten en de belastingbetaler absoluut niet zoals jullie zelf behandeld zouden willen worden. Hoe kun jij dan met jezelf leven? Ik sprak tweehonderd bankiers. De meesten waren zich oprecht van geen kwaad bewust. "Ik ben een redelijk, keihard werkend en fatsoenlijk mens. Net als mijn collega's, op een paar rotte appels na. Hoe kan onze organisatie dan onredelijk en fatsoenlijk zijn?"
Ze benadrukten hoe gigantisch divers de megabank van nu is. Dat was hun eerste verdediging: it wasn't me. De banken mogen dan schandaal na schandaal meemaken, de overgrote meerderheid van de werknemers heeft daar geen directe betrokkenheid bij.
Meedogenloos
Oké, ging ik dan verder, maar je werkt bij een bank die zonder massale staatssteun niet meer had bestaan. Burgers met een fractie van jouw inkomen hebben via hun belasting jouw bank 'gered' of, als dat niet gebeurd is, dan zijn er miljarden naar je bank gevloeid: noodmaatregelen waarmee banken lange tijd in feite gratis geld konden lenen, enorme subsidies om de huizenmarkt in de lucht te houden, de rente op het laagste punt in de geschiedenis terwijl we nog altijd iedere maand historisch ongekende hoeveelheden nieuw geld bijdrukken...
Meedogenloos gaan banken om met ondernemers of consumenten die in zwaar weer raken, ging ik verder. Maar toen jullie in 2008 zelf in zwaar weer kwamen, werden jullie niet geliquideerd, jullie konden gewoon naar je medeburgers stappen met de boodschap: red ons of jullie gaan zelf ook ten onder. Miljoenen mensen in Europa met een besteedbaar inkomen van 300 euro in de maand bloeden nog steeds zodat jullie je baan behielden. En wat deden jullie daarna? Jullie zijn gewoon op de oude weg verder gegaan. Hoe kun jij daarmee leven?
Verschillende karaktertypen
Op dit punt aangekomen tekenden zich duidelijk verschillende karaktertypen af die samen goed laten zien waarom je weinig meer hebt aan de Bergrede. Je hebt allereerst de Masters of the Universe - denk aan oud-ABN'er Rijkman Groenink of de huidige ING-baas Ralph Hamers. Figuren die glashard alles ontkennen, bagatelliseren of tegenspreken. Dan heb je de 'luchtbeltypes' die nooit hadden nagedacht over dit soort vragen, en dit zo wensten te houden. Ze kwamen niet verder dan zinnen als: "Hadden huizenbezitters maar niet zoveel moeten lenen", of: "Toen de huizenprijzen nog stegen hoorde ik politici nooit klagen."
Twee andere types zijn het interessantst in het licht van de Bergrede. Allereerst zijn daar de neutralen. Deze zagen het morele dilemma, en zeiden: "Ja, mijn bank is gered door de belastingbetaler. Nu krijg ik een vette bonus. Dat is absurd... Maar wat zou jij doen?"
Een bankier bij een geredde bank die zichzelf omschreef als 'behoorlijk links' adviseerde pensioenfondsen over de economie en had het jaar ervoor een miljoen bonus gekregen. Ik vroeg hem of hij vond dat hij dat miljoen nu verdiende in beide betekenissen van het woord (earn, 'beuren' en deserve, 'recht hebben op'). Hij keek even voor zich uit, nam een slok bier en zei: "Verdienen jij en ik het om te zijn geboren in de westerse wereld?"
Neutralen konden prachtig vertellen over wat er scheef zit, en vervolgens legden ze uit hoe ze hier vrede mee hadden gesloten. Ze zeiden: "Ik doe mijn stinkende best en geniet van mijn werk. Ik overtreed zelf geen regels, en maak zelfs geen misbruik van ze wanneer dit binnen de wet zou kunnen. Ik hoef me nergens voor te schamen en dat doe ik ook niet."
Individuele machteloosheid
Het dilemma gaat dieper dan nuchter beargumenteerde individuele machteloosheid. In de tijd dat de Bijbel ontstond, hadden mensen eenvoudige beroepen. Wat ze maakten, verkochten ze direct aan de eindgebruiker. Nu zijn ze radertjes geworden in uurwerken die weer radertjes vormen in grotere uurwerken. Een advocaat die in 2008 werkte voor een bank die failliet ging aan precies de financiële producten waarvoor hij met de collega's van zijn kantoor de juridische onderbouwing leverde, vertelde: "Wisten wij veel. Iedere dag lag er een enorme stapel documenten te wachten. Ik richtte mij daarbij op één juridisch deelaspect, mijn specialiteit. Ik moest zorgen dat het klopte. Het werd enorm goed betaald, jazeker, alle advocatenkantoren deden zulk werk en als juristen wisten we dat het legaal in de haak was. En dat is mijn punt: wij zijn geen economen. Hoe had ik kunnen beoordelen dat die financiële producten zouden ontploffen?"
Hoe kun je nog weten wat jij een ander precies aandoet wanneer jouw werk zó gespecialiseerd is? En ook die ander is problematisch geworden. Vaak is zelfs volstrekt onduidelijk wie die ander uiteindelijk is. Ik vroeg een professioneel belegger in koffie: denk je wel eens na over de gevolgen van jouw beslissingen voor al die koffieboertjes in Azië, Afrika en Zuid-Amerika? Hij raakte ervan in de war. "Ik ben gewoon een getallenman", zei hij. "Ik doe de analyses, in mijn kantoor, met mijn collega's."
Let op wat je koopt
Er is nog een reden waarom de moraal van de Bergrede achterhaald is: de ideologie. Niemand belichaamde deze beter dan de structurer die miljoenen verdiende met legaal belazeren van sukkels. De term hier is caveat emptor: let op wat je koopt. Professionele spelers moeten zelf maar uitkijken. Ergens in de juridische bijsluiter staat wel wat echt in het product zat, maar ja, welke muppet bij een Nederlandse gemeente of kleine Duitse bank leest die bijsluiter nu? "Je hebt kleinere spelers die geen idee hebben", legde mijn structurer uit. "Waar ik na een tijd niet meer tegenkon was dat ik ze keihard voorloog." Zijn familie droeg premies af aan pensioenfondsen die hij te grazen nam. "Dan dacht ik: Wauw, daar gaat het geld van mijn ouders." En dus was hij uiteindelijk gestopt.
Deze mentaliteit kwam ik constant tegen in de City: Alles is geoorloofd, tenzij het wettelijk is verboden. Punt, einde discussie, hou op met je fatsoensrakkerij. Moraal als lifestyle-optie.
Deze mensen waren absoluut niet immoreel (dat zijn de wetsovertreders wel) maar, in hun eigen woorden: 'amoreel'. Ik noem ze koele kikkers. Geen monsters, vaak huldigen ze privé een strenge moraal en zijn ze zelfs diepgelovig. Kun je, vroeg ik dan, tegelijkertijd God en de Mammon dienen? Ja, dan kan best: een keurige burger kan, als hij als soldaat optreedt, toch ook mensen doden?
Als zij het niet doen, doet de concurrent het
Deze amoraliteit is de sleutel voor begrip van onze tijd. Als je amoreel bent kun je makkelijk 'neutraal' blijven en de andere kant op kijken wanneer collega's - binnen de wet - dingen doen waarvan ze absoluut niet zouden willen dat anderen die met hen deden. Bovendien: als zij het niet doen, doet de concurrent het en gaan we uiteindelijk failliet. ABNAmro mag volgens de regels de salarissen van de top verhogen. Tja, dat doen ze dan. Dan ontploft de samenleving, die vindt het immoreel. Vervolgens 'betreurt' de president van ABNAmro 'de commotie'. Ofwel: hij heeft geen moreel oordeel over het eigen handelen, maar betreurt slechts de reputatieschade. Dat is amoraliteit in volle glorie, en daarom zijn mensen zich in zulke organisaties van geen kwaad bewust.
Ik heb nog een laatste term nodig om deze mentaliteit en ideologie in te kleuren: shareholder value. Megabanken zijn genoteerd aan de beurs, en dus eigendom van de aandeelhouders. Deze eisen rendement, en als ze dat niet krijgen, verkopen ze de aandelen. Geen loyaliteit dus maar liquiditeit, en deze mentaliteit werkt door bij de top. Ook die zeggen: als ik elders meer kan verdienen, ben ik vertrokken.
In het Verenigd Koninkrijk, waar ontslagbescherming ontbreekt, gaat dit nog verder: iedereen kan iedere vijf minuten vertrokken zijn - ontslagen, of weggelokt door een concurrent met een hoger bod. De rest van Europa gaat ook deze kant op, let maar op hoe vaak je een pleidooi hoort voor verdere 'flexibilisering'.
Schaal en moraal gaan niet samen
Daarom denk ik dat de Bergrede achterhaald is: individuele morele verantwoordelijkheid verdampt in kolossale, complexe organisaties. Schaal en moraal gaan niet samen, zeker niet nu de moraal verbannen is naar de privésfeer. Niet voor niets is het hoogste compliment in de City iemand 'professioneel' noemen: die weet op z'n werk alle emoties en morele oordelen buiten beschouwing te laten.
Daarom zal een moreel appèl aan beursgenoteerde banken die zelf een amorele grondslag hebben, niets uitrichten of opleveren. Behalve veel vrome woorden, pr en een bankierseed - veelzeggend genoeg ingevoerd op 1 april.
Maar het wordt nog erger: in het jaar na publicatie van mijn boek over de amoraliteit van megabanken stroomden de brieven binnen van mensen bij beursgenoteerde multinationals; de farmaceutische industrie, olie-industrie, verzekeraars, een software gigant... Bij ons gaat het precies zo, schreven werknemers daar.
De shareholder value is ook bij de publieke omroep de hoogste norm geworden, al heet het kijkcijfers. Die moeten, heel amoreel, 'gehaald' worden en als dit betekent dat politieke talkshows vol zitten met clowns, nitwits en dwaallichten... Tja. Dat is niet langer de morele verantwoordelijkheid van de publieke omroepdirecteuren en toppresentatoren - die trouwens acht keer modaal eisen, want anders stappen ze over naar de commerciëlen. Zoals Stevo Akkerman schreef in Trouw: de City is overal.
'Gij zult niet moraliseren'
Het elfde gebod in Nederland luidt: 'Gij zult niet moraliseren'. Maar zonder moraal gaat het volgens mij niet, niet op de lange termijn. Moraliseren is een doorlopende conversatie over welke geboden wij als leidraad nemen. Daarom is de Bergrede juist actueler dan ooit. Want de neoliberale, amorele grondslag voor onze economie en samenleving werkt gewoon niet.
Ja, de wereld is veel te ingewikkeld om alle morele dilemma's met één richtsnoer te slechten. Ik zou niet weten hoe je vanuit het kleine Nederland ervoor kunt zorgen dat de moraal terugkomt in het handelen. Daarvoor moeten immers wetten worden herschreven, zodat mensen en bedrijven niet meer worden afgestraft wanneer ze moraal boven winst plaatsen.
Allemaal waar. Maar stel dat Nederlandse verzekeraars twintig jaar terug hadden gedacht: wij bieden klanten alleen dingen aan die we zelf ook zouden kopen. Dan was er geen woekerpolis verkocht.
Zulke organisaties stimuleren om het slechtste uit jezelf te halen. Dat vinden extrinsiek gemotiveerde mensen en andere Masters of the Universe prima: het levert geld en status op; eindelijk kunnen ze amoreel los gaan, mits ze maar bij de juridische afdeling hebben gecheckt dat het mag. Maar intrinsiek gemotiveerden, voor wie het werk zelf de beloning vormt en die houden van hun vak, lijden daar enorm onder. En laat nu net deze groep het echte vakwerk afleveren, niet om de bonus maar omdat ze a good job willen doen. Van hen sprak ik ook velen - dat is het goede nieuws uit de City. Zelfs daar overleven mensen die door meer worden gedreven dan de wil tot winnen.
Waarom pakken we die prikkels niet aan?
Laten we ophouden bedrijven als Shell neer te zetten als de grote vervuilers, of, na 2008, de bankiers als graaiers. Die framing heeft geen enkele zin: hoe kun je mensen nu aanspreken op de immorele uitkomsten van hun wettelijk geoorloofde, amorele gedrag?
Beter is het om de wetten te bekijken, de eigendomsstructuren van die organisaties en de prikkels die daar gelden, en ons afvragen: waarom pakken we die prikkels niet aan, in plaats van hen die ernaar handelen? Daar hebben we betere wetten voor nodig. En laten wij in het Westen nu net een democratisch systeem hebben, waar dat gewoon kan!
Het laatste woord is aan de structurer die een vermogen verdiende door aan sukkels producten te slijten die hij zelf in geen duizend jaar zou kopen. Had hij ooit overwogen zijn miljoenen weg te geven? Weet je, zei hij na even rustig nadenken. "Iedereen is hebzuchtig. Als jij een T-shirt koopt voor drie pond, denk je dan aan de stakker in Bangladesh die twaalf uur per dag werkt voor een shitsalaris?"
In de eerste wereld leven we met z'n allen ten koste van de andere vijf miljard, wilde hij maar zeggen. "Als ik moet teruggeven wat ik heb verdiend, dan moet iedereen dat. Hoe zei de Bijbel het ook alweer? 'Hij die zonder zonde is, werpe de eerste steen.'" Hij zuchtte: "Elke periode heeft zijn zondebokken. Vandaag zijn het de bankiers. Ik kan leven met dat stigma."
Dit is de bekorte 'Bergredelezing' die Joris Luyendijk dinsdag 2 februari hield in de Amersfoortse Bergkerk.
Joris Luyendijk (1971) is antropoloog. Hij schreef over onder meer het Midden-Oosten. 'Dit kan niet waar zijn' (over de City, oplage 307.000) is het best verkochte boek van 2015.