CDA kiest voor de 'stoute, scherpe koers'

Esther de Lange zit sinds 2007 in het Europees Parlement. Daarvoor lobbyde zij voor het bedrijfsleven en was vervolgens acht jaar medewerkster van de Europese fractie van de christen-democraten. Zij studeerde kort politicologie in Lyon en iets langer internationale betrekkingen in Brussel en hield zich in het Europees Parlement bezig met onder meer landbouwpolitiek, milieu, volksgezondheid en voedsel.

Veteraan Wim van de Camp was bij de vorige verkiezingen in 2009 lijsttrekker. Daarvoor zat hij sinds 1986 in de Tweede Kamer. Hij zei na zijn nederlaag dat hij beschikbaar blijft voor de kandidatenlijst. "Jong, vrouw en blond heeft gewonnen van oud, grijs en ervaren."

Mitsen en maren
De verkiezing van De Lange kenmerkt de oppositionele koers van de partij. In het concept-verkiezingsprogramma is de houding tegenover Europa kritischer dan voorheen: het CDA is pro-Europees maar met mitsen en maren. "Europa moet zich beperken tot de kerntaken. Europa moet ook kritisch over zichzelf zijn", zei De Lange zaterdag.

Eerder liet De Lange weten dat zij geen liefhebber is van nuance, want wie een standpunt moet gaan uitleggen heeft al verloren. Tijdens de campagne toonde De Lange zich bij voorbaat tegenstander van uitbreiding van de EU met voormalige Joegoslavische lidstaten, zoals Servië. Van de Camp wilde deze landen wel toelaten als zij voldoen aan de criteria voor het lidmaatschap omdat dit in het verleden aan deze landen is beloofd.

Over haar opstelling verkondigde De Lange verder: "Wij mogen Europa wat steviger uitdagen. Het gaat hier niet om een nieuwe generatie, want onze uitgangspunten blijven zoals die waren. Ik voel mij in een lange traditie staan. Ik ben een kleindochter van een Limburgse mijnwerker, een generatie die na de oorlog de moed had om in Europa samen te werken, ook met de Duitsers. Nu wordt vrede als vanzelfsprekend ervaren, net als welvaart. Dat werkt onverschilligheid in de hand, terwijl wij Europa nog steeds zo nodig hebben."