Boos volk wil nu een sterke leider
Onderzoek van Trouw en de VU naar de emotionele staat van de kiezer wijst uit: de Nederlander is niet bang, maar boos.
Nederland, zo vindt de Nederlandse kiezer, heeft behoefte aan een sterke leider. Iemand die zonder al te veel democratisch geneuzel besluiten neemt. Dat zegt meer dan zestig procent van de Nederlanders, ondervraagd in een representatieve steekproef. De wens leeft vooral onder ouderen. Bijna driekwart van de vrouwen boven de vijftig hoopt op een krachtige aanvoerder die eens even snel orde op zaken komt stellen. Maar ook twee derde van de oudere mannen antwoordde 'mee eens' op de vraag of ze het tijd vonden worden voor 'een sterke leider die meteen over alles kan beslissen'.
Trouw heeft met de Vrije Universiteit onderzoek gedaan naar de emotionele staat van de Nederlandse kiezer. Is, zoals vaak wordt gezegd, de Nederlander bang? Vreest hij voor baan, pensioen, klimaat en rampspoed? Bepaalt dat zijn stemgedrag? De uitkomst is verrassend. De kiezer is niet zozeer bang, hij is vooral boos. Op de vraag 'voelt u boosheid bij de Nederlandse politiek' antwoordden respondenten drie keer zo vaak 'ja' als op vragen naar hun eventuele angsten.
Bij een groot deel van het volk is die boosheid zo groot, dat de geênqueteerden hun gevoel omschrijven als 'walging'. Dat geldt voor bijna de helft van het PVV-electoraat, veertig procent van de mensen die van plan zijn op 50Plus te gaan stemmen, en een derde van de SP-stemmers. Dat boosheid een goed motief vormt om voor een protestpartij te kiezen spreekt misschien voor zich. Maar ook vijftien procent van de CDA-aanhang walgt van de politiek.
Bij het meten van emoties maakten de onderzoekers gebruik van een gangbare psychologische test. Mensen mochten bij vijf emoties op een schaal van 0 tot 7 aangeven in hoeverre die hun gevoel weergaven. Behalve boos, bang en walging waren dat blij en hoopvol. Nieuw is dat politicoloog André Krouwel die emoties koppelde aan politiek.
Dat emoties een grote invloed hebben op het stemgedrag van mensen, is een theorie die in de VS al langer opgeld doet. In Nederland wordt er nog maar mondjesmaat onderzoek naar gedaan. Gevestigde partijen hebben eerder de neiging over inhoud te praten dan dat ze inspelen op de hoop en angsten van de kiezer. Protestpartijen - vooral SP, PVV en 50Plus - doen dat laatste meer.
Afgaand op de uitkomsten van het onderzoek lijkt de rationele benadering van de kiezer niet meer heel lang houdbaar. De rationele benadering heeft een woedend, somber volk opgeleverd, dat weinig hoopvol is over de oplossingsvaardigheden van de politiek. Een ietsiepietsie hoop leeft alleen onder minder dan een derde van de CDA-, GroenLinks-, PvdA- en VVD-kiezers.
Aanstaande dinsdag maakt het kabinet bekend waarop het komend jaar zal worden bezuinigd. Het valt niet te verwachten dat de maatregelen de woede van het Nederlandse volk zullen temperen. Vooral aan de spankracht van de ouderen lijkt een eind gekomen te zijn.
undefined