Bezuinigingsplannen rechtbanken op lange baan
Plannen om te bezuinigen op zeven rechtbanken in het land zijn voorlopig uitgesteld. De Raad voor de Rechtspraak en de presidenten van de gerechten zeggen dat zij wel vast willen houden aan het bezuinigingsplan dat in augustus werd gepresenteerd, maar dat zij nu nog geen 'onomkeerbare stappen' willen zetten. Dat schrijven (pdf) zij vandaag aan minister van veiligheid en justitie Ard van der Steur.
De brief komt na consultatie van de Raad en de presidenten met het landelijke en regionale openbaar bestuur. Mede op basis daarvan werd een beslissing genomen door de presidenten van de gerechten. Ook de politiek had gevraagd om uitstel van de beslissing.
Het was de bedoeling dat in zeven van de 32 zittingsplaatsen er versoberingen zouden plaatsvinden in het takenpakket. De rechtbanken in Assen, Almelo, Alkmaar, Lelystad, Dordrecht, Zutphen en Maastricht kunnen daardoor alleen eenvoudigere zaken behandelen. Dat betekent geen complexe strafzaken meer, maar veelal bestuursrechtelijk of familiezaken. Eind augustus werd hiervoor een plan ingediend.
Aan de hand van verdere politieke besluitvorming wordt later dit jaar een besluit genomen over de bezuinigingen. Er is 52 miljoen euro nodig om de rechtspraak in de zeven steden die worden getroffen door de bezuiniging volwaardig op peil te houden, aldus de Raad voor de Rechtspraak.
De reorganisatie was nodig omdat anders de de komende jaren met veel tekorten, aldus de Raad van de Rechtspraak eerder. Volgend jaar zou er al vijftig miljoen verlies worden geleden, de jaren daarop 80, 63 en 46 miljoen euro. In het huidige plan moet dat worden verhinderd. Er wordt weliswaar verlies geleden, maar veel minder dan als de rechtbanken volwaardig draaien, aldus de Raad.
De Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (NVvR) meende eerder al dat de besluitvorming te snel zou gaan. Gemeenten zelf klommen ook in de hoogste boom, omdat ze vonden dat ze te weinig tijd kregen om de veranderingen voor te bereiden.
Jeugdbeschermingszaken
Uit de brief van de Raad en de presidenten wordt wel duidelijk dat jeugdbeschermingszaken, zoals ondertoezichtstellingen en uithuisplaatsingen, naar grotere rechtbanken worden verplaatst. Jeugdbeschermingszaken worden daarom toegevoegd aan de zeven locaties die straks door de bezuinigingen geen volledig takenpakket meer hebben.
