Bestuurders voor rechter om fraude
Het Openbaar Ministerie verdenkt twee bestuurders van het voormalige Haags Juristen College van het leidinggeven aan een criminele organisatie, het aanbieden van illegale trustactiviteiten en belastingfraude.
De twee zetten jarenlang constructies op waarmee klanten via vennootschappen in het buitenland geld buiten het zicht van de fiscus probeerden te houden. Vandaag dient er in de rechtbank Den Haag een regiezitting over de zaak.
Één van de bestuurders is Toine Manders, van wie Trouw en het Financieele Dagblad al eerder meldden dat hij voorkwam in de zogeheten Panama Papers. Uit die publicaties, over de administratie van juridisch advieskantoor Mossack Fonseca uit Panama, bleek ruim een jaar geleden dat vele honderden Nederlanders hun geld via buitenlandse constructies uit het zicht houden van de Belastingdienst.
Een aanzienlijk aantal van hen is via Manders uitgekomen bij Mossack Fonseca. Via dat kantoor werden de bedrijven opgericht waarmee de klanten van HJC hun bezittingen en inkomsten probeerden te verhullen voor de Belastingdienst.
Volgens het Financieele Dagblad is die moeite voor niets geweest. De krant meldt vandaag dat de fiscus het volledige klantenbestand van HJC in handen heeft, en hen nu benadert om achterstallige belasting (en boetes) te kunnen innen. De Belastingdienst wil niet ingaan op de vraag hoe zij aan de gegevens van het HJC is gekomen.
Het FD haalt een voorbeeld aan van een Zeeuwse verhuurder van een vakantiewoning. De man liet via HJC twee vennootschappen op de Seychellen oprichten. Op die wijze beoogde hij zijn huurinkomsten weg te sluizen.
De Belastingdienst eist nu inzage in de jaarstukken van die vennootschappen, en de man is inmiddels in gesprek met de fiscus over een regeling, stelt hij tegenover het FD.
undefined